Covid-19 en de economie van Curaçao
Door Kasper Lendering
Laat ik dit stuk beginnen met vast te stellen dat de huidige Covid-19 pandemie er één is die niemand van ons heeft zien aan komen, waar we allemaal van geschrokken zijn, en waarvan de ernst niet te ontkennen is. Het lijden en overlijden van mensen is verschrikkelijk en de impact op de globale economie gigantisch. Des te meer applaudisseer ik het handelen van onze beleidsmakers tot op heden voor hun optreden. Dankzij hun handelen zijn wij op het eiland tot nog toe redelijk gespaard gebleven van de vreselijke gevolgen van het virus. Het besluit om in volledige lockdown te gaan was bij de onzekerheden van dat moment de enige juiste beslissing.
Alleen, nu de tijd verstrijkt, en duidelijk moge zijn dat de maatregelen ook daadwerkelijk goed effect hebben gehad, moeten wij gaan nadenken of het handhaven van de huidige regels nog past bij de dreiging. De zorgen over de economie nemen toe en daarmee ook de roep om een afweging te maken tussen de economische effecten van de lockdown en de effectiviteit daarvan in de bestrijding van het virus. Als ingenieur met een promotie op gebied van waterveiligheid bied ik hierbij een alternatieve kijk op deze afweging, hoe er vanuit de ingenieurswereld naar levensbedreigende omstandigheden (zoals overstromingsrisico’s) gekeken wordt. De volgende redenering is puur bedoeld om de economische gevolgen van de huidige maatregelen af te zetten tegen hun effectiviteit. Hoewel deze argumentatie kan leiden tot morele / emotionele discussie en argwaan, is het daarvoor absoluut niet bedoeld.
De economische schade van de pandemie is voor de eilanden groot. Ten eerste omdat onze belangrijkste bron van inkomsten, het toerisme, wegvalt. Laat duidelijk zijn dat, ongeacht het handelen van onze beleidsmakers en implementeren van een lockdown, de vliegtuigen toch wel weg waren gebleven aangezien de pandemie wereldwijd is en nergens mensen nu op vakantie gaan. Dus, de schade aan het toerisme hadden we ook zonder een lockdown geleden. Dit aandeel, goed voor zo’n 35 procent van onze economie, oftewel om en nabij 1 miljard dollar van ons bbp per jaar, laat ik hier even buiten beschouwing.
Wat resteert (grofweg 65 procent van de economie) is goed voor een bruto binnenlands product (bbp) van ongeveer 2 miljard dollar, oftewel bijna 40 mln. dollar per week. Op dit moment leven we in een volledige lockdown. Het openbare leven is nagenoeg stil komen te liggen. Wat zou ons bbp per week nu zijn? Laten we van een gunstig scenario van 75 procent uitgaan. Oftewel, we lijden naast het verlies van het toerisme, nog eens 10 mln. dollar per week door de volledige lockdown. Een versoepeling van de lockdown (in Nederland noemen ze het een intelligente lockdown) zou de lokale economie weer op gang brengen. Wellicht dat we terug kunnen naar 90 procent van het normale niveau zonder toerisme, overeenkomstig een verlies van 4 mln. dollar per week. Ten opzichte van de volledige lockdown bespaart ons dat 6 mln. dollar per week. Dat gaat natuurlijk gepaard met een verhoogde kans op besmettingen en doden. Hoeveel meer doden is acceptabel voor een besparing van 6 mln. dollar per week? Want zo kun je het zien: we ‘investeren’ een deel van ons bbp om mensenlevens te redden.
In de ingenieurswereld en bij (zorg)verzekeringen worden dergelijke afwegingen, hoe lastig en moeilijk dit ook klinkt, op basis van maatschappelijke kosten-batenanalyses gemaakt. Zo balanceert Nederland de kosten van het verhogen van de dijken met de economische schade en de mensen die ermee beschermd worden. Deze discussie kan nagenoeg zonder emotie gevoerd worden, omdat de dreiging van een overstroming in Nederland al jaren niet meer gevoeld wordt en de discussie daarom weinig emotionele argumenten kent. Daarentegen voelen we de dreiging van deze pandemie dagelijks, waardoor we snel in een emotionele discussie terechtkomen. Dat maakt het doen van keuzes op basis van economische kosten-batenanalyses op dit moment moeilijk.
Schattingen van de waarde van mensenlevens zijn zeer uiteenlopend. Methoden waarmee dit gedaan wordt verschillen: bijvoorbeeld door terug te redeneren vanuit investeringen in brandveiligheid tot het netto contant maken van het bbp per inwoner over diens levensduur. Laatstgenoemde gebruik ik voor de afweging in dit artikel. Op Curaçao is het bbp per inwoner grofweg 20.000 dollar per jaar. Indien wij uitgaan van een verkorte levensduur van een slachtoffer van corona van 10 jaar, dan komt dit neer op een economische schade van een coronadode van 200.000 dollar. Bij deze waarde dient het aantal slachtoffers aan het virus onder de 30 te blijven om een partiële lockdown, tegen de extra kosten van 6 mln. dollar per week, economisch te verantwoorden. De kosten-batenverhouding is uiteraard heel sterk afhankelijk van de waardering van het mensenleven, maar ook van de ingeschatte impact op de economie. Daarnaast dienen we in dergelijke analyses ook de kosten van het verlies in levensjaren als gevolg van de volledige lockdown mee te nemen (bijvoorbeeld door de honger en het uitblijven van andere zorg etc.). Of we het aantal slachtoffers beneden enkele tientallen kunnen houden is uiterst onzeker. Gevoelsmatig heeft ons doortastend handelen tot nu toe een positief effect: het aantal casussen is met 14 al langere tijd stabiel, de lokale transmissie lijkt beperkt gebleven en er zijn nog maar 2 casussen actief. Deze zijn volledig geïsoleerd. Verder hebben we tijdens de lockdown onze potentiele baten (het aantal geredde levens) vergroot, door de zorg en ic-capaciteit te vergroten, waarmee we meer levens kunnen redden tijdens eventuele toekomstige golven van het virus. Juist nu is het daarom tijd om ook de nadelen van de aanpak aan het licht te brengen en de discussie over het loslaten van de verregaande maatregelen te gaan voeren.
Daarom bied ik met dit artikel een alternatieve methode aan waarmee onze beleidsmakers de economische effecten (de kosten) kunnen afwegen tegen het aantal daarmee geredde levens (de baten). Op basis van deze analyse kom ik tot de conclusie dat een versoepeling van de maatregelen economisch verantwoord is. Een dergelijke versoepeling van de maatregelen vraagt van ons allemaal een grote verantwoordelijkheid, want wij moeten vervolgens de discipline opbrengen om ons aan de regels van social distancing te houden en onze risicogroepen te blijven beschermen. Daarmee beperken wij toekomstige golven van het virus, kunnen we de economie weer op gang brengen, en blijft de kosten-batenverhouding positief.
Over de auteur
De auteur, Kasper Lendering, is geboren en getogen op Curaçao en is, na dertien jaar in Nederland gewoond en gewerkt te hebben, vorig jaar teruggekeerd naar de eilanden. Hij is civiel ingenieur en in 2018 gepromoveerd op gebied van overstromingsveiligheid. ,,Binnen dit vakgebied bepalen wij aan de hand van maatschappelijke kosten-batenanalyses welke preventieve maatregelen nodig zijn voor het beschermen van de economische waarde en mensenlevens. Simpel gezegd: welke hoogte van de dijk is economisch verantwoord. De analyse uit het artikel geeft een hoog-over beeld hoe je een dergelijke analyse kunt doen voor Covid-19.”
Lendering heeft in zijn werk uitgebreid ervaring opgedaan met risico- en veiligheidsanalyses over infrastructuur, zowel binnen de watersector (dijken, dammen), als in andere takken van de infrastructuur (weg en spoor). In Nederland werkte hij als adviseur voor onder andere de Onderzoeksraad voor Veiligheid, Rijkswaterstaat en ProRail. Dat deed hij namens Horvat & Partners, waar hij nog regelmatig aan projecten meedraai.
,,Ik werk momenteel als zelfstandig adviseur voor de Wereldbank, waar ik de Disaster Risk Management-groep adviseer over kustbescherming in Bangladesh. Daarnaast ondersteun ik de projectorganisatie van de bouw van het nieuwe ziekenhuis op Sint Maarten.”