Van een onzer verslaggevers
Willemstad - In 2021 zijn er door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) in totaal 1.687 overlijdens geteld, 247 meer dan in het jaar ervoor. Volgens cijfers van de regering vielen er vorig jaar 173 coronaslachtoffers, dit is 10 procent van het totaalaantal overlijdensgevallen.
De bevolkingsomvang tussen januari 2021 en januari dit jaar is met 1,7 procent afgenomen, zo blijkt uit de voorlopige cijfers. Het bevolkingsaantal is op 1 januari dit jaar 151.066 personen; vorig jaar was dat nog 153.671. Als de cijfers over de afgelopen tien jaar bekeken worden (van 2012 tot en met 2022), dan zijn er 312 personen minder op Curaçao. Het hoogste aantal inwoners wordt echter geteld in 2017, toen er 160.338 personen op het eiland woonden, 9.272 personen meer dan nu. De afname dit jaar ten opzichte van 2017 is 5,7 procent.
Het bevolkingsaantal hangt naast de sterftegevallen ook af van geboortes en migratie. Het aantal geboortes is het hoogst in 2012 toen er 2.039 kinderen geboren werden. Dit aantal neemt geleidelijk af tot 1.309 geboortes in 2021. In totaal werden de afgelopen tien jaar (2012 tot en met 2021) 17.099 kinderen geboren.
In 2017 en de jaren daarop neemt het aantal emigraties toe. In 2017 is dit aantal 5.056 personen en de daaropvolgende jaren is dat telkens een getal boven de 5.000 met een hoogtepunt in 2019, toen 6.181 personen het eiland verlieten. Daar staan minder immigranten tegenover. De meeste personen kwamen naar Curaçao in 2017, te weten 4.602. Daarna was het aantal telkens boven de 3.000 personen met uitzondering van 2020 toen er 2.663 personen binnen kwamen. In de afgelopen tien jaar zijn er 48.646 personen geëmigreerd en 45.314 personen geïmmigreerd.
In januari 2022 is van de totale bevolking de verdeling tussen mannen en vrouwen, respectievelijk 45,4 procent en 54,6 procent. De grootste leeftijdsgroep bestaat uit personen tussen de 45 en 59 jaar. Deze groep vormt 22,3 procent van de totale bevolking. De verdeling in andere groepen is 0-14 jaar (16,6 procent), 15-29 jaar (15,9 procent), 30-44 jaar (17,6 procent), 60-74 jaar (19,4 procent) en ouder dan 75 jaar 7,8 procent.
Het CBS constateert nog steeds een vergrijzing. De groep zestigplussers is tussen 2021 en 2022 gegroeid met 953 personen, een stijging van 2,3 procent.