Na verstrekken informatie waarna dodelijke schietpartij op Hato volgde

Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Een functionaris van de Veiligheidsdienst Curaçao (VDC) is volstrekt de mist ingegaan en heeft volgens de rechter onterecht bezwaar gemaakt tegen zijn ‘ongeschiktheidsontslag’.
Uit de gedragingen van de bij de Veiligheidsdienst Curaçao (VDC) op het vliegveld Hato werkzame ambtenaar blijkt ‘dat hij niet beschikt over eigenschappen, mentaliteit en instelling die nodig zijn voor het op goede wijze vervullen van zijn functie’.

,,De ambtenaar had moeten weten dat hij informatie die hij uit hoofde van zijn functie observator bij de VDC kent, geheim had moeten houden. De ambtenaar heeft zijn geheimhoudingsplicht geschonden door zonder toestemming van zijn leidinggevende informatie over een specifiek persoon te verstrekken aan een politieagent, die geen rechercheur is en niet op het vliegveld werkzaam is.”

Zo staat te lezen in een korte inhoudsindicatie van het recente vonnis van het Gerecht in Ambtenarenzaken. ,,De ambtenaar heeft bovendien niet direct na de dodelijke schietpartij aan de Veiligheidsdienst gemeld dat hij informatie heeft verstrekt over het slachtoffer aan de betrokken politieagent.” Het oordeel luidt - ‘loud and clear’ - dat het bezwaar van de ambtenaar tegen het ongeschiktheidsontslag ongegrond is.

De betreffende functionaris is op 1 april 2008 in dienst getreden bij het ministerie van Algemene Zaken. Hij is sinds die datum werkzaam geweest in de functie van ‘observator’ bij de VDC. Hij heeft toen een introductieprogramma bij de VDC doorlopen. Uit het overzicht van activiteiten tijdens het introductieprogramma blijkt dat behandeling van de beveiligingsvoorschriften onderdeel was van het programma.

Op 21 april 2008 heeft de persoon de eed afgelegd en een ‘eedsformulier’ ondertekend. In dat kader heeft hij onder andere gezworen dat hij de zaken waarvan hij door zijn functie kennis draagt en die hem als geheim zijn toevertrouwd of waarvan hij het vertrouwelijk karakter moet begrijpen, ‘niet zal openbaren aan anderen, dan aan hen, aan wie hij volgens de wettelijke regelingen of uit hoofde van zijn functie tot mededeling verplicht is’.

Op diezelfde datum heeft de functionaris een verklaring van geheimhouding ondertekend. Verder bevindt zich in het dossier een door hem ondertekende verklaring met betrekking tot de geheimhoudingsplicht. Daarin staat onder 1. onder andere dat hij in verband met zijn geheimhoudingsplicht op de hoogte is gesteld van de daarop betrekking hebbende wettelijke bepalingen.

In de periode van juni 2014 tot en met 15 juli 2014 heeft de VDC’er contact gehad met een politieagent. Hij heeft het vliegschema en het stoelnummer van een passagier verzameld en uiteindelijk aan deze politieambtenaar verstrekt. Op 15 juli dat jaar is deze persoon na aankomst met het vliegtuig op Curaçao buiten de aankomsthal van het vliegveld neergeschoten en overleden. De ambtenaar heeft pas vier maanden na de schietpartij VDC geïnformeerd over het feit dat hij de vermelde informatie heeft verstrekt.

Deze gedragingen tonen volgens de regering van Curaçao aan dat deze persoon ‘ongeschikt is’ om als ambtenaar in dienst van het Land Curaçao te werken. Uit dit handelen volgt immers dat hij de voor een ambtenaar noodzakelijk eigenschappen van integriteit en betrouwbaarheid mist.

Gezien de aard en ernst van deze gedragingen ‘is het bieden van een verbeterkans niet zinvol’. Bovendien zou de regering met het bieden van een verbeterkans de nationale veiligheid op het spel zetten. Primair is de functionaris dus ontslagen wegens onbekwaamheid of ongeschiktheid voor het door hem beklede ambt. Subsidiair wegens een geconstateerde onherstelbare vertrouwensbreuk c.q. verstoorde verhoudingen.

Wilt u het vervolg van dit artikel lezen? Neem een online abonnement op de krant.