Door Dick Drayer
De olieraffinaderij Isla heeft deze week uitgehaald naar ‘pressiegroepen en daaraan gelieerde personen’ in een persbericht met als doel ‘beide kanten van de medaille te tonen aan het publiek’. Volgens de Isla is het ‘belangrijk om de objectiviteit te behouden en data en informatie correct te interpreteren om zo geen klimaat van aversie te wekken’.
Die aversie werd overigens zaterdag meteen gevoed door de grote afwezigheid van Isla-bestuurders bij de Ban Topa in de wijk Wishi/Marchena. Je zou denken dat, als je als grote mede-vervuiler zo bezorgd bent om beide kanten van de medaille, je je gezicht wel even laat zien. De goede bedoelingen van de Caribbean Medical University om bewoners een medical check-up te geven, is hét moment om je aan de andere kant van de medaille te vertonen. Maar helaas.
Als Isla zo graag eerlijk wil zijn, dan zou ze vanaf nu over een aantal aspecten van haar bedrijfsvoering openheid van zaken moeten geven. Nu dat - ondanks haar aankondiging van vorige week - uitblijft, zal ik hen een handje helpen. Er is veel mis bij de Isla, besluit de rechter in 2011. Meest opvallende element in die uitspraak is dat de Isla en de overheid niet beschikken over procedures en registraties die het mogelijk maken voor de Milieudienst om de naleving van de voorschriften in de hindervergunning te kunnen controleren. De Milieudienst heeft daardoor ‘geen idee’ wat er zich op het terrein van de Isla en in de raffinaderij afspeelt.
Maar dat vertelt Isla u niet.
Op bijna alle punten van de hindervergunning oordeelt de rechter dat de overheid in gebreke blijft. Zo wordt de vergunning om te raffineren verleend onder voorwaarde dat deze om de vijf jaar wordt geëvalueerd. Daarvoor moet Isla een bedrijfsmilieuplan overleggen dat in samenwerking met de Milieudienst moet worden opgemaakt. De evaluatie had al drie keer moeten worden gehouden. Tot nog toe is dat nooit gebeurd. Er is ook geen bedrijfsmilieuplan.
Maar dat vertelt Isla u niet.
Er is ook geen overlegschema tussen Isla en Milieudienst, waarin de milieusituatie van de raffinaderij wordt getoetst aan de hindervergunning. Verplichte instructies om normoverschrijdingen te beperken bij ongelukken ontbreken.
Maar dat vertelt Isla u niet.
De Isla heeft geen verplichte interne bedrijfsmilieuzorg, die zorg draagt voor goede bediening van installaties die zwavel uitstoten. Daardoor kan zij voldoende informatie nimmer beschikbaar stellen aan de overheid om daar op toe te zien. Al vanaf 2002 moet er meetapparatuur zitten in de schoorstenen om stofconcentraties te kunnen registreren. Tot op de dag van vandaag is deze apparatuur nog steeds niet in werking.
Maar dat vertelt Isla u niet.
Er zijn geen verplichte klachtprocedures, waardoor de Milieudienst geen onderzoek kan doen naar geurhinder. Het tijdig en verplicht informeren van de autoriteiten bij incidenten vindt niet plaats, zelfs van registratie van incidenten en ongelukken blijkt geen sprake.
Maar dat vertelt Isla u niet.
Isla en overheid hebben meermalen betoogd dat er geen sprake is van overtreding van de Hinderwetvergunning voor zwaveldioxide, maar laat de bewijslast daarvan altijd rusten op de schouders van de milieubeweging. Daar komt verandering in, in 2010. Dan wordt Isla veroordeeld tot het betalen van een dwangsom van 75 miljoen gulden als het bedrijf zich niet houdt aan de vergunningsnormen.
De rechter verbiedt de Isla in dat vonnis om meer dan 80 µg/m3 (microgram per kubieke meter lucht) als jaargemiddelde bij te dragen aan de concentratie van zwaveldioxide op leefniveau benedenwinds van de raffinaderij. Komt de raffinaderij daar boven, dan moet zij een dwangsom van 75 miljoen gulden betalen aan de eisers voor ieder kalenderjaar dat Isla in strijd handelt met dit verbod, zo staat in het vonnis.
Isla is nu druk bezig te ‘bewijzen’ dat het onder de norm blijft. Maar de rechter heeft ook bepaald hoe die bewijzen aangeleverd moeten worden. De deurwaarder kan dus niet zomaar aan de slag. In het vonnis van 12 januari 2010 staat dat de bijdrage van Isla aan de totale uitstoot moet worden berekend op de wijze waarop de Stichting Advisering Bestuursrechtspraak (StAB) die eerder heeft berekend.
Maar dat vertelt Isla u niet.
De metingen van StAB moeten rond deze tijd klaar en beschikbaar zijn. En dan kan het spel om de 75 miljoen gulden beginnen.
U begrijpt nu het charmeoffensief van de Isla in de media.
Want dat vertelt Isla u weer niet.
Deze opiniebijdrage werd gepubliceerd op de weblog ‘De Achterkant van Curaçao’.


Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.