Van onze correspondent
The Bottom - De eilandsraad van Saba reageerde afgelopen donderdag tijdens de behandeling van het jaarverslag en de jaarrekening 2019 zeer bezorgd op het bericht van gedeputeerde Bruce Zagers dat het Openbaar Lichaam Saba het boekjaar 2019 had afgesloten met een tekort van iets meer dan 621.000 dollar. Aan de eilandsraad is geadviseerd het tekort in mindering te brengen op de algemene reserve.
De eilandsraad is al langer zeer uitgesproken over de financiële situatie en is zelfs weggelopen uit een eilandsraadsvergadering in november vorig jaar waarin de begroting 2020 werd behandeld. Zij deden dit om opnieuw te benadrukken dat het werken met skeletbegrotingen niet langer acceptabel was. In een skeletbegroting zit te weinig vulling om het ‘geraamte’ bij elkaar te houden. Op papier klopt het, maar er is niet mee te werken. Het eiland draait grotendeels op incidentele financiering en de structurele financiering in de vorm van een hogere vrije uitkering ontbreekt. Het jaarverslag 2019 is daar volgens de eilandsraad de bevestiging van. Waren er in 2015 waren nog 34 projectsubsidies, in 2019 was dit opgelopen tot 86 subsidies.
,,Hoewel deze subsidies bepaalde projecten ten goede komen en in het belang zijn van de ontwikkeling van het eiland, moet worden benadrukt dat het runnen van een eiland niet langer kan worden gefinancierd met een vrije uitkering die duidelijk te laag is. Het wordt hoog tijd dat de Nederlandse overheid dit erkent en de perfecte financiële rapportering van het eiland van de afgelopen jaren eert met meer financiële vrijheid en minder incidentele oplossingen”, aldus raadslid Hemmie Van Xanten.
Volgens Carl Buncamper betekent het verhogen van de vrije uitkering vooral een verminderde controle van Den Haag op het budget van Saba. ,,Tegelijkertijd zijn we ons bewust van de vele voorbeelden waar het mis is gegaan, niet per se op Saba, maar elders in het Koninkrijk. De tegenzin is tot op zekere hoogte begrijpelijk, maar Saba heeft het goed gedaan met het financieel beheer, maar zijn ze bereid ons te vertrouwen in Den Haag? Dat is het echte dilemma.” Buncamper stelde voor om conservatiever te zijn in het accepteren van incidentele financiering en het aangaan van leningen, omdat de ervaring heeft geleerd dat Saba als ‘topklasse’ volgens hem gestraft werd in vergelijking met haar zustereilanden die subsidies ontvingen voor investeringen.
Op 28 mei stuurde de eilandsraad een brief aan de Vaste Commissie voor Koninkrijksrelaties van de Tweede Kamer. In de brief stond dat het krachtige signaal van de ‘walk-out’ door de eilandsraad in november 2019 helaas niet was opgepikt door de Nederlandse regering en dat Saba wederom met een onwerkbare situatie werd geconfronteerd. In de brief wees de eilandsraad op het feit dat de vrije uitkering te laag is voor de regering van Saba om al haar wettelijke taken uit te voeren en op het feit dat er sinds 2012, met uitzondering van enkele kleine aanpassingen in verband met prijsstijgingen, nauwelijks substantiële verhogingen zijn geweest. Dit terwijl er in de afgelopen jaren meer taken bij kwamen en de uitvoering van bestaande taken zijn geïntensiveerd.