Commissie voor alimentatiezaken

MinJus: Onderzoek naar gevallen waarbij ouder in ander land woont

Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De minister van Justitie, Shalten Hato (MFK), is voornemens een commissie in het leven te roepen die onderzoek doet naar alimentatiezaken en die de regering kan adviseren over welke mogelijkheden de huidige wetgeving biedt om een oplossing te vinden voor gevallen waarbij de betaling aan een moeder of vader uitblijft. ,,Deze problematiek moet eerst goed geanalyseerd worden om te zien wat de meest geschikte manier is om dit op te lossen”, aldus de minister in antwoord op vragen van Statenlid Sheldry Osepa (PNP) die hij al in 2023 stelde.

F05 Alimentatiezaken Er spelen zaken in zowel Nederland als op Curaçao waarbij de partner die alimentatie moet betalen aan de andere partner in het andere land, dit niet doet. Het is het kind dat hier uiteindelijk de dupe van is.

Op basis van gegevens van de Voogdijraad, schetst de minister op verzoek van Osepa twee scenario’s, één waarbij degene met de onderhoudsplicht op Curaçao en de minderjarige met de andere ouder in Nederland woont en één waarbij dit net andersom is.
Als de minderjarige in Nederland woont en de onderhoudsplichtige op Curaçao, benadert de Voogdijraad het Nederlandse Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO) om te bemiddelen en/of beslag te leggen, zodat de onderhoudsgerechtigde in Nederland zijn/haar alimentatie kan ontvangen.

De minister legt uit: ,,In sommige gevallen laat degene met de onderhoudsplicht weten het bedrag dat de rechtbank in Nederland heeft vastgesteld, niet te kunnen betalen. In dat geval moet degene met de onderhoudsplicht zelf een zaak starten in Nederland om verlaging van het bedrag te verzoeken. De Voogdijraad kan deze cliënten echter niet ondersteunen, aangezien zij geen financiële bijstand kan bieden om bijvoorbeeld een advocaat in Nederland in te schakelen om die persoon op afstand te vertegenwoordigen.”

De tweede situatie komt volgens de bewindsman vaak voor, te weten dat de onderhoudsplichtige in Nederland woont en het kind met de ouder op Curaçao. ,,Degene met de onderhoudsplicht die in Nederland woont, werkt vaak niet mee wanneer er een verzoekschrift wordt ingediend bij de rechtbank op Curaçao. Het gevolg hiervan is dat het Gerecht in Eerste Aanleg van Curaçao de verzoekschriften van de Voogdijraad niet behandelt, omdat er geen ‘GBA-uittreksel’ van de persoon in Nederland is (dit is een uittreksel van de Basisregistratie Personen, BRP).