Door Roland O.B. van den Bergh
Het hoeft geen betoog dat de economieën van de CAS-eilanden er slecht voor staan. Hulp uit Nederland is in het vooruitzicht gesteld, maar is gekoppeld aan het doorvoeren van hervormingen. Hervormingen in het ambtenarenapparaat, de overheidsfinanciën, belastingen, rechtsstaat, onderwijs en zorg. Over de economie gaat het nauwelijks. Maar het is economie wat de CAS-eilanden nodig hebben: om de beroepsbevolking aan een eerlijke baan te helpen, om de sociale voorzieningen (inclusief ouderdomspensioen AOV) zeker te stellen en om het onderwijs te verbeteren.
Weinig aandacht voor economie
De hervormingsmaatregelen zoals door Nederland opgesomd zijn te vinden in de Landspakketten Curaçao, Aruba en Sint Maarten. In de Landspakketten staat onder E6: ,,Ondernemerschap en investeringsklimaat zullen worden bevorderd.” Dit wordt kort in drie kreten uitgewerkt: vergunningenstelsel optimaliseren, cost of doing business verlagen en bureaucratie (red tape) wegnemen. De andere maatregelen zoals genoemd onder het kopje economische hervormingen gaan voornamelijk over arbeid: illegaliteit, toelating, werkvergunningen en het voornemen om een onderzoek uit te voeren naar het functioneren van de arbeidsmarkt.
Ten opzichte van de overige maatregelen komt de economie er bekaaid af. Dat is in tegenstelling tot de inleiding van Nederland behorende bij de maatregelen in de Landspakketten, die vooral gaan over de verzwakte economieën van de CAS-eilanden en de intentie om deze weerbaar en veerkrachtig te maken.
Sombere vooruitzichten
De economische krimp in de economie wordt door het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS) geschat tussen de 20-24 procent voor 2020. Als alles in gelijke mate krimpt, houdt dat in dat er ruim 20 procent minder geïnvesteerd, 20 procent minder gewerkt en 20 procent minder overheidsinkomsten gegenereerd worden.
20 Procent minder werkgelegenheid betekent op Curaçao 12.000 werklozen erbij, waarmee het werkloosheidspercentage uitkomt op rond de 35-40 procent per eind 2020. Dat kan iets meer zijn omdat vooral lager betaalde werknemers in toerisme en detailhandel ontslag krijgen of juist iets minder omdat werkgevers arbeidstijdverkorting toepassen dan wel om sociale motieven werknemers toch zoveel mogelijk op de payroll houden.
Voor de overheidsinkomsten blijken de percentages hoger te liggen. De schatting van de financieringstekorten van de Curaçaose overheid worden dit jaar geraamd op 43 tot 46 procent. In Antilliaanse guldens is dat rond de 850-950 miljoen voor 2020 en voor 2021 zo’n 340-460 miljoen, volgens schattingen van CBCS en IMF.
Liquiditeitssteun
De steun van Nederland aan Curaçao bestaat uit liquiditeitssteun. Een bedrag van 381 miljoen gulden is in twee tranches aan Curaçao toegekend. De volgende tranche aan liquiditeitssteun voor de maanden juli-september van 105 miljoen laat op zich wachten. Het uitkeren van de derde tranche is door Nederland gekoppeld aan het akkoord gaan door het Land Curaçao met de hervormingsagenda en met de instelling van de Caribische Hervormingsentiteit (CHE).
Vooral onder politici en juristen is de instelling van deze CHE een belangrijk geschilpunt met Nederland omdat het de autonomie van de eilanden, het budgetrecht van de Staten aantast en consensus in de Rijkswet eenzijdig door Nederland wordt opgelegd.
Voor economen is de vraag belangrijker: hoe creëren we 15.000 arbeidsplaatsen? En hoe krijgen we de economie op een zo kort mogelijke termijn weer aan de praat? Hoe zorgen we ervoor dat de overheid voldoende belasting en sociale premies ontvangt om aan de verplichtingen jegens haar burgers en bedrijven te voldoen?
Om 15.000 arbeidsplaatsen te creëren zal de economie (van 2019) met circa 1,6 miljard gulden moeten groeien. Los van investeringen in de raffinaderij zal daarmee als snel 2-3 miljard aan particuliere investeringen gemoeid zijn en 0,5 miljard aan extra overheidsinvesteringen.
Aflopende steun aan bedrijven en werkloosheid
Met de eerste en tweede tranche is het bedrijfsleven ondersteund. Bedrijven kunnen subsidie aanvragen waarmee ze een deel van de loonkosten van de werknemers vergoed krijgen mits ze deze in dienst houden. De CAS-eilanden hebben zelf de financiële middelen niet voor een NOW-regeling en zijn in dezen afhankelijk van liquiditeitssteun van Nederland. Maar Nederland houdt de hand op de knip in tegenstelling tot hetgeen aangeboden wordt aan Nederlands eigen Caribische eilanden Bonaire, Sint Eustatius en Saba (BES-eilanden). Daar loopt de veel royalere regeling voor de ondersteuning van het bedrijfsleven door tot 1 juli 2021, terwijl deze op Curaçao per 1 september ophoudt.
Gevolg is dat vele ondernemingen de keuze maken stevig te bezuinigen, hun bedrijf in de mottenballen te zetten of definitief te sluiten. Waarschijnlijk komt een deel van de werkgelegenheid nooit meer terug. Bedrijven die reeds marginaal opereerden, zullen niet meer opengaan en ook niet door andere ondernemers overgenomen worden. De Covid-19-crisis zal gebruikt worden om de arbeidsproductiviteit te verhogen; of in andere woorden: met minder werknemers hetzelfde werk te doen. Een zeer voorlopige eigen schatting gaat uit van ten minste een verlies aan 3.000 arbeidsplaatsen, 5 procent van de werkende bevolking.
De andere banen die nu verloren zijn gegaan als gevolg van de coronacrisis zullen langzaamaan weer ingevuld worden met het terugkeren van toeristen en met het toenemen van de vraag naar goederen en diensten. De verwachting is dat de terugkeer naar het nieuwe economische normaal tot 2023 gaat duren. Het IMF schat dat in 2023 Curaçao weer terug is gekeerd op het pre-Covid-niveau. Tot die tijd blijft naar verwachting het werkloosheidspercentage boven de 25 procent liggen.
Hervormingen
Dat structurele hervormingen essentieel zijn staat buiten kijf. Recentelijk hebben IMF en CBCS nogmaals de nadruk gelegd op de noodzakelijk geachte hervormingen op het gebied van red tape en de weinig flexibele arbeidsmarkt. Hen waren TAC, UNDP en vele andere internationale instituten en commissies voorgegaan. In de landspakketten lijkt de aandacht vooral uit te gaan naar financieel beheer, kosten en effectiviteit van de publieke sector en versterken van de rechtsstaat. Op zich goede zaken, maar de economie en werkgelegenheid zijn hier nauwelijks mee gebaat. Slechts indirect kan het een beetje helpen.
Als structurele hervormingsmaatregelen zijn doorgevoerd, creëert het zonder meer een betere basis voor economische groei; een groei van mogelijk 1-2 procent op jaarbasis nadat de gevolgen van de Covid-crisis gemitigeerd zijn rond 2023/24.
Met de voorgestelde hervormingsmaatregelen in de landspakketten komen er geen 15.000 arbeidsplaatsen bij in zeven jaar. Daarvoor moet meer uit de kast getrokken worden.
Meer nodig dan hervormingen alleen
Naast het ondersteunen van bedrijven om de Covid-crisis door te komen en het uitvoeren van structurele hervormingen die de basis leggen voor toekomstige economische groei, is er meer nodig. Cruciaal is een stimulans om de economie versneld uit het slop te trekken en om banen te creëren.
De weg daarnaartoe is zorgen dat economische projecten daadwerkelijk ondersteund worden, de overheid proactief faciliteert, ondernemers worden geprikkeld om te investeren en entrepreneurs uit het buitenland in Curaçao een unieke kans zien om hun activiteiten juist hier te starten.
Meer publieke investeringen
De economische situatie op de CAS-eilanden leidt ertoe dat er geen ruimte overblijft voor overheidsinvesteringen die helpen om private investeringen uit te lokken. Bijvoorbeeld, middels beperkte investeringen in management en publieke infrastructuur van historisch Willemstad zouden vele tientallen miljoenen aan private investeringen losgetrokken kunnen worden. Dat geld is er niet bij de overheid.
Andere voorbeelden betreffen de kosten die de overheid vooraf moet maken voor ontsluiting van bepaalde gebieden die daarna geschikt zijn voor toeristische en andere economische ontwikkelingen. Voorbeelden daarvan zijn de Rif-ontwikkeling, Bullenbaai, diverse plekken en baaien te Bándabou, eventueel zelfs Oostpunt, et cetera.
Meer economische stimulering en samenwerking
Een van de economische stimuleringsinstrumenten is de invoering van een garantieregeling op vreemd en/of eigen vermogen. Daarmee kunnen kansrijke projecten beter, makkelijker en sneller gefinancierd worden.
Ook Koninkrijksinitiatieven kunnen ervoor zorgen dat de CAS-eilanden en Nederland economisch dichter bij elkaar komen. Initiatieven tot samenwerken kunnen gestart worden op het gebied van onderwijs en onderzoek. Daarbij worden bekende Nederlandse hogescholen, universiteiten en gerenommeerde onderzoeksinstituten gestimuleerd om zich in het Caribisch deel van het Koninkrijk te vestigen. Dit kan leiden tot ‘trans national education’, internationaal wetenschappelijke onderwijs- en onderzoekscentra, dat uiteindelijk kan uitgroeien tot een ‘brainport’ naar Eindhovens model.
Ook het creëren van ‘hubs’ op economisch, humanitair, cultureel-creatief, ICT- en logistiek gebied tussen Latijns-Amerika en Europa dienen operationeel gemaakt te worden.
Een ander instrument is het beschikbaar stellen van fiscale aftrekmogelijkheden (of anderszins) voor Nederlandse bedrijven bij investeren in het Caribisch deel van het Koninkrijk. Daarnaast zouden Nederlandse incentives bij investeren en exporteren van toepassing verklaard moeten worden op de CAS- en BES-eilanden. Dit alles kan leiden tot een instroom van Foreign Direct Investment uit Nederland, hetgeen ook wenselijk is bezien vanuit een betalingsbalansperspectief.
Met dergelijke Koninkrijksinitiatieven wordt invulling gegeven aan de uitspraak van de Nederlandse premier Mark Rutte met betrekking tot zakendoen in het Koninkrijk: ,,Samen geld verdienen.”
Om de CAS-economieën daadwerkelijk veerkrachtig te maken en de zelfredzaamheid te bevorderen, is het zaak dat naast noodsteun en hervormingen, per direct middelen en faciliteiten beschikbaar komen ter stimulering van economische activiteiten. Meer economie moet zorgen dat er 15.000 nieuwe arbeidsplaatsen bijkomen op Curaçao, dat bedrijven geld verdienen, belasting betaald wordt om onder andere de gezondheidszorg op peil te houden en het onderwijs te verbeteren. Meer economie zorgt er ook voor dat voor de ouderen de oudedagsvoorziening (AOV) gegarandeerd blijft.
Veerkracht en zelfredzaamheid van de economie en samenlevingen gaat niet lukken met alleen hervormingen en een CHE: It’s the economy, heer Knops!
Bronnen: www.centralbank.cw ; www.cbs.cw; www.cft.cw; www.rijksoverheid.nl; www.tweedekamer.nl
De auteur, Roland O.B. van den Bergh, is econoom en Bestuurslid van de Associatie van Dutch Caribbean Economists. Het opinieartikel, aangeboden aan het Antilliaans Dagblad, is op persoonlijke titel geschreven.