Deadline van 1 januari wordt waarschijnlijk niet gehaald

Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Curaçao heeft weliswaar wijzigingen doorgevoerd in de wetgeving die gaat over de topinkomens bij overheids-nv’s en overheidsgelieerde instellingen, de zogenoemde 130 procent minister-presidentnorm, maar het invoeren van de wet per 1 januari 2022 zal hoogstwaarschijnlijk niet haalbaar zijn.

topinkomensToch is 1 januari wel belangrijk, want in een onderzoek - uitgevoerd door een door de Nederlandse regering ingehuurd adviesbureau - naar de invoering van wetgeving rond de maximering topinkomens op Curaçao, Aruba en Sint Maarten (CAS), staat dat het invoeren van een bezoldigingsmaximum halverwege het kalenderjaar in de administratieve uitvoering, controle en handhaving complex is. ,,Het heeft daarom de voorkeur om bezoldigingsmaxima en verlagingen bij toepassing van het overgangsrecht altijd op 1 januari te laten ingaan”, aldus de onderzoekers, die aangehaald worden in het jongste advies van de Sociaal-Economische Raad (SER) over de doorgevoerde wijzigingen in de zogenoemde Landsverordening eerste tranche optimalisering overheidsgelieerde entiteiten (LvOOE). Om 1 januari te halen moet LvOOE ook nog goedgekeurd worden binnen het Centraal Georganiseerd Overleg in Ambtenarenzaken (CGOA). Het gaat weliswaar om een formaliteit, want het betreft geen wetgeving die ambtenaren zal raken, maar de LvOOE wordt wel van toepassing verklaard op ambtenaren, zo legt de SER uit.
Uit het advies van de SER blijkt dat het spoedadvies-verzoek al later (op 3 november) binnenkwam dan de deadline die door Nederland was gesteld. Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Raymond Knops (CDA) stuurt in zijn Kamerbrief van 6 oktober aan op het klaarhebben van de concept-wetteksten vóór 1 november 2021.
De wetteksten moesten van Nederland aangepast worden omdat uit het Nederlandse onderzoek is gebleken dat de wetgeving van de CAS-landen niet met elkaar overeenkwamen. Nederland stuurt dus aan op harmonisatie van de wetten. Want: ,,De wijze waarop de landen invulling hebben gegeven aan de opdracht tot normering van de topinkomens verschillen enorm en zijn niet in lijn met de reeds eerder opgelegde voorwaarden voor liquiditeitssteun”, zo citeert de SER de bevindingen van de Rijksministerraad (RMR). De SER constateert dat het erop neerkomt dat Curaçao (en de andere landen, red.) een wettelijke regeling moet opstellen die overeenkomst met de Nederlandse Wet normering topinkomens (NWnt).
De SER vindt, zo blijkt uit het uitvoerige advies, de maximering van de topinkomens gerechtvaardigd, maar stelt wel vraagtekens bij de harmonisatie tussen de CAS-landen. ,,Een gedifferentieerde normstelling lijkt op het eerste gezicht niet onbillijk”, zo concludeert de SER. Want, zo wordt aangevoerd, er is geen inzicht in wat een Caribisch (salaris)niveau feitelijk inhoudt en ook niet hoe de huidige inkomens in de (semi) publieke sector in de CAS-landen zich daarbinnen verhouden. ,,Daargelaten dat er bovendien geen zicht bestaat op de economische impact van de hervormingsmaatregelen in brede zin. Maatwerk, dat functionerend en toekomstbestendig kan zijn binnen de specifieke lokale en ook regionale context, is tegen een dergelijke achtergrond in beginsel verdedigbaar”, zo vervolgt de SER. Het adviesorgaan vindt het dan ook een belangrijke voorwaarde dat er een deugdelijke onderbouwing komt van waarom de wetgeving geharmoniseerd moet worden, aan de hand van kwantitatief landen-vergelijkend onderzoek. De harmonisatie moet ten minste binnen de marges van de lokale context blijven, zo vindt de SER.
Daarnaast waarschuwt de SER, net als in eerder uitgebracht advies over deze wetgeving, voor bepaalde effecten, zoals het afvlakken van de inkomens als alleen de topinkomens verlaagd worden, maar niet de inkomens van de personen die er voor wat betreft hiërarchie direct onder vallen.
Verder is het belangrijk te kijken naar het invoeren ‘met terugwerkende kracht’. De wet schrijft dit nu voor tot 1 juli 2020. Hier moet volgens de SER ‘met de nodige voorzichtigheid en behoedzaamheid’ mee omgegaan worden, anders komt er een frictie met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Verwijzend naar een advies van de faculteit Rechtsgeleerdheid van de Universiteit Leiden, stelt de SER dat er een (ruimhartige) overgangsregeling in de wet opgenomen moet worden. ,,Met een dergelijke regeling zouden betrokkenen zich daadwerkelijk moeten kunnen instellen op de nieuwe financiële situatie en zo nodig ook tijd moeten hebben om een andere functie te zoeken waarvoor de inkomensgrenzen niet gelden. Daarbij kan het gaan om een overgangsregeling die voorziet in geleidelijke afbouw dan wel een overgangsperiode waarbinnen de bezoldiging nog op het overeengekomen niveau blijft. Om elk risico uit te sluiten kan er echter het best voor worden gekozen de maatregel alleen te laten gelden voor de zogenaamde nieuwe gevallen, dat wil zeggen met betrekking tot contracten en aanstellingsbesluiten die tot stand komen na inwerkingtreding van de beoogde wettelijke regeling”, zo wordt een advies van de universiteit geciteerd. De SER beveelt ‘ten sterkste aan rekening te houden met het vorenstaande’.
Tot slot is er nog de privacy-kwestie. ,,Omdat het publiceren van belastbare lonen op functiebenaming tot gevolg heeft dat deze gegevens mogelijk te herleiden zijn tot individuele personen kan het (grond)recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer zoals opgenomen in de Staatsregeling en het EVRM in het geding zijn”, aldus de SER. Maar alle argumenten tegen elkaar afwegend, stelt de SER vast hier eigenlijk geen bezwaar tegen te hebben. Want, het doel is legitiem. ,,In een democratische samenleving hebben belastingplichtigen het recht om geïnformeerd te worden over het gebruik van overheidsmiddelen.”


Week toppers

Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.