Opinie: Referendum of burgerpanel?
Door Armand Hessels
In het streven van regeringen in verschillende landen om voor moeilijke beslissingen met een nationaal belang de ‘hulp’ in te roepen van ‘het volk’, is/wordt gebruikgemaakt van het instrument referendum. Recente ervaringen hebben echter het vertrouwen hierin ondergraven. Zoals dhr. Henk de Beijer onlangs terecht vaststelde: bij referenda wordt een gecompliceerd probleem sterk versimpeld met een ‘ja’ of ‘nee’ antwoord. Veel stemmers overzien daarbij de gevolgen van hun antwoord niet. Een ‘emotionele’ beslissing kan dan rampzalige consequenties hebben voor een land.
Hoofd of hart
In de praktijk blijkt vaak dat de benodigde informatie voor een weloverwogen beslissing via een stem, bij lange na niet alle stemgerechtigden bereikt. Hetzij omdat die informatie te summier of te complex is voor een goed inzicht, hetzij omdat de belangstelling voor het thema bij de kiezer gewoon ontbreekt. Toch wordt er dan wel over gestemd. Niet zozeer op rationele, maar meer op emotionele gronden.
Alternatief
Natuurlijk kan niet iedereen gedwongen worden om zich diepgaand te informeren over een bepaald thema, hoe belangrijk ook. Vandaar dat landen ter oplossing naar alternatieven zochten die voldeden aan de eis om een groter en representatiever deel van de bevolking te betrekken bij de besluitvorming. Daarbij moesten de deelnemers zich ook betrokken voelen bij het thema en zich daar behoorlijk in verdiepen. Het instrument dat hieruit voortvloeide kreeg de naam ‘Burgerpanel/-forum’, of ‘Citizen Council’.
Aanleiding
Directe aanleiding voor deze ‘democratische innovatie’ waren de gevolgen van de kredietcrises die in een land als IJsland had gezorgd voor ernstige faillissementen en in Ierland voor een diepe recessie. Maar ook in de VS waren eerder al burgers ingeschakeld om via ‘deliberatie’ te praten met ‘de politiek’ ter verbetering van het politieke systeem. In Canada en Australië werden eveneens burgerpanels ingesteld om zich te buigen over tekortkomingen in de grondwet en wijzigingen voor te stellen. Het meest recente ‘experiment’ vond plaats in Frankrijk, waar de regering succesvol gebruikmaakte van deze aanpak om de ‘opstand van de gele hesjes’ in goede banen te leiden. Deze ‘experimenten’ waren er alle op gericht om de betrokkenheid van burgers in het politieke proces te vergroten en het vertrouwen in ‘de politiek’ te herstellen. Hoe ging dit allemaal in zijn werk?
Samenstelling
In grote lijnen verliep de rekrutering van deelnemers in drie stappen. Via een grote ‘random sample’ werden burgers geloot uit het kiesregister. Die verkregen een uitnodiging. Daarop volgde een proces van zelfselectie: wie belangstelling had, kwam naar een informatievergadering en kon zich kandidaat stellen voor het vervolg. Ten slotte werd uit die kandidaten de uiteindelijke ploeg geloot, waarbij een evenwichtige verdeling van leeftijd, geslacht, enzovoort werd nagestreefd.
Werkwijze
Eenmaal samengesteld, kregen de deelnemers eerst de kans om zich via documenten en experts in te werken in de materie. Vervolgens overlegden zij bij andere burgers en met elkaar. Ten slotte formuleerden ze een concreet voorstel voor een ‘oplossing’. Bijvoorbeeld een nieuwe grond- of kieswet.
Ervaringen
Opvallend was de mate van nuance waarmee alternatieven werden beargumenteerd. Toch werd het resultaat niet altijd doorgevoerd. Reden: de uiteindelijke beslissing moest in een aantal gevallen genomen worden via een referendum. Daarbij bleek in verschillende gevallen dat de goed geïnformeerde mening het verloor van de ongeïnformeerde opinie. In Frankrijk werd dat probleem echter ‘omzeild’ door de afspraak dat het resultaat van de burgerpanels voor zover mogelijk zouden worden geaccordeerd door de regering en het parlement. Dat gebeurde ook met meer dan 90 procent van de voorstellen.
Voordelen
Parlementen hebben in het algemeen geen tijd om zich terdege in een thema te verdiepen. Daarnaast spelen vaak politieke belangen/motieven een negatieve rol in de eindbeslissing. Het betrekken van ‘neutrale en betrokken buitenstaanders’ in het besluitvormingsproces maakt het draagvlak in de gemeenschap groter.
De auteur, Armand Hessels, is verbonden aan de stichting Deugdelijk Bestuur Aruba (www.deugdelijkbestuuraruba.org).
Belangrijke bron: ‘Tegen verkiezingen’ van David van Reybrouck.