Analyse
Met de regelmatig tenenkrommende vertoningen vorige week in de Staten, zou de meest fervente pleitbezorger van de parlementaire democratie bijna spontaan in de kuil vallen om het idee van ‘Reforma’ van de oppositiepartij MFK te omarmen. Op het programma van het Curaçaose parlement stonden thema’s die, zo was vooraf door sommige Statenleden aangekondigd, meedogenloos zouden worden afgeschoten. Bij de behandeling van de aanschaf van de beveiligingscamera’s door minister Nelson Navarro van Justitie, en het rapport van de ombudsman over Gevolmachtigde minister Marvelyne Wiels, bleek, voor zover er geschoten werd, dat dat met een slecht gevuld en lekkend gifvrij waterpistooltje gebeurde.
Het was de week die wellicht de geschiedschrijving over onze parlementaire democratie ingaat als de week van de grote uitruil. Een week waarin de coalitiepartijen, zo lijkt het haast, onderling afspraken om elkaars ministers uit de wind te houden. Waarnemend fractievoorzitter Jaime Córdoba van Pueblo Soberano verklaarde in het verleden meerdere keren bij de sede, dat de fractie het niet pikt dat Justitieminister Navarro van PAIS voor de aanschaf van de beveiligingscamera’s was afgeweken van de aanbestedings- en comptabiliteitsregels en dat het project duurder uitviel dan verwacht. Tijdens het Statendebat ontzag de PS-fractie de minister en stemde in met een door PAIS ingediende motie om de Algemene Rekenkamer van Curaçao een breed onderzoek te laten doen naar álle keren dat er in de periode van 10 oktober 2010 tot 11 augustus 2015 van de comptabiliteitsregel is afgeweken. Het is de vraag of de Rekenkamer nog tijdens deze regeerperiode er überhaupt aan toekomt om deze afwijkingen van de regels te onderzoeken, en of het onderwerp dat vorige week een hot issue was, tegen die tijd nog steeds actueel is.
Bij de behandeling van het vernietigend rapport van de onafhankelijke ombudsman over het functioneren van Gevmin Wiels, was het - omgekeerd - de beurt aan de PAIS-fractie om de PS-minister en haar partijgenoot premier Ivar Asjes te ontzien. Aldus geschiedde met als absoluut dieptepunt het moment waarop PAIS-Statenlid Marilyn Moses ‘een gele kaart’ in de hand nam en verklaarde dat Wiels, de Curaçaose vertegenwoordiger in de Rijksministerraad in Den Haag, en minister-president Asjes die van haar krijgen. De vraag is wat er nog meer moet gebeuren, wil PAIS - die zich te pas en te onpas profileert als de ridder die tegen ‘shouru-gedrag’ (hufterigheid) strijdt - eindelijk de rode kaart trekt, waar de partij in het verleden al vaker mee dreigde.
De mededeling van Córdoba dat de fractie de PS-Gevolmachtigde minister nog wel onder handen gaat nemen, werkte onbedoeld lichtelijk op de lachspieren. In de publiekelijk uitgevochten ruzie over de kandidaatstelling van Asjes als partijvoorzitter van de PS, distantieerde Marvelyne Wiels zich van de fractie en steunde de minister-president, die haar - zoals te verwachten was - door dik en dun verdedigde in de Staten. Wiels zit duidelijk niet op de lijn van de fractie, laat staan dat de bewindsvrouw oren heeft naar wat voor kritiek dan ook vanuit die hoek op haar functioneren. Bovendien doet ze tóch wat ze wil, getuige het kort geding tegen de ombudsman, hoewel Asjes dat een ridicule actie noemde. Het moet nog blijken of de Minpres daadwerkelijk de regie heeft, ook ten aanzien van het Curaçaohuis.
Nadat burgers op Facebook schreven over de kater die zij aan de vergaderingen overhielden, verdedigde PAIS-leider Alex Rosaria de opstelling van zijn partij in een uitgebreide verklaring; de partij houdt zich enkel bezig met eventueel corrigerend optreden tegen niet-integer handelen van eigen leden. Ondertussen was het kwaad al geschied en vragen burgers zich af wat ze aan hun volksvertegenwoordigers hebben. Als bij de verkiezingen van 2016 burgers in nog grotere aantallen niet naar de stembus gaan, of zich afkeren van een van de coalitiepartijen, hoeft dat niemand te verbazen. De tijd dringt voor zowel de PS als PAIS om de schade te beperken.
En het kan niet langer zo zijn dat enkel de angst lijkt te regeren. Zoals prinses Beatrix eens zei toen ze nog koningin was - ‘De leugen regeert’, doelend op de situatie op dat moment in Nederland - zo lijkt op Curaçao in regeringsgebouw Fòrti en de Statenzaal de angst doorslaggevend. De vrees dat het wegens ernstige strafbare feiten verdachte Statenlid Gerrit Schotte (MFK) ‘terugkeert’ is soms zo groot dat het verlammend werkt. Tal van dossiers blijven liggen omdat een coalitiepartij er niet aan wil en met name het laatste jaar is te weinig doortastend geregeerd. Dat alle ogen gericht zijn op het vervolg van de strafzaak Babel tegen ex-premier Schotte is begrijpelijk, maar het kan niet leiden tot een besluiteloze coalitie die enkel aan elkaar hangt om maar niet uit elkaar te vallen. Het is nu tijd voor walk-the-talk.