Commentaar: Full speed
Curaçao heeft na bijna een half jaar weer een fully dedicated minister van Economische Ontwikkeling (MEO). Dat komt geen dag te vroeg. De nieuw aangetreden bewindsvouw Giselle Mc William (MAN) kan en moet gelijk aan de slag en heeft geen minuut te verliezen. ‘Full speed’ en niet met een ‘speed limit’, zoals Centrale Bank-president Bob Traa bij herhaling bepleit maar dan met betrekking tot het begrotingsbeleid. Iedereen is het erover eens dat nu alle zeilen moeten worden bijgezet om de grote economische uitdagingen aan te gaan.
Curaçao bevindt zich in een transitiefase, waarbij mede door externe oorzaken - veelal gerelateerd aan de crisis in buurland Venezuela - bepaalde sectoren zwaar in de min zitten. Allereerst is dat de industrie, met de Isla-raffinaderij voorop; de zogeheten refining fee is sinds het machinepark in mei 2018 platligt, gedaald tot een minimum en zal nihil zijn als ook de lonen niet meer worden uitbetaald. Als gevolg hiervan zijn de havenbewegingen drastisch geslonken en heeft ook de logistiek het moeilijk. De Venezuela-crisis heeft tevens effect op het toerisme - hoewel bezoekers uit andere bestemmingen dit inmiddels hebben gecompenseerd -, alsmede op de internationale financiële dienstverlening. Deze sector heeft het überhaupt zwaar te verduren en neemt in omvang elk jaar af. Het toerisme zit in de lift, maar is (nog) niet in staat de terugval van de andere bedrijfspilaren op te vangen. Daarom zijn alle ogen gericht op de nieuwe MEO-minister. Aan haar de opdracht om de vele projecten op de tekentafel te faciliteren bij het daadwerkelijk optuigen en ten uitvoer brengen. Niet (langer) praten, maar poetsen. Vooral vanuit het overheidsapparaat moet de dienstbaarheid optimaal zijn. Ambtenaren die de boel onterecht ophouden en daarmee land en burgers schade toebrengen moeten aan de kant worden gezet. Maar óók, private partijen die te lang geen gebruik maken van aan hen verstrekte opties voor ontwikkeling of die de overheid almaar aan het lijntje houden omdat zij hun financiering niet rond krijgen, moeten plaatsmaken voor wel serieuze partijen. Onbenut kapitaal, waaronder leegstaande panden in de binnenstad die zorgen voor teloorgang en onveiligheid, moet geprikkeld worden - desnoods onder drang - te worden aangewend. Aan de nieuwe minister Mc William ook de taak haar collega’s in het kabinet ertoe te bewegen dat er coherent en integraal beleid komt gericht op dat ene doel: een hogere output, ofwel méér (arbeids)productiviteit. Zo moet scholing gericht zijn op waar de arbeidsmarkt behoefte aan heeft. En aangezien het toerisme de komende jaren de economie gaat dragen, dienen de lessen en het materiaal daarop gericht te zijn; inclusief beheersing van de belangrijkste talen: Engels, Spaans en Nederlands. Ook VVRP (Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning) moet zich voortaan servicegericht - in dienst van het grotere doel - opstellen in plaats van onnodige obstakels op te werpen. De nieuwe minister ligt een hels karwei te wachten, zeker na de ‘perfect storm’ van de afgelopen twee jaar waarin het economisch flink tegenzat, maar zij staat bekend als een gedreven persoon die haar mannetje staat; hopelijk daarmee ‘the right person in the right place at the right time’. Het kabinet-Rhuggenaath kan halverwege de rit wel weer nieuw elan gebruiken. De toeristencijfers zijn veelbelovend, maar toerisme vergt voortdurende aandacht. Dat bewijst het onverwachte verlies van duizenden vliegtuigstoelen de komende maanden. Met gezamenlijke input van publieke en particuliere sector moet de (transitie)operatie kunnen slagen. Het Curaçao North Sea Jazz Festival, dat dit weekend weer voor de negende keer losbarst, bewijst waartoe het eiland met inbreng van visionairs in staat is als de krachten worden gebundeld. Mc William moet op die rijdende trein van hospitality stappen om full speed verder te gaan en tegelijkertijd nieuwe potentiële sectoren aan te boren.