Welkome motie
Er is op het moment geen reden voor extra militaire inzet, reageert premier Eugene Rhuggenaath (PAR) op de dinsdag breed aangenomen motie van de Tweede Kamer in verband met de onrustbarende ontwikkelingen in buurland Venezuela. Dat wil echter niet zeggen dat er geen enkele reden is voor extra militaire voorbereiding. Zoals de indiener Isabelle Diks (GroenLinks) het krachtig verwoordt: ,,Voorlopig is er niets aan de hand, maar ik heb altijd geleerd, dat je het dak moet repareren als het droog is en niet als het al regent. Daarom deze motie uit voorzorg.”
Het is toe te juichen dat een zeer grote meerderheid van het Nederlandse parlement - coalitiepartijen VVD, CDA, D66 en de ChristenUnie alsmede oppositiepartijen PvdA, Denk, 50Plus, PVV, FvD, SGP en GroenLinks zelf natuurlijk (alleen SP en PvdD stemden tegen) - zich de veiligheid van de Caribische delen van het Koninkrijk aantrekken. De motie roept de regering-Rutte op om een onderzoek te starten naar de mogelijkheden voor militaire verdediging van het Caribisch gebied in samenwerking met landen als de Verenigde Staten, Frankrijk en Groot-Brittannië, die ook belangen hebben in deze regio. Diks maakt zich terecht zorgen over de destabilisering van Venezuela en de daarmee gepaard gaande politieke onvoorspelbaarheid in het buurland dat op steenworp afstand ligt van Aruba, Bonaire en Curaçao.
Minister van Defensie, Ank Bijleveld (CDA), kan onmogelijk om deze wens van 131 van de 150 Kamerleden heen en moet hiermee dus aan de slag. Zelfs als er op dit moment geen aanwijzingen zijn dat er versterkte inzet van Defensie nodig is in het Caribisch gebied met betrekking tot Venezuela, zoals de Curaçaose premier waarschijnlijk mede om diplomatieke redenen verklaart, dan nog is het goed om haarscherp te hebben hoe het nu zit met de verdediging van de ABC-eilanden en of inderdaad gerekend kan worden op de onvoorwaardelijke steun van de bondgenoten. Deze ‘overzeese gebiedsdelen’ vallen immers niet onder het Navo-verdrag. Nederland is wel verantwoordelijk voor de verdediging van ook dit deel van het Koninkrijk, zowel de bijzondere gemeenten als de landen. In de Defensienota wordt naast de Grondwet voor het eerst ook het Statuut van het Koninkrijk genoemd. Dat is helder. Maar zeker niet voldoende. Het is van belang volstrekt duidelijk te hebben of de ABC-eilanden ook mogen rekenen op de VS, Frankrijk en Groot-Brittannië in geval van echte nood.
