Gelijke monniken
Carlos Trinidad wacht nu al zo’n twee maanden om aan te kunnen treden als de nieuwe minister voor regeringspartij Pueblo Soberano (PS) in het kabinet Schotte. Vanaf het begin al waren er geruchten dat hij de screening niet zonder kleerscheuren zou doorstaan, doordat hij en/of zijn ondernemingen grote schulden zouden hebben. Echt hard werd het tot nu toe niet gemaakt en voor het individu Trinidad moet het een ware martelgang zijn om zo lang in onzekerheid te zitten, nu al onderwerp van maatschappelijke discussie te zijn terwijl hij de publieke functie nog niet bekleedt en zich moeilijk kan verweren tegen ongefundeerde berichtgeving.
Totdat deze week ochtendblad Èxtra met een artikel kwam dat de PS-bewindsman in spe een zakelijke betalingsachterstand zou hebben van bijna een miljoen gulden: ‘Kandidato pa minister lo tin kasi 1 mion na debe’. Het grote verschil ten opzichte van wat de geruchtenmachine eerder produceerde, is dat de doorgaans betrouwbare ochtendkrant zegt zich te baseren op feitelijke informatie: een serie documenten die in de welbekende brievenbus van de redactie was beland. Hieruit zou blijken dat Trinidad ‘een astronomische schuld’ zou hebben in verband met drie zaken waarover hij de scepter zwaait. Het betreft volgens Éxtra de volgende schuldbedragen: zo’n 730.000, 87.000 en 150.000 gulden. Bij elkaar opgeteld zou het, om precies te zijn, gaan om 971.573,83 gulden. Een aanzienlijk deel hiervan zou een achterstand zijn van nog af te dragen loonbelasting, zo blijkt uit belastingstukken.
Los van de vraag welk lek hier nu weer verantwoordelijk voor is - het aan de kant geschoven hoofd van de Veiligheidsdienst (VDC) of de op non-actief gestelde deurwaarder van de Belastingontvanger? - bij het aanhoren van dit verhaal, kan het haast niet anders dan dat onmiddellijk een link wordt gelegd met twee andere politici die zeer grote schulden hebben aan loonbelasting en/of afdracht van sociale premies aan de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Van hen betreft het overigens géén (vals) gerucht - hoewel zij dat in het begin samen met hun partijleider en tevens premier wel als zodanig hebben geprobeerd af te wimpelen - maar keiharde feiten. Toch werden zij wél minister. En zíjn ze nog minister. Het staat inmiddels als een paal boven water dat MFK-ministers Nasser El Hakim van Economische Ontwikkeling en George Jamaloodin - de laatste is nota bene belast met Financiën en daarmee politiek verantwoordelijk voor de Belastingdienst en Fiscale Zaken - enige tonnen tot ruim een miljoen schulden hebben aan belastingen en te betalen SVB-premies. Hoewel dus eerst ontkend - premier Gerrit Schotte verklaarde in oktober 2010 dat de ‘screening’ goed was verlopen - werd het een jaar later pas toegegeven, met de mededeling dat er intussen een betalingsregeling was getroffen; een mededeling die vreemd genoeg een paar maanden later werd herhaald in de zin dat een betalingsregeling nu in de maak was. Al die tijd werd de bevolking door de regeringsleider - die zelf ook niet bepaald positief uit de screening kwam - verteld dat de gevolgde onderzoeksmethode niet correct en zelfs onrechtmatig was, iets wat uiteindelijk heeft geleid tot de recente operationele shutdown van de Veiligheidsdienst VDC en ‘hulp’ door de Nederlandse AIVD.
Maar wat in min of meer gelijke mate lijkt te gelden voor Trinidad van de partij van Helmin Wiels, is of was dat dan niet van toepassing op de al zittende bewindslieden; op El Hakim en Jamaloodin, die eveneens ‘astronomische’ betalingsachterstanden hadden/hebben? De conclusie kan niet anders zijn dan dat óf de screening nu niet deugt, óf die van eind 2010 (toch) niet correct is verlopen en beide MFK-ministers zo de dans konden ontspringen. Dit laatste ligt het meest voor de hand. Dat verklaart waarschijnlijk ook telkens de oproep om ‘het screeningshoofdstuk af te sluiten’. Maar natuurlijk kan in een rechtsstaat - een woord dat zowel minister-president Schotte als Justitieminister Elmer Wilsoe (PS) de laatste tijd graag en veelvuldig in de mond nemen - niet met twee maten worden gemeten. Wat voor de ene (kandidaat)ministers geldt, moet ook voor de anderen gelden. Belangrijker nog dan het principe van ‘gelijke monniken gelijke kappen’ is de hele bedoeling achter een ministersscreening. Dat zou door de commotie haast worden vergeten. Namelijk dat een land dat zichzelf serieus neemt alléén maar bestuurders in Fòrti wil van volstrekt onbesproken gedrag en vooral die op geen enkele manier kwetsbaar en dus eventueel chantabel zijn. Van personen met aanzienlijke schulden is uit de literatuur en de praktijk bekend dat ze gevoelig kúnnen zijn voor chantage, omkoping en/of vriendjespolitiek. Het hoofdstuk lijkt voorlopig niet gesloten. Wordt vervolgd.