Aruba voor grote opgave
ANALYSE
‘Grenzen economisch stimuleringsbeleid bereikt’
De quick scan van de Arubaanse begroting 2014 schetst een zorgelijk beeld van de overheidsfinanciën. Maar dat is eigenlijk géén nieuws. Al in het verkiezingsjaar 2013, maar ook daarvoor al, zij het sporadisch, werd gesignaleerd dat de tekorten sterk oplopen en de schulden idem dito. In het begin leek de zaak nog beheersbaar, maar nu is langzaamaan sprake van een problematische en mogelijk zelfs onhoudbare situatie. In elk geval zijn dringende maatregelen nú noodzakelijk.
Toen de eerste waarschuwende geluiden over de verslechterde openbare financiën werden gehoord - door de eigen Centrale Bank van Aruba en ook door een handjevol media - werden deze door het kabinet van premier Mike Eman (AVP) weggewuifd en zelfs afgedaan als onwaar en sterk overdreven. De cijfers logen er echter toen al niet om. Als het secretariaat van het College financieel toezicht (Cft) ze nu in een tussenrapportage op een rijtje zet, dan kan er nauwelijks nog een voldoende worden gegeven voor het financieel beheer; niet van nu en de begroting van 2014, maar ook van de afgelopen jaren.
De tekorten van de overheid van Aruba zijn als gevolg van economie-stimulerende maatregelen, sterk toegenomen begrotingsuitgaven en koopkrachtbehoudend beleid vanaf 2008 sterk opgelopen; van nog een overschot van 1 procent bbp (bruto binnenlands product) om via een tekort van bijna 10 procent in 2012 uit te komen op 7 procent in 2013. Voor 2014 wordt het tekort geraamd op in ieder geval 5 tot 6 procent (inclusief de tekorten van de sociale verzekeraar SVB, maar exclusief de voorgenomen storting in het pensioenfonds Apfa van 200 miljoen florin). De schuld van 41,5 procent bbp uit 2008 bedraagt inmiddels 75 procent en groeit in een snel tempo door. Het eigen vermogen van de centrale overheid is 2 miljard florin negatief, de sociale fondsen zijn uitgeput en hebben geen reserves meer, de dekkingsgraad van het Apfa ligt rond de 80 procent en de vermogens van overheidsvennootschappen staan onder druk. Tegelijkertijd bedragen de personeelslasten (ambtenaren) meer dan de helft van de totale begroting, laten de rentelasten een stijgende lijn zien en dreigt de ziektekostenverzekering onbetaalbaar te worden.
,,De grenzen van het economisch stimuleringsbeleid zijn nu dus bereikt”, merkt de rapportage aan gouverneur Refunjol terecht op. De veel te laat ingediende en behandelde begroting 2014 is niet alleen achterhaald, maar ook nog eens onvolledig en - erger - geeft onvoldoende de werkelijkheid weer. Anders gezegd: de tekorten zullen in de praktijk nog groter zijn en dus ook de totale staatsschuld.
De kwestie over de begroting van Aruba heeft de afgelopen weken geleid tot een hoogopgelopen koninkrijksconflict tussen Oranjestad en Den Haag en emotionele - aan wanhoopsdaad grenzende - taferelen als een hongerstaking van Aruba’s voorman premier Eman. En ja, de Rijksministerraad (lees: de Nederlandse regering) is hoogstwaarschijnlijk juridisch en staatsrechtelijk te ver gegaan in zijn bemoeienis met de begroting van Aruba, dat een autonoom land is. Je huiswerk maak je echter niet voor de leerkracht of voor je ouders, maar voor jezelf. Een deugdelijke begroting is er niet voor Den Haag (of het Cft of een ‘begrotingskamer’) maar in het belang van de burgers van het land. In de begroting legt de regering verantwoording af over de voorgenomen besteding van de ontvangen belastinggelden en andere gemeenschapsgelden. Die begroting dient de realisatie achteraf zo dicht mogelijk te naderen, anders is het slechts een papieren tijger - wat zo vaak het geval is geweest onder zowel AVP- als MEP-regeringen).
Met de kennis nu van het oordeel over de begroting 2014 is het op z’n zachtst gezegd ernstig dat een meerderheid van de Arubaanse Staten hiermee onlangs heeft ingestemd. Mogelijk is dit het gevolg van een regering die steunt op de absolute meerderheid van één partij in het parlement.
Gouverneur en regering Eman, die in principe nog drie regeringsjaren voor de boeg heeft, doen er verstandig aan te handelen naar de aanbevelingen van het Cft-secretariaat. Voor emotie en gevoeligheden is nu even geen ruimte en tijd. Er zijn tijdig structurele (ombuigings)maatregelen vereist, ook al om het vertrouwen van de internationale kapitaalmarkt - waar Aruba afhankelijk van is om de tekorten af te dekken - te behouden. Beduidend méér maatregelen dan waar Eman en zijn minister Yrausquin van Financiën tot nu toe mee schermden. En het gaat vooral om uitvoering en niet alleen praten. Zelfs dan nog zijn er extra risico’s rond de AOV, AZV, SVB, Apfa en diverse overheidsbedrijven.
De tijd van pappen en nathouden (lees: voor de burger populair regeringsbeleid) is voorbij. Minder consumptieve overheidsuitgaven zijn sowieso vereist; de kosten van het ambtenarenapparaat zijn disproportioneel en niet langer op te brengen; de jaren van vrijwel constant negatieve exploitatietekorten kunnen niet meer voortduren; het is onverantwoord om zonder buffers en geen weerstandvermogen - om schokken op te vangen - verder te gaan. Aruba staat, aldus het Cft-rapport, voor ‘een grote opgave’. Te beginnen met behoedzame uitvoering van de eigen begroting, een strikte handhaving van de stop op het verder uitdijen van het eigen ambtenarenkorps, een grote rol van de eigen minister van Financiën met voorafgaand toezicht op de uitgaven en een algehele eigen verplichtingenstop.
Aruba heeft de economie mede door overheidsbestedingen zien groeien - niet onterecht de trots van Emans kabinet. Maar zouden de meer gangbare normen voor verantwoorde overheidsfinanciën worden nageleefd, dan zal daarvoor volgens de Cft-tussenrapportage jaarlijks in ieder geval zo’n 2 tot 3 procent bbp of zelfs meer omgebogen moet worden. Een erg hoge prijs.