Over kwestie één cent munt nog geen publieke uitspraken Centrale Bank
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De reden dat de Centrale Bank CBCS nog niet heeft geantwoord op vragen van deze krant over het uit de circulatie halen van de munt van 1 cent, is omdat de CBCS ‘nog in communicatie is met de minister van Financiën’.
Vorige week haalde MFK-bewindsman van Financiën Javier Silvania ongekend fel uit richting de Centrale Bank; in het bijzonder richting CBCS-president Richard Doornbosch, hoewel de brief die de basis vormde voor zijn verontwaardiging was medeondertekend door Leila Matroos-Lasten, directeur-secretaris CBCS.
Zoals het Antilliaans Dagblad berichtte was Silvania, die een maand geleden aantrad als minister, vooral verbolgen over het feit dat hij slechts was geïnformeerd door de Centrale Bank en niet was geconsulteerd. Naar de redactie heeft begrepen, is dat in een eerder stadium uitvoerig gedaan met Silvania’s voorganger, toenmalig minister Kenneth Gijsbertha (MAN).
Het gaat allemaal om het ‘Project afronding 1 cent’, waarvoor de Centrale Bank een informatiecampagne op touw had gezet om op korte termijn te lanceren; om de gemeenschap van Curaçao en Sint Maarten ‘aan te moedigen contante betalingen af te ronden op nul of vijf cent’.
De reden hiervoor is dat de productiekosten van deze munten ruim twee keer zoveel bedragen als de nominale waarde ervan. Kortom: het kost meer dan twee cent om de 1 cent-munt te maken. Bovendien leidt chartale afschaffing van de cent tot een efficiëntere administratie voor bedrijven. Giraal blijft de cent wel bestaan, immers de 1 cent is nog steeds een wettig betaalmiddel; voor betaling met de bankpas bijvoorbeeld en bankoverboekingen.
Na de uithaal vrijdag van minister Silvania richting de CBCS-directie in Scharloo vroeg deze krant direct al om een reactie van de Centrale Bank. Daarop kwam echter geen respons. Na een herhaalde oproep in het weekend bracht de afdeling Corporate Communications de volgende korte verklaring uit: ,,De CBCS is nog in communicatie met de minister van Financiën. In de tussentijd zal CBCS over dit onderwerp geen uitspraken doen in de media. Zodra het kan, zullen wij terugkomen op uw vragen.”
Het lijkt er dus op dat de CBCS-top geen olie op het vuur wil gooien en de kwestie liever eerst goed met de nieuwe bewindsman wil bespreken. Zoals gezegd, was eerder al met zijn voorganger en ook met de minister van Financiën van Sint Maarten afgestemd.
Onder de kop ‘Heisa over 1 cent’ berichtte het AD dat Silvania met deze actie vreest voor prijsverhogingen en koopkrachtverlies. Het initiatief wordt gesteund door grote delen van het bedrijfsleven van de monetair unie; op Curaçao en Sint Maarten dus. Het kabinet van premier Gilmar Pisas (MFK) wil het echter opnemen voor de man met de kleine beurs.
Er is overigens iets opmerkelijks aan de hand. In een opiniebijdrage elders in deze editie wijst de Curaçaose advocaat Mirto Murray erop dat de kwestie van de eliminatie van de 1 cent-munt al ruim twintig jaar geleden is vastgelegd, want zo stelt hij: ,,Met ingang van 1 januari 2001(!) bepaalt ons Burgerlijk Wetboek in artikel 6:113 het volgende: ‘Bij betaling in hier te lande wettig betaalmiddel wordt de verschuldigde geldsom, indien deze niet vijf cent of een veelvoud daarvan beloopt, afgerond op het meest nabij gelegen bedrag dat deelbaar is door vijf en ten minste vijf cent bedraagt’.”
