Doorstart
Het afgelopen jaar, 2012, was voor Curaçao volgens sommigen de zwartste periode in de politieke geschiedenis sinds de opstand van 1969. De grootste werkgeversorganisatie VBC verwoordde dit onlangs bij de eindejaarslunch, waar nota bene een van de politieke hoofdrolspelers van de voorbije twaalf maanden - PS-leider Wiels - hoofdgast was. Bij die gelegenheid deed de Soberano-voorman hard mee met het scherp afwijzen van de wanprestatie door het kabinet Schotte, met de nadruk op de naamgever van dat kabinet. Objectieve indicatoren wijzen inderdaad op een waar dieptepunt wat betreft het vertrouwen. Het is waar dat daar vooral premier Schotte (MFK) en zijn ministers voor verantwoordelijk zijn, maar ook andere spelers in het systeem van democratische checks & balances gaan niet vrijuit. Als daarom één les kan worden getrokken uit de gebeurtenissen na 10-10-’10 is dat het hebben van regels en wetten alléén niet voldoende is; het gaat uiteindelijk vooral om de mensen die de regels en wetten toepassen. En als dat niet gebeurt, doordat het schort aan integriteit, dienen andere machten en instanties op te staan, hun verantwoordelijkheid te nemen en in te grijpen. Op papier klopt het allemaal en is er met de democratie van Curaçao niets aan de hand. Maar het moment dat ondemocratische personen naar ondemocratische wapens grijpen - en de rest erbij staat en ernaar kijkt - kan een zeer gevaarlijke situatie ontstaan. Daar heeft niet alleen MFK van Schotte, maar hebben ook personen binnen de PS van Wiels zich het voorbije jaar schuldig aan gemaakt. Geconcludeerd moet worden dat ook de andere ‘machten’ of gefaald hebben, of onvoldoende hun werk deden, of zelf het slachtoffer werden van machtsmisbruik door een handjevol politici en hun financiers. Het gaat dan om de Staten, het parlement, die niet in staat zijn gebleken de regering te controleren; om de (top)ambtenarij die in veel gevallen ja-knikte en opdrachten uitvoerde; om de media die te weinig als waakhond van de maatschappij optraden; om de rechterlijke macht en het Openbaar Ministerie die vaak zelf het slachtoffer waren van aantijgingen en verbaal geweld; om vakbonden en bedrijfsleven die niet bij machte bleken een vuist te maken; om de gouverneur, die op het beslissende moment zijn nek uitstak, maar daarvoor lange tijd niet het respect en steun kreeg die hij verdient; het Koninkrijk, dat zich eerst niet opstelde als partner, maar als een buur die ogen en oren dichtknijpt; en andere maatschappelijke leiders. En waarom? Uit een zekere angst publiekelijk geslachtofferd te worden, wat al gebeurd was met enkele vooraanstaande hoofden/directeuren van instellingen en overheidsbedrijven alsmede burgers/critici die dit terecht aan de kaak stelden. Wat dat betreft heeft de angstcultuur als een bijna dodelijke selffulfilling prophecy gewerkt. Angst is echter een slechte raadgever. Beter is voor allen die een bepaalde functie bekleden te doen waarvoor zij zijn aangesteld en wat van hen wordt verwacht.
Zo gespannen als de eerste negen maanden van 2012 onder Schotte waren, zo ontspannen was de politieke sfeer in het laatste kwartaal onder het interim-kabinet Betrian. Op elk vlak lijken de betrekkingen verbeterd. De interim-regeerperiode eindigt vandaag. De interim-regeerders hebben niet alleen moed getoond, maar ook gezorgd voor de mogelijkheid van een goede doorstart door het transitiekabinet in 2013.