Volgens Liquiditeitsprognose 2021 vanaf juni rode cijfers
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Los van de constatering dat Curaçao nog dient te voldoen aan de voorwaarden verbonden aan de al uitgekeerde derde tranche liquiditeitssteun, komt er in het tweede kwartaal van 2021 geen Nederlands geld voor Curaçao in verband met de vijfde tranche.
Dit omdat volgens het College financieel toezicht (Cft) Curaçao nog over voldoende middelen beschikt voor de maanden april, mei en juni ‘en dat derhalve de liquiditeitsbehoefte nihil is’.
Zo staat dat in een brief aan de Tweede Kamer nadat de Rijksministerraad (RMR) vrijdag heeft besloten over de liquiditeitsbehoefte van de drie Caribische landen van het Koninkrijk. Maar, zo vraagt het Antilliaans Dagblad zich af, klopt dat wel? Is er inderdaad nog wel voldoende geld in kas?
Volgens de jongste Liquiditeitsprognose 2021, op verzoek van deze krant direct door demissionair minister Kenneth Gijsbertha (MAN) van Financiën beschikbaar gesteld, beschikt het Land Curaçao momenteel inderdaad nog over genoeg liquide middelen. Maar, de hoeveelheid cash slinkt de komende periode wel snel. En aan het eind van het tweede kwartaal moet er toch wel geld bij.
Zo is er per eind maart nog 215,1 miljoen gulden in de overheidskas. Dat lijkt in eerste instantie nog aardig veel, maar over een maand is hiervan al ruim de helft op. Want per eind april bedraagt de liquiditeitspositie volgens de prognose nog maar 101,4 miljoen.
Weer een maand verder, ultimo mei, zal de Curaçaose overheid vrijelijk kunnen beschikken over slechts 27,9 miljoen gulden. En de jongste prognoses laat zien dat het Land Curaçao in de maand juni in het rood duikt; dan zal sprake zijn van een negatieve cashpositie. Namelijk van -35,7 miljoen gulden.
Met andere woorden: wat de RMR vrijdag heeft besloten op basis van input van financieel toezichthouder Cft klopt maar deels. Inderdaad is de liquiditeitsbehoefte in april en mei ‘nihil’ oftewel nog in orde, maar in de laatste maand van het tweede kwartaal belandt de overheid in de rode cijfers.
Dat is - als alles gaat zoals het politiek nu in de steigers staat - ook de eerste volle maand van het naar verwachting medio mei aan te treden nieuwe kabinet-Pisas (MFK-PNP). De kersverse regering krijgt dan gelijk te maken met een lege kas (bij aantreden) en zelfs meer dan lege kas (eind juni).
Zonder aanvullende financiële hulp in de vorm van liquiditeitssteun onder andere voor begrotingssteun, stapelen de geldproblemen voor het Landsbestuur in Fòrti zich in rap tempo op. Want per eind juli is volgens de prognose van het ministerie van Financiën het cashtekort al gestegen tot 78,3 miljoen gulden.
Vooral in de maanden daarna gaat het hard en stijgt de liquiditeitsbehoefte met rasse schreden: eind augustus bedraagt het gat (in de bodem van) in de overheidskas van Curaçao al 170,3 miljoen. En dat loopt verder op tot 236,2 miljoen ultimo september 2021.
In het laatste kwartaal van dit jaar neemt het liquiditeitstekort zelfs (weer) schrikbarende vormen aan, namelijk 314,2 miljoen per eind oktober en 386,2 miljoen eind november. En, als er gedurende het hele jaar geen vers geld bijkomt, dan sluit het Land Curaçao het jaar af met een cashtekort van 571,1 miljoen gulden.
In de Liquiditeitsprognose 2021 staat nog niets ingevuld bij de categorieën ‘Liquiditeitssteun Nederland Begroting’ en ‘Liquiditeitssteun Nederland Noodpakket’. Bekend is dat vrijwel alle Curaçaose belastingsoorten fors lager scoren dan vóór de coronacrisis, terwijl er toen al een paar jaar sprake was van (structurele) overheidstekorten. Door de crisis heeft de overheid juist te maken met extra uitgaven, zoals aan het Noodfonds Covid-19 en met ingang van mei door de derde golf van Covid-19. Aldus de prognose.
De vorig jaar van Nederland ontvangen liquiditeitssteun van 668 miljoen (plus 170 miljoen voor de afwikkeling van de Girobankproblematiek) zijn gratis - dat wil zeggen: renteloze - leningen. Maar volgens de meest recente prognose loopt de aflossing interest obligatieleningen dit jaar aardig op en bedraagt alles bij elkaar 91,2 miljoen. De totale financieringskosten bedragen in 2021 bijna 114 miljoen.
Alles bij elkaar lopen de op dit moment geprojecteerde totale uitgaven (2.935,2 miljoen ofwel 2,9 miljard) geheel uit de pas met de nu geprognosticeerde totale inkomsten (2.058,4 miljoen ofwel 2 miljard), waardoor het huidige kastegoed vanaf juni omslaat in een oplopend kastekort.