Governance niet op orde en daardoor belangen 26.000 leden in het gedrang
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Het gerecht heeft de noodregeling uitgesproken ten aanzien van de spaar- en kredietcoöperatie ACU. Nu de algemene ledenvergadering van ACU niet heeft ingestemd met de herstructurering, gaat de Centrale Bank CBCS orde op zaken stellen.
Het belang van 26.000 leden staat op het spel, benadrukt CBCS. En ACU vertegenwoordigt een belang van 350 miljoen gulden op de balans. ,,Dat ACU haar organisatie dient te herstructureren, staat niet ter discussie”, aldus de rechter. Daartoe heeft ook de ledenvergadering zelf al eerder besloten.
Waar het gisteren in de rechtszaak in verband met de door de Centrale Bank verzochte noodregeling om ging is de vraag of CBCS als toezichthouder de bevoegdheid heeft om bij ACU - als een coöperatie met de ALV (algemene ledenvergadering) als hoogste orgaan - in te grijpen, enkel om te bewerkstelligen dat de door CBCS voorgestelde herstructureringsdocumentatie ook daadwerkelijk wordt aangenomen en ingevoerd.
De rechter oordeelt van wel. Het gerecht stelt vast dat ACU naast een coöperatie ook een kredietinstelling is in de zin van de Landsverordening toezicht bank- en kredietwezen (LTBK) en daarmee onderworpen is aan de regels en vereisten van de CBCS. Zoals uit deze wet volgt, heeft de Centrale Bank in geval van een noodregeling de wettelijke bevoegdheid om in de plaats van de leden(vergadering) besluiten te nemen. Het vonnis: ,,Dat is een inbreuk op de vrijheid van vereniging, maar wel een inbreuk die op de wet gebaseerd is en die gerechtvaardigd is.”
Vaststaat dat ACU al zeer geruime tijd niet tot een herstructurering, conform de eerdere door de CBCS gegeven aanwijzingen, heeft kunnen komen. Naar het oordeel van het gerecht vormen deze vaststaande feiten ‘een ernstige aanwijzing dat ACU haar interne bestuurlijke organisatie (‘governance’) niet op orde heeft en dat daardoor de belangen van de circa 26.000 leden/rekeninghouders in het gedrang komen’.
,,Zeker gelet op het feit dat de langdurige en intensieve bemoeienissen en aanwijzingen van CBCS om tot een herstructurering te komen tot dusver niet het gewenste effect hebben gesorteerd, kon CBCS in redelijkheid besluiten tot het aanvragen van de noodregeling”, aldus het vonnis. Binnen de noodregeling kan CBCS, zoals de LTBK bepaalt, zelf de herstructureringsbesluiten nemen waarvoor - volgens de ACU-statuten - normaal gesproken een ledenbesluit is vereist.
Weliswaar stemde de meerderheid van de circa 800 leden die bij de laatste vergadering aanwezig waren tegen de herstructurering, maar zij vertegenwoordigen slechts 3 procent van alle leden. De overige 97 procent moet tegen de gevolgen daarvan worden beschermd. ,,Het gerecht is van oordeel dat de CBCS zich terecht op het standpunt stelt dat het belang van de gezamenlijke schuldeisers vordert dat de noodregeling wordt uitgesproken.”
Bij besluit van 19 juli 2022 werd al de bankvergunning van ACU door de Centrale Bank ingetrokken. De noodregeling zal volgens de CBCS overigens hooguit een week hoeven te duren.
Al geruime tijd zorg over ACU
Bij de Centrale Bank bestaat al geruime tijd grote zorg over de gang van zaken bij ACU. In de loop van de jaren, met name na on-site onderzoeken daterend van april 2015 en april 2018, heeft de CBCS duidelijke aanwijzingen gegeven aan ACU, met als belangrijkste instructie de herstructurering van ACU, die tot gevolg dient te hebben dat de governance van ACU op orde wordt gebracht en (mede)beleidsbepalers kunnen worden benoemd op basis van profielschetsen.
Op dit moment zijn er verschillende governance-issues die niet op orde zijn. Ook het toezicht op het bestuur is niet adequaat geregeld. Onder de huidige statuten ontbreekt het de raad van toezicht (RvT) als toezichthoudend orgaan aan middelen om daadwerkelijk toezicht te kunnen houden en bestaat er grote onduidelijkheid over de toebedeling van bevoegdheden. De bevoegdheden tussen de verschillende organen dienen duidelijk en helder te zijn geregeld, om zoveel mogelijk belangenverstrengeling te voorkomen.
Voorts bestaat er een ‘circulaire bestuurscultuur’, waarin leden die terugtreden uit het ene orgaan worden benoemd in het andere orgaan, zodat van een gezonde bestuurscultuur geen sprake is. Dit wordt verder onderstreept door het feit dat de leden van de RvT inmiddels collectief ontslag hebben genomen zonder dat in opvolging is voorzien. De huidige governance-structuur van ACU deugt niet, waardoor herstructurering van cruciaal belang wordt geacht voor het voortbestaan van ACU en ook een voorwaarde is om haar vergunning onder de LTBK te kunnen behouden.
In de ALV-vergadering van 10 juli 2022 is de door de CBCS noodzakelijk geachte herstructureringsdocumentatie echter niet aangenomen, waarmee de normale middelen om de herstructureringsdocumentatie doorgevoerd te krijgen zijn uitgeput. Nu de herstructureringsdocumentatie niet is aangenomen, is de vergunning ingetrokken, en dient de noodregeling te volgen, met als doel de herstructurering van ACU.
‘Disproportioneel’
Namens ACU is, samengevat, als verweer gevoerd dat er geen noodzaak bestaat tot een ingrijpende maatregel als de noodregeling. ACU benadrukt dat, zoals ook door CBCS wordt bevestigd, ‘de financiële situatie van ACU goed is’.
De CBCS wil met de noodregeling vennootschapsrechtelijke besluiten doordrukken die normaal gesproken door de ledenvergadering dienen te worden genomen. Dat acht ACU misplaatst. ACU stelt dat zij niet genoeg tijd heeft gehad om zich te beraden over de voorgelegde statutenwijzigingen en concludeert dat toepassing van de noodregeling in onderhavig geval volstrekt disproportioneel is.