Kloof lokaal of uit Nederland gefinancierde instanties
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De Raad voor de Rechtshandhaving heeft aan de hand van verschillende bronnen geconstateerd dat het functioneren van de justitiële keten de laatste jaren verstoord wordt door een scheefgroei die is ontstaan tussen de lokale opsporingsdiensten en de diensten die onder het beheer van het Koninkrijk vallen. Dat staat opgetekend in het jongste rapport ‘De staat van de rechtshandhaving Curaçao’ dat is opgestuurd naar de Staten.
,,Nederland is de laatste jaren actief geweest om de bovenlandelijke justitiële organisaties te versterken. Hierdoor is er een disbalans ontstaan ten aanzien van de beheeraspecten tussen de bovenlandelijke en de lokale justitiële organisaties in de justitiële keten. De diensten zoals het Recherche Samenwerkingsteam (RST), de Kustwacht en de Koninklijke Marechaussee (KMar) beschikken aan de ene kant over voldoende materiële en financiële capaciteit om hun taken uit te voeren. Aan de andere kant kampen de landelijke justitiële organisaties met een tekort aan personeel, financiën en materiële middelen”, zo staat geschreven.
En zo wordt geconstateerd, er is bovendien ingekort op de al krappe begroting van de organisaties binnen de justitiële keten. ,,De kustwacht zou bijvoorbeeld een grote drugspartij kunnen onderscheppen, maar als er onvoldoende opsporingscapaciteit is bij het Korps Politie Curaçao (KPC) en geen insluitingscapaciteit bij de gevangenis, dan heeft de actie van de kustwacht weinig zin”, zo wordt uitgelegd.
De Raad stelt dan ook dat hier sprake is van een zwakke schakel, die de hele keten negatief beïnvloedt. Volgens een geïnterviewde persoon binnen de justitiële keten onderkennen de landen binnen het Koninkrijk deze ontwikkeling en wordt gezamenlijk naar mogelijke oplossingen gezocht. Het onderwerp heeft aandacht in het Justitieel Vierlanden Overleg (JVO).
De Raad ziet wel een positieve ontwikkeling in zowel de lokale samenwerking als de samenwerking tussen de landen. Opgesomd wordt: ,,Er is bijvoorbeeld een goede samenwerkingsrelatie tussen voornamelijk de Kustwacht, de KMar, het Opleidingsinstituut Rechtshandhaving en Veiligheidszorg (ORV), het RST en het KPC. De Procureurs-Generaal (PG’s) op Aruba en Curaçao plegen periodiek overleg met de korpschefs binnen het Koninkrijk en het hoofd van het RST. De Nederlandse politie heeft twee analisten aan elk korps ter beschikking gesteld. De korpsen hebben samen met het RST een Interinsulair informatieknooppunt opgericht dat relevante criminele informatie over de landen verzamelt en veredelt. In het College van Korpschefs worden afspraken gemaakt over het gezamenlijk volgen van opleidingen en trainingen en onderlinge ondersteuning met expertise en middelen. Er is een platform van de hoofden opsporing in de landen opgericht met het doel om onder meer informatie te delen. De mogelijkheid wordt bezien om gezamenlijk een oplossing te vinden voor het gebrek aan apparatuur om ballistische onderzoeken te verrichten.
In de Staat van 2021 betreurde de Raad het feit dat de werkgroep binnen het ministerie van Justitie belast met de opvolging van de aanbevelingen van de Raad niet actief was. Dat is nu anders. ,,De Raad constateert dat de minister van Justitie bij Ministeriële Beschikking van 30 september 2022 een taakgroep implementatie aanbevelingen van de Raad voor de rechtshandhaving heeft ingesteld”, zo klinkt verheugd.