Al het nieuws

Van een onzer verslaggevers
Willemstad/Kralendijk - Het Hof veroordeelt PdVSA Petróleo (PPSA) om bij wijze van voorschot aan de curator van Bonaire Petroleum Corporation (Bopec) 30 miljoen dollar te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente.

bopecVerder luidt de veroordeling om de curator van het failliete Bopec vanaf 1 mei 2021 tot aan 1 januari 2022 het bedrag van 560.000 dollar per maand en vanaf 1 januari 2022 en zolang als de opslag van olie ten behoeve van PPSA voortduurt 300.000 dollar per maand te betalen; eveneens vermeerderd met wettelijk rente.
Het Hof acht toewijzing van aanzienlijke bedragen aan vorderingen van Bopec op PdVSA Petróleo in kort geding voldoende spoedeisend, ‘gelet op de speciale situatie van de terminal’ op Bonaire.
,,Die terminal moet operationeel gehouden worden zolang er olie is opgeslagen en daaraan zijn kosten verbonden, terwijl de terminal daarnaast gereedgemaakt moet worden voor eventuele verkoop en doorstart van een opvolgende exploitant.” Zo leest het Antilliaans Dagblad in een recent vonnis van het Gemeenschappelijk Hof.
Bopec exploiteert een terminal op Bonaire voor op- en overslag van olie, waar PdVSA Petróleo (PPSA) olie heeft opgeslagen. PPSA heeft een grote achterstand in betaling van opslagvergoedingen laten ontstaan, waarna Bopec in maart 2021 failliet is gegaan.
Het gerecht in eerste aanleg op Bonaire heeft in kort geding de vordering van de curator tot betaling van de achterstand en van de maandelijkse opslagvergoedingen toegewezen. Ook het Hof wijst deze vorderingen toe, alleen tot meer beperkte bedragen, ‘omdat betaling van een deel van de vorderingen inmiddels door de curator is zekergesteld door beslag en verkoop van de opgeslagen olie aan derden’.
Het Hof staat onder meer stil bij de succesvolle olieverkoop- en verlading van vorig jaar maart. Dat gebeurde door curator Stan van Liere. Vanwege deze nieuwe omstandigheid - de verkoop van de Orim-olie voor 11,9 miljoen dollar - ‘moet worden aangenomen dat de curator inmiddels met deze verkoopopbrengst de vordering op PPSA heeft kunnen terugbrengen’. Het Hof acht daarom, op basis van de in de pleitnotities van augustus 2022 verstrekte gegevens, aannemelijk dat de stand van de vordering van Bopec op PPSA nu nog in elk geval 30 miljoen dollar bedraagt.

‘Slechts beperkte liquide middelen beschikbaar’
De curator heeft aangevoerd dat - nog steeds - de noodzaak bestaat tot toewijzing van dit aanzienlijke geldbedrag als spoedeisende voorziening. Zolang er nog olie is opgeslagen op de Bopec-terminal moet de curator de onderneming voortzetten en beheer- en beveiligingswerkzaamheden laten uitvoeren.
Daarnaast moeten er verbeter- en herstelwerkzaamheden worden uitgevoerd om een uiteindelijke verlading van alle olieproducten mogelijk te maken en de olieterminal gereed te maken voor verkoop aan en doorstart van een opvolgende exploitant.
Voor het betalen van deze activiteiten heeft curator Van Liere slechts beperkte liquide middelen beschikbaar, zodat niet alle boedelcrediteuren betaald kunnen worden. De aanwezige boedelbestanddelen zijn nodig voor de genoemde werkzaamheden en kunnen dus niet te gelde gemaakt worden. Het resultaat van een (arbitrale) bodemprocedure kan daarom niet worden afgewacht, aldus de curator.
Gelet op deze omstandigheden, die PPSA niet of onvoldoende gemotiveerd heeft betwist, vindt het Hof het belang van de boedel bij het nu verkrijgen van een titel zwaarwegend. PPSA heeft bij monde van advocaat Emile Huizing aangevoerd dat er, gelet op de stand van de boedel, een reëel restitutierisico bestaat, als zou blijken dat de boedel tot terugbetaling gehouden is. PPSA betwist echter niet dat de openstaande facturen (ooit) betaald moeten worden, maar voert slechts - een beperkt - verweer tegen de huidige opeisbaarheid en hoogte van die vorderingen. ,,Mede gelet hierop weegt dit restitutierisico niet op tegen het zwaarwegende belang van de boedel bij executie op dit moment.”
Petróleos de Venezuela SA (PdVSA) is de nationale oliemaatschappij van Venezuela en houdt zich onder meer bezig met het winnen, produceren en vermarkten van olie. PPSA (PdVSA Petróleo) is een dochtermaatschappij van PdVSA, die zich onder meer bezighoudt met de opslag en de verkoop van olie van PdVSA.
Bonaire Petroleum Corporation nv (Bopec) exploiteert een onderneming op Bonaire die zich bezighoudt met de op- en overslag van olie. Bopec maakt deel uit van een groep vennootschappen waarvan PdVSA de uiteindelijke aandeelhouder is.
Vanaf 1 januari 2002 bestaat een overeenkomst op grond waarvan Bopec in opdracht van PPSA olieproducten opslaat in olietanks op het terrein van Bopec. Artikel 13.1 van die overeenkomst bevat een arbitrageclausule die onder meer luidt als volgt: ,,Unless otherwise specified and agreed between the Parties, any controversy or claim relating to this Agreement or the breach thereof shall be settled by arbitration conducted in the English language by three (3) arbitrators in accordance with the Commercial Arbitration Rules of the International Chamber of Commerce (ICC). (…) Nothing in this Agreement shall be construed to prevent any court having jurisdiction, from issuing injunctions, attachment orders or orders for other similar relief in aid of any arbitration commenced (or to be commenced) hereunder.”
Vanaf september 2017 heeft PPSA geen betalingen meer verricht aan Bopec in verband met de opslag van olie. Op 18 maart 2021 is het faillissement van Bopec uitgesproken met benoeming van de curator in zijn functie.
Curator Van Liere heeft - na vermindering van eis - bij het gerecht gevorderd dat PdVSA wordt veroordeeld tot het betalen van bijna 44,6 miljoen dollar aan achterstallige opslagkosten en 560.000 dollar per maand dat de opslag van olie na 1 mei 2021 voortduurt, vermeerderd met de wettelijke rente over deze bedragen.
Na verweer door PPSA heeft het gerecht bij vonnis in kort geding van 1 juli 2021 PPSA veroordeeld tot betaling aan de curator van 41,7 miljoen dollar aan achterstallige opslagkosten, en genoemde 560.000 dollar per maand dat de opslag van olie voortduurt vanaf 1 mei 2021. Nu heeft ook het Hof zich onlangs over deze voor Bonaire belangrijke zaak uitgesproken.


Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.