Halt
Er heerst een virus van agressie, sprak minister Navarro (PAIS) van Justitie gisterochtend voor de radio, in een vraaggesprek over de moorden en het verontrustende tempo waarin deze plaatsvinden. Er moet met alle macht en middelen een halt toe worden geroepen. Natuurlijk is dat makkelijker gezegd dan gedaan, zoals Navarro zelf ook aangeeft; dat dit de ‘oogst’ is van het verkeerd zaaien de voorbije jaren. Het zittende bestuur kan op dit moment in preventief opzicht alleen aan de toekomst werken, door jongeren perspectief te bieden, in de hoop dat zij over vijftien jaar wél voldoende opleiding, opvoeding, moraal en ethiek hebben met meer kans op (gewoon) werk en (gewoon) inkomen. Hoewel deze redenering is te volgen, is het niet de eerste ‘generatie die verloren gaat’, zoals dat jaren geleden toen de Taskforce Antilliaanse Jongeren van start ging ook werd gezegd. Maar bovenal heeft deze samenleving niet de tijd om vijftien jaar te wachten op rust en veiligheid. Er moet nú iets gebeuren. Repressief. En drastisch. Hoewel vorige week bekend werd dat 2013 met ‘slechts’ 21 een relatief rustig jaar was qua moorden, is het in vergelijking met ontwikkelde landen verhoudingsgewijs te hoog. 2014 is echter schrikbarend fout van start gegaan met 9 in 2,5 maand. Niet alleen zijn er bijzonder veel gevallen van wat lijkt op afrekeningen en is het geweld dat daarbij door met name jongeren en ook met jongeren als slachtoffer wordt gebruikt buitengewoon; er is al langer een strijd gaande tussen de onder- en bovenwereld. Een strijd om de macht in het land. Die strijd wordt voorts niet enkel gevoerd tussen de autoriteiten aan de ene kant en ‘boeven’ aan de andere kant. Zoals ook enkele politici aangaven - waaronder Statenlid Konket (PAR) en ook bewindsman Navarro zelf - wordt de beeldvorming zodanig bespeeld dat goed kwaad lijkt en omgekeerd kwaad goed. Deels heeft dit met opleidingsniveau te maken en met voorlichting door politie en justitie, maar het hangt tevens samen met de verovering van de ‘hearts and minds’ door de financieel ijzersterke en oppermachtige drugswereld (die, zoals elders in de regio, anders dan de overheid in hun beleving wél kan voorzien in de vooral materiële behoeften). Narcotica breken door de verslavende uitwerking ervan individuen, gezinnen en relaties, maar omdat het illegaal is en er dus ontzettend veel geld in omgaat, ondermijnen ze ook hele gemeenschappen, economieën en naties. Grote landen, laat staan ministaten. In wezen is het onbegonnen werk: hoe meer bestreden, hoe schaarser en dus duurder, hoe financieel gezien lucratiever om erin te handelen en nieuwe clientèle aan te boren. Een klein eiland als Curaçao met een zwakke economie, achtergebleven onderwijs en gebrekkige opvang, veel werkloosheid, weinig koopkracht en een slechts beperkt antimisdaadapparaat is dan kwetsbaar. Hulp en input op grote schaal van buitenaf zijn een must. Gelukkig ziet Navarro dit in; en ook dat in de eerste jaren na 10-10-’10 de verkeerde weg was ingeslagen. Hij wil en kan in het openbaar niet het achterste van zijn tong laten zien - om de crimineel niet wijzer te maken dan hij al is - maar duidelijk is dat hem de intensieve samenwerking van politiekorps en OM met kustwacht, douane, marechaussee, recherchesamenwerkingsteam en anderen menens is. De minister kreeg vorige week de expliciete steun van de Staten, die hem in een breed gedragen motie de opdracht gaven de kwaliteit van zijn ministerie en alles wat er onder valt op te krikken. Maar tegelijk houdt het parlement hem aan de leiband doordat Navarro spoedig moet rapporteren over de voortgang. Het is een goede zaak dat het parlement zich ermee bemoeit. Er is de afgelopen jaren te veel sprake geweest van desinteresse en onverschilligheid. Op alle fronten in de hele maatschappij. De minister alléén kan het niet. It takes a village to raise a child. Alleen de samenleving als geheel kan een vuist maken om het virus van de groeiende agressie een halt toe te roepen.