Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Met het recente historische optreden van The Rolling Stones op Cuba, wordt hopelijk een nieuwe tijd van grote veranderingen ingeluid, althans dat is de wens van de Curaçaose initiatiefnemer en financier Gregory Elias van Fundashon Bon Intenshon die het concert mogelijk maakte.
,,Een vriend van mij omschreef het concert van afgelopen vrijdag als het Woodstock van Havana. Hij zei dat het concert net als Woodstock in 1969, een hausse aan mooie dingen zal opleveren. Diezelfde sfeer van Woodstock en later het Kralingenfestival, had je nu ook op Cuba. Dat kun je niet vooraf organiseren, dat gebeurt gewoon. Sinds 1959 was er niet zoiets groots op Cuba georganiseerd. De sfeer om het concert heen was fenomenaal en de Stones waren meer dan ooit op dreef, een apotheose hing gewoon in de lucht”, aldus Elias.
Voor Elias was het concert bedoeld als een gebaar van vriendschap van Curaçao naar Cuba toe. ,,Wij hebben dit gebaar, deze handreiking, namens de wereld aan Cuba gedaan. Een concertbezoeker uit San Francisco vertelde mij dat het zijn droom was om het optreden van de Stones in Havana mee te kunnen maken. ‘Big things start with something small’, zo legde hij mij uit. Over vijf jaar praten mensen over het concert van de Stones op Cuba als het moment dat de verandering werd gemarkeerd. Wij hebben de Stones erbij gehaald om het gebaar meer ‘starpower’ te geven, en de Stones hebben dat heel goed begrepen.” Nu de handreiking is gedaan, is het aan Cuba om open te staan voor verandering, zo legt Elias uit. ,,Ik weet niet wat het vervolg zal zijn. Het gebaar was een eerste aanzet tot iets moois.”
Dat Curaçao in de internationale berichtgeving over het recente concert amper werd genoemd, is wat Elias betreft geen punt. Curaçao moet zich bewust zijn van de rol die het in internationaal opzicht heeft, zo legt Elias uit. ,,Het concert was een wereldgebeuren. Wij hebben twee hele grote actoren die in deze een rol spelen, namelijk Havana/Cuba en The Rolling Stones, bij elkaar gebracht. Zelf wilde ik dat mijn naam in dat verband niet werd genoemd. Dat de wereldpers Curaçao niet noemde, vind ik niet bezwaarlijk. Wat telt is het resultaat dat over een paar jaar te zien zal zijn en in dat aanvullende verhaal zal Curaçao zeker genoemd worden.”
Tijdens het concert had de organisator een plek pal achter de eerste rij, vlak voor het podium. In de eerste rij stond het publiek dat zich uren voor aanvang van het concert daar had plaatsgenomen. ,,Links van de plek waar ik stond, had je 18 grote monitoren waarop je kon zien wat er geregistreerd werd. Mijn blik werd als eerste getrokken naar het publiek. Ik had niet gedacht dat er zoveel jonge mensen naar het concert zouden komen. Iedereen kende de wereldhits uit het hoofd. Dat was wonderbaarlijk. Voor mij was het heel mooi om de dansende en genietende mensen te zien. Ze lachten en hadden de uitstraling dat zij ook, al was het maar voor een paar uur, vrij waren. De vrijheid die voor ons normaal is, was voor hen heel bijzonder. Dat was heel mooi om te zien.”