Noodlijdende ONV’s blok aan been
Terwijl Curaçao, na het financiële debacle van 2011 en 2012 ten tijde van het kabinet Schotte met minister George Jamaloodin (MFK) bij Financiën aan het roer, over het algemeen lof en complimenten krijgt toegezwaaid over de huidige staat van de landsbegroting - die tegenwoordig weer in evenwicht is en zelfs de nodige overschotten vertoont om de tekorten uit de eerste jaren na 10-10- ’10 weg te werken - blijken de zogeheten ‘overheidsentiteiten’ een steeds grotere bron van zorg waar maar nauwelijks vat op is te krijgen. Minister José Jardim van Financiën heeft ’s Lands schatkist dan wel weer onder controle, enkele noodlijdende overheidsentiteiten vormen in potentie een bom onder zijn financieel beheer. Daar is te weinig aandacht voor. Als media - waaronder deze krant - om informatie zoals jaarrekeningen en inzage vragen, krijgen ze negen van de tien keer nul op het rekest. Om het College financieel toezicht (Cft) kunnen deze (semi-)overheidsinstellingen echter niet zo eenvoudig. En op basis van de Cft-rapportages belanden de zorgen ook in Den Haag bij het ministerie van Koninkrijksrelaties en bij de Tweede Kamer. Die laatste wint er geen doekjes om; er bestaat grote bezorgdheid over wat ‘de black box’ wordt genoemd: het gebrek aan inzicht - zelfs bij het Cft - in de financiële situatie van overheids-nv’s (ONV’s). Het is een publiek geheim dat een aantal er allesbehalve florissant voor staat. Daardoor groeit de vrees dat de landsbegroting geen waarheidsgetrouw beeld geeft van de risico’s die de overheid loopt.
Nog steeds zijn niet alle benodigde jaarrekeningen van overheids-nv’s en -stichtingen (2011, 2012 en 2013) ontvangen, laat staan over 2014, ondanks de daarvoor gestelde wettelijke termijn van maximaal vijf maanden na afloop van het boekjaar volgens de code corporate governance. Daardoor is er weinig zicht op de daadwerkelijke financiële situatie waarin sommige ONV’s zich bevinden.
Het Cft is begonnen met een risicoanalyse naar alle overheidsentiteiten, beginnend met de nv’s, en wordt hierbij ondersteund door het ministerie van Financiën. Er is inmiddels een maandelijks ambtelijke overlegstructuur met het ministerie van Financiën hierover. Verder heeft het Cft de afgelopen periode de aandacht gericht op de ONV’s waarvan de ontwikkeling van het eigen vermogen dan wel financieel resultaat een risico kunnen vormen voor de begroting van Curaçao, te weten: Aqualectra, CPost en Curaçao Dokmaatschappij (CDM) en gedurende 2014 is het Analytisch Diagnostisch Centrum (ADC) daaraan toegevoegd. Er zijn plannen van aanpak gemaakt door Financiën waarin maatregelen zijn genoemd om de noodlijdende situatie van deze overheids-nv’s te verbeteren. De plannen van aanpak zijn in samenspraak met de ONV’s en de betrokken ministeries en ministers opgesteld en door de ministerraad vastgesteld. Na gesprekken met de directie van Aqualectra, CPost en CDM (september 2014) en de verantwoordelijke ministers (december 2014) zijn de maatregelen toegelicht om deze ONV’s zo snel mogelijk weer financieel gezond te maken.
Dit vergt een gezamenlijke aanpak, immers het betreft een gezamenlijke verantwoordelijkheid van directie, Raad van Commissarissen en de betrokken ministeries. Een deel van de maatregelen is inmiddels in uitvoering en een deel is nog niet geïmplementeerd. Onderdeel daarvan is een besparing op het gebied van (personeels)kosten. De overheid steunt, in de rol van aandeelhouder, de ONV’s om deze besparing te behalen. Elk kwartaal wordt het Cft geïnformeerd over de voortgang van de maatregelen in de uitvoeringsrapportages en op ambtelijk niveau. Of dit voldoende is, blijft de vraag. Er zal meer verantwoordelijkheid moet worden afgedwongen, waarbij voor ONV’s niet alleen de rechten van een juridisch zelfstandige in beginsel commerciële onderneming moeten gelden, maar ook de plichten. Te vaak nog wordt ‘marktconform’ gedacht en gehandeld als het zo uitkomt, bijvoorbeeld ten aanzien van topsalarissen, maar stelt men zich net zo gemakkelijk ambtelijk op, wanneer het gaat om de gewenste output, service en verantwoordingsplicht.
Dat het kán, bewijzen diverse andere ONV’s. Curaçao, en minister Jardim voorop, dient ervoor te waken dat het vertrouwen dat de afgelopen twee jaar met grote moeite is opgebouwd ten aanzien van de landsbegroting en de overheidsfinanciën, niet teniet wordt gedaan door een handjevol noodlijdende ONV’s die hun huishoudboekje niet onder controle hebben. De overheidsentiteiten zijn er voor Curaçao en niet omgekeerd; ze mogen géén blok aan het been worden, waarvan de verliezen en schulden - want zo gaat het immers altijd als het misgaat - voor rekening komen van de belastingbetaler.