Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Verschillende Statenleden hebben afkeurend gereageerd op het feit dat drie verdachte MFK-Statenleden vooralsnog gewoon aanblijven als volksvertegenwoordiger.
,,Een puppy doet tussen drie en zes weken zijn ogen open, waarom kost het mijn volk meer dan drie jaar om te zien wat er gaande is?”, verzucht onafhankelijk Statenlid Glenn Sulvaran.
Ook MAN-Statenlid Hensley Koeiman is ‘triest’ vanwege de situatie waarin het parlement momenteel verkeert. Na MFK-leider, die verdachte is in de zaak Babel, en Amerigó Thodé die verdacht wordt van het opnemen van een besloten vergadering, is Jacinta Constancia het derde Statenlid dat verdachte is in een zaak. Zij wordt onder meer verdacht van het witwassen van geld en het vervalsen van documenten. ,,Dit is geen goede zaak voor onze democratie”, aldus Koeiman, die aangeeft het niet alleen jammer voor de partij te vinden maar ook voor de Curaçaose politiek.
,,Het is niet goed voor de reputatie van Statenleden, die staat onder druk. We zijn internationaal weer in het nieuws, dat een Statenlid van Curaçao verdachte is. Het is een moeilijke situatie, ik hoop dat blijkt dat er niets aan de hand is en dat Constancia niets verkeerd heeft gedaan. Zolang er niets is bewezen en de rechter nog niet heeft geoordeeld, kunnen we niemand ergens van betichten. Maar ik ben wel triest hoor.”
Ook PAR-Statenlid Zita Jesus-Leito noemt het ‘een heel vervelende zaak’. ,,Het parlement is het hoogste orgaan van onze democratie. Als mensen van het parlement in opspraak komen, is dat een probleem voor ons land. Het is nu afwachten wat er gaat gebeuren. Ieder zichzelf respecterend persoon zou de eer aan zichzelf moeten houden en afwachten tot de zaak voor de rechter is geweest. Vroeger stapten mensen die verdacht waren ook inderdaad uit zichzelf op, maar de tijden zijn veranderd.”
Wettelijk gezien zijn de drie MFK-leden ook niet verplicht om op te stappen zolang zij niet zijn veroordeeld, zegt Jesus-Leito. Sulvaran licht toe: ,,Vanuit de politieke ethiek gezien laat je je zetel achter als je wordt aangemerkt als verdacht, maar de ethiek is zoek. Wettelijk gezien kan de Statenvoorzitter een Statenlid pas uit het parlement halen als hij bij een onherroepelijke rechterlijke uitspraak schuldig is bevonden. Bij een eerste veroordeling door een rechter kan een Statenlid dus eerst nog allerlei rechterlijke wegen bewandelen, zoals hoger beroep.”