Het zal menigeen niet ontgaan zijn dat enkele dagen geleden een markant gebouw op een markante plek binnen enkele uren met de grond gelijk werd gemaakt. Het betreft het gebouw van de Antilliaanse Brouwerij aan de Rijkseenheidboulevard, in 1959 ontworpen door de lokaal gevestigde architecten Jacob Fresco en Gerard Roovers. Deze architecten ontwierpen in 1955 ook het Autonomiemonument en in 1971 het kantoorgebouw van de Ogem, nu Aqualectra. Het is frappant dat op vrijwel hetzelfde moment dat de sloop van de Nederlandse Antillen een feit wordt, een gebouw dat niet alleen door haar functie als productiebedrijf van lokaal bier gedurende vijftig jaar, maar ook door de markante architectuur respect afdwong, zo respectloos wordt gesloopt. En dat om plaats te maken voor nieuwe kantoorgebouwen voor Aqualectra en UTS, naar ontwerp van een Amsterdams architectenbureau. In de goede oude tijd was het vanzelfsprekend om voor de gebouwen van onze nutsbedrijven en onze monumenten lokaal gevestigde architectenbureaus te kiezen. Nu vindt men het om duistere reden normaal om voor alle projecten van enige omvang buitenlandse bureaus te kiezen. Autonomie betekende toen nog ‘steunend op eigen kracht doch met de wil elkander bij te staan’. Men realiseert zich kennelijk niet dat er voor de opbouw van een nieuw land meer nodig is dan een Staatsregeling, wijziging van het Statuut en nog een paar andere Rijkswetten. Gandhi zei ooit eens: ,,Alleen hij mag iets slopen, die iets beters kan bouwen”. Ik hoop van harte dat in de toekomst blijkt dat degenen die het gebouw van de Antilliaanse Brouwerij en de Nederlandse Antillen hebben gesloopt, iets beters konden bouwen.

ir. Ronny Lobo (architect), Curaçao