In de speltheorie bestaat het concept van een chicken game. Twee auto’s rijden op een weg in tegenovergestelde richting. De weg is smal. Wie wijkt het eerst uit? Dat is de ‘chicken’, de kip. Een ander voorbeeld. Jongens gooien bij wijze van spel met messen naar elkaar. Degene die als eerste wegduikt is de ‘chicken’. Je kunt voor het behoud van je reputatie beter een mes incasseren dan wegduiken. Een dom spel? Zeker. Toch spelen we het allemaal graag. Het is wonderlijk hoe vaak machtsspelletjes in normale bedrijfsverhoudingen een rol spelen. In een samenleving zoals de onze, waarin gezichtsverlies onder alle omstandigheden vermeden moet worden, is de chicken game, het spel van de angsthaas, extra explosief.
Tanden laten zien?
In bedrijfsverhoudingen moet je machtsspelletjes kunnen spelen. Die vormen een normaal onderdeel van de bedrijfsvoering. Als je bij onderhandelingen niet af en toe je tanden laat zien, doe je het niet goed. In het kader van corporate governance is de vraag in welke verhoudingen die machtsspelletjes een rol mogen en moeten spelen. In elk geval niet tussen de directie en de Raad van Commissarissen. Het bedrijf is een eenheid. Het belang van de onderneming staat voorop. Chicken games in de verhouding tussen de directie en de Raad van Commissarissen zijn dan ook uit den boze. Hetzelfde geldt voor chicken games tussen de directie en/of de Raad van Commissarissen en de aandeelhouder.
Taak voor de RvC
Mijns inziens is hier een belangrijke rol weggelegd voor de Raad van Commissarissen. Voor hen is het spelen van een chicken game helemaal taboe. Immers, zij dienen toezicht te houden op de directie en deze te adviseren. Andere doelstellingen of verborgen agenda’s zijn nooit in het belang van de onderneming. Juist door hun bijzondere toezichthoudende en adviserende taak, moeten de commissarissen zich extra bewust blijven van hun verantwoordelijkheid om chicken games te vermijden. Signaleren zij machtsspelletjes in relaties binnen de onderneming, dan moeten al hun inspanningen er op gericht zijn om de desbetreffende problemen zo snel mogelijk op te lossen.
Soms ontstaan er onoverbrugbare conflicten tussen de directie en de Raad van Commissarissen. Over het algemeen zal in dat geval de Raad van Commissarissen moeten wijken. Immers, de directie vormt de kern van het bestuur van de onderneming. Meestal mag worden aangenomen dat voor de continuïteit van het bedrijf het aanblijven van de directie belangrijker is dan het aanblijven van de Raad van Commissarissen. Hoe dan ook, de aandeelhouder beslist daarover. Game over!