Van Huffelen: Door late draai Pisas heeft Curaçao nog veel huiswerk
Van een onzer verslaggevers
Willemstad/Den Haag - ,,Omdat nu zo laat pas deze draai wordt gemaakt, hebben de regeringen van Curaçao en Sint Maarten meer tijd nodig om de gevolgen van deze keuze uit te werken. Dit is jammer, want voor de herfinanciering tegen een lagere rente van de covidleningen die op 10 oktober vervallen komt dit te laat.”
Zo luidt desgevraagd door het Antilliaans Dagblad de reactie van staatssecretaris Alexandra van Huffelen (D66) van Koninkrijksrelaties op het besluit donderdag van het kabinet-Pisas (MFK/PNP) om af te zien van de Nederlandse ‘Ennia-lening’ en te gaan voor een gefaseerde afwikkeling van Ennia Caribe Leven.
Concreet betekent dit een hogere rente voor herfinanciering van de 911 miljoen aan uitstaande coronaleningenschulden. Die werden in 2020 en 2021 renteloos verstrekt, maar zouden - na achttien maanden uitstel - tegen ongeveer 3,1 procent geherfinancierd worden; mits er ook voor de Ennia-problematiek een oplossing was. Uit de woorden van de staatssecretaris kan worden opgemaakt dat deze rente nu in elk geval oploopt tot minimaal 5,1 procent (mocht er ook op langere termijn nog geen akkoord zijn, dan geldt zelfs een rentetarief van 6 tot mogelijk zelfs 8 procent, red.).
In harde guldens uitgedrukt stijgt de rentelast op deze 911 miljoen van momenteel nog 0 gulden, niet naar 28,1 miljoen op jaarbasis maar naar 46,5 miljoen gulden per jaar. En zoals deze krant al berichtte, kost de afwikkeling van Ennia de Curaçaose Landskas gedurende 25 tot 30 jaar zo’n 30 miljoen per dienstjaar.
,,En ook vervelend voor Sint Maarten”, aldus de woordvoerder van Van Huffelen. ,,Want zij zitten nu ook in onzekerheid. Over Ennia én over de gevolgen voor hun herfinanciering.”
Namens de staatssecretaris blikt de woordvoerder Koninkrijksrelaties terug op hoe het volgens de bewindsvrouw is gegaan: ,,Nadat de premier van Curaçao ons vorige week vrijdag nog heeft laten weten akkoord te gaan met het voorstel van Nederland, heeft Curaçao op het allerlaatste moment toch gekozen voor een andere oplossing voor de financiële problemen bij Ennia. Namelijk een afwikkeling van Ennia in plaats van een doorstart. Dit is een optie die zij in de gesprekken van de afgelopen maanden juist steeds afwezen.”
Daar komt volgens Van Huffelen nog bij ‘dat er van de kant van Curaçao steeds oplossingsrichtingen zijn voorgesteld die voor Nederland risicovol en niet realistisch waren’: ,,Zoals lenen aan een andere partij dan aan de regering van Curaçao. Dit heeft het proces nog verder vertraagd.”
Na haar bezoek aan Sint Maarten en Curaçao, is de staatssecretaris terug in Nederland. Op de vraag ‘Wat nu?’ krijgt de redactie het volgende antwoord: ,,Aangezien Nederland ook nog geen garanties heeft dat de bedachte oplossing ook op langere termijn haalbaar is en de besluitvorming in Willemstad te traag verliep, zal Nederland Curaçao en Sint Maarten beide een korte herfinanciering aanbieden van één jaar. Deze kan worden omgezet in een langer lopende herfinanciering zodra duidelijk is geworden of de afwikkeling inderdaad een solide oplossing is voor de 30.000 polishouders van Ennia Leven.”
De woordvoerder namens Van Huffelen: ,,Want dat is voor Nederland het belangrijkste: dat dit ook op langere termijn een duurzame oplossing is. Dat goed is voor zowel de Curaçaose en Sint Maartense staatskas als voor de 30.000 polishouders en hun gezinnen. Daartoe moet Willemstad nu snel haar huiswerk gaan doen en met een gedegen voorstel komen. De bal ligt nu bij Curaçao om dit in afstemming te doen met Sint Maarten en de Centrale Bank CBCS.”
Tweede Kamer
Intussen heeft de Tweede Kamercommissie Koninkrijksrelaties in verband met Ennia gevraagd om een ‘stand-van-zakenbrief’. Dit gebeurt op initiatief van Roelien Kamminga (VVD) met steun van de overige commissieleden, waarna de griffier namens de meerderheid de staatssecretaris hierover aanschreef. De Kamercommissie wil de brief ontvangen vóór behandeling van de begroting 2024 Koninkrijksrelaties, die gepland staat voor de week van 16 oktober. De Kamerbrief gaat volgende week uit, aldus de woordvoerder van Van Huffelen.