Niet spelen met andermans brood
Gelukkig en terecht is er met grote verontwaardiging en verbijstering gereageerd op de kwalijke gebeurtenissen vrijdag bij Baoase, waarbij een groep van circa 150 personen zich liet opjutten om een ijzeren poort te vernielen en vervolgens het privéterrein van het resort en zelfs accommodaties te betreden. Een poort op eigen erfpachtgebied, waarvoor een vergunning is afgegeven, zo werd bevestigd door de regering, die het afgelopen weekeinde snel optrad met een verklaring vrijdagavond, gevolgd door een persconferentie zaterdag, waarin de actie scherp wordt veroordeeld.
Uitgerekend op de dag dat urenlang in de Staten werd gedebatteerd over de tegenvallende prestaties van de economie en waarin minister Steven Martina (MAN) van Economische Ontwikkeling aangaf dat het toerisme momenteel de hoop is in bange dagen - omdat andere sectoren het zwaar te verduren hebben of tijden van grote onzekerheid tegemoet gaan - maakt een groepje oproerkraaiers kapot waar jarenlang met veel zorg en energie aan is gewerkt. Zij spelen daarbij met het brood van een ander; van landskinderen. Het toerisme is een belangrijke, zo niet dé belangrijkste werk- en daarmee inkomensverschaffer. De banenmarkt van Chata afgelopen weekeinde, bezocht door niet minder dan 1.200 veelal jonge personen die op zoek zijn naar een job in de toeristische sector, onderstreept dat belang nog eens treffend.
Er is direct kordaat gereageerd door de politiek. Zoals gezegd door ministers van het kabinet-Rhuggenaath en de regeringsfracties, maar vlak na het incident ter plekke ook door Amparo Dos Santos van de oppositie, die geen goed woord over had voor het door lieden betreden van andermans privégebied. Ook door toeristenbureau CTB en de toeristische brancheverenging is direct fors stelling genomen. De boodschap: wat er is gebeurd, is fout, maar niet representatief voor waar Curaçao voor staat; het eiland kent een warme, vriendelijke en verdraagzame bevolking. Ook de familie Van der Valk, eigenaar van Baoase en al meer dan drie decennia met succes volop actief op Curaçao, blijft vertrouwen houden in het eiland.
Er is wel werk te doen. Zo kan het niet anders dan dat er serieus onderzoek komt naar wie verantwoordelijk is voor de strafrechtelijk onregelmatigheden, er zijn daartoe volop camerabeelden beschikbaar. Relschoppers en orderverstoorders dienen resoluut aangepakt te worden. Maar ook is er intern onderzoek nodig naar de uiterst lakse opstelling van de aanwezige agenten. Ook dát staat op video. Het is een bekend gegeven dat de politie doorgaans de gemoederen niet verder wil verhitten en provocatie wil voorkomen, en dus terughoudend is. Er zijn echter grenzen en die zijn vrijdag niet een beetje en ook niet éénmaal overschreden, maar zwaar en veelvuldig. Dat kan in een rechtsstaat niet zonder consequenties blijven, want naast Baoase zijn er veel meer resorts en anders is al snel het hek van de dam.
Daarom ook dient er - zoals minister Zita Jesus-Leito (PAR) van Ruimtelijke Ontwikkeling correct aangeeft - duidelijkheid te komen over welke delen van de kuststrook nu wel en welke niet publiekelijk toegankelijk zijn. Ja, er moet óók paal en perk worden gesteld aan brutale landjepikpraktijken door sommige ontwikkelaars en ondernemers, maar dat is de taak van de overheid. Iedereen kan begrijpen dat gasten van luxury resorts rust en vooral veiligheid willen. Nee, zelfs éisen. Kunnen ze dat niet krijgen, blijven ze keihard weg. Tegelijkertijd mag van hotels als Baoase worden verwacht dat ze naast lokaal personeel (160 man en vrouw) ook meer doen om de buurt erbij te betrekken. Uit de talloze beelden die van de acties zijn gemaakt, blijkt uit de commentaren vaak ook een grote mate van in principe onschuldige nieuwsgierigheid van wat zich achter de muren afspeelt. Het kost in principe weinig moeite en levert veel goedgezindheid op.
Alles moet gericht zijn op win-win-win voor hoteliers, bevolking/personeel/buurt en overheid. Geen gedraal en halfslachtigheid, maar duidelijke besluiten en heldere voorlichting hierover. Tegelijkertijd dient de overheid slimmer te zijn en - zoals in andere landen met succes gebeurt - resorts verplicht een maatschappelijk bijdrage laten leveren, bijvoorbeeld met het helpen opknappen en beheren van publieke stranden, zoals bij Marie Pompoen. Daar is al een mooi begin gemaakt met een voor eenieder aantrekkelijke kustboulevard. Het nabijgelegen Baoase en andere hotels hebben er zelfs baat bij het op zich te nemen om dit project verder vorm te geven en af te ronden. Zoals Marriott bij Piscadera, dat momenteel verbouwt en uitbreidt, het ernaast gelegen Sonestastrand graag wil schoonhouden en zelfs bereid is publieke faciliteiten te onderhouden en bekostigen, als zij tegelijkertijd de hotelgasten rust en geborgenheid kan garanderen.
Het is voor het Curaçaose toerisme - in 2017 goed voor bijna een kwart van alle inkomsten - cruciaal dat stakeholders hierover volstrekte helderheid hebben en dat de kip met gouden eieren kan blijven broeden en produceren, in het belang van de economie en vooral van de werkgelegenheid en het welzijn van de bevolking zelf.