Van onze correspondent
Kralendijk - Het openbaar lichaam Sint Eustatius voert momenteel een langetermijnstrategie voor duurzame landbouw uit. Een van de projecten die deze strategie ondersteunen is de introductie van een integrale aanpak voor het verwijderen van loslopende veestapels in combinatie met de ontwikkeling van duurzame veehouderij.
Loslopend vee is een toenemend probleem op Statia. Recent onderzoek geeft aan dat vanaf 2013 het aantal geiten en schapen is gestegen van ongeveer 3.700 zeven jaar geleden tot 12.000 nu. Het grote aantal loslopende dieren veroorzaakt schade door erosie, wat leidt tot afvloeiing van sediment en de daaropvolgende koraalschade en dit heeft weer een negatieve impact op de mariene en terrestrische biodiversiteit van het eiland. Bovendien veroorzaken de rondzwervende dieren een probleem voor het verkeer en worden ze aangevallen door honden. Daarom is het volgens de overheid noodzakelijk om te beginnen met het verwijderen van de loslopende dieren en tegelijkertijd de veehouders te ondersteunen bij het ontwikkelen en implementeren van een duurzame manier van veehouderij die kansen creëert voor een economische ontwikkeling en de ontwikkeling van mensen.
Op 21 oktober is een eerste uitstelperiode van zes weken ingegaan waarin boeren en eigenaren van dieren de kans krijgen om hun dieren in grote aantallen te vangen en af te leveren bij het slachthuis. De boeren kunnen tijdens de uitstelperiode beslissen of ze door willen gaan met veeteelt en hoeveel dieren ze willen houden. Ook stelt het de belanghebbenden in staat voorzieningen te treffen om de dieren achter gesloten hekken te huisvesten en om de voorbereiding voor een duurzame veehouderij te initiëren.
Het project wordt ondersteund en begeleid door de Directie Economie, Natuur en Infrastructuur (ENI) van het openbaar lichaam. Tijdens de eerste uitstelperiode zijn er lagere vergoedingen voor afrasteringsmateriaal en financiële compensatie gelijk aan de slachtkosten maar ook hogere vleesprijzen bij verkoop en toegang tot ander gesubsidieerd materiaal. Hiermee hoopt men de boeren en eigenaren ertoe te bewegen mee te werken.
Tegen het einde van de uitstelperiode zullen de ingevoerde maatregelen worden geëvalueerd. Na een mogelijke verlenging van de uitstelperiode gaat de eerste fase in. Dit behelst het verwijderen van loslopende dieren uit het stedelijk gebied en uit Boven National Park Statia. In de tweede fase zullen andere delen van het eiland aan dezelfde aanpak worden onderworpen. Het project dierenverwijdering wordt gefinancierd door het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en het openbaar lichaam Sint Eustatius.
Wilt u meer informatie? Neem een online abonnement op de krant.