Onderstandswet MFK betwist

SER: Bijverdienen niet financieel onderbouwd

Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De Sociaal-Economische Raad (SER) vindt het wetsvoorstel van de regeringspartij MFK, om onderstandstrekkers voor een bedrag van 500 gulden zonder verlies van uitkering te kunnen laten bijverdienen, een ondoordacht idee.

Het Antilliaans Dagblad leest dit in de stukken. Het voorstel beoogt verder ook een versoepeling van de voorwaarden om in aanmerking te komen voor een uitkering. Het initiatiefwetsvoorstel van de MFK-fractie en het SER-advies liggen bij de Staten.
Het voorname adviesorgaan vindt dat een onderstandsuitkering gepaard moet gaan met het stimuleren van zelfvoorzienendheid. Enerzijds moet de uitkering een tijdelijke ondersteuning bieden aan degenen die in staat zijn om te werken. Anderzijds moet deze een duurzame ondersteuning verlenen aan degenen die door specifieke beperkingen niet in staat zijn om te werken.
Dan is de onderstand een structurele ondersteuning. Het gaat dan om mensen met lichamelijke of geestelijke beperkingen, ouderen zonder voldoende pensioenvoorziening, langdurig werklozen, alleenstaande ouders, personen met een laag opleidingsniveau en mensen met chronische ziekten.
Daarom stelt de SER vast dat in het beleid rekening moet worden gehouden met de individuele omstandigheden en beperkingen van de betrokkenen, ‘om zo een eerlijke en effectieve bijstandsregeling te waarborgen die bijdraagt aan sociale cohesie en economische participatie’.
Over de zelfvoorzienendheid stelt de SER: ,,Wanneer mensen in staat worden gesteld om in hun eigen levensonderhoud te voorzien, vermindert dit hun afhankelijkheid van overheidssteun, wat bijdraagt aan hun gevoel van eigenwaarde en maatschappelijke integratie. Ten tweede heeft het bevorderen van zelfvoorzienendheid duidelijke voordelen voor de samenleving als geheel.”
,,Door bijstandsgerechtigden actief te stimuleren om werk te zoeken en deel te nemen aan de arbeidsmarkt, wordt de druk op het socialezekerheidsstelsel verlicht. Dit maakt middelen vrij die kunnen worden ingezet voor andere kwetsbare groepen die deze hulp hard nodig hebben. Bovendien vergroot een hogere arbeidsparticipatie de belastinginkomsten, wat op zijn beurt bijdraagt aan de financiering van publieke diensten en infrastructuur. Economisch gezien vindt de SER het van groot belang dat het bijstandsbeleid gericht is op re-integratie in de arbeidsmarkt.”
Weliswaar wordt door bijstandstrekkers in staat te stellen bij te verdienen, hun re-integratie in de arbeidsmarkt bevorderd, wat op lange termijn de werkloosheid kan verminderen, maar er mist in het voorstel een wettelijke inkadering van het genoemde bedrag van 500 gulden.
En: ,,In het initiatiefwetsvoorstel ontbreekt een gedetailleerde financiële doorrekening, waardoor de financiële haalbaarheid van de voorgestelde wijzigingen onzeker is. De SER adviseert om een uitgebreide financiële analyse uit te voeren om de budgettaire impact te beoordelen.”