Analyse: Géén politieke spelletjes met RdK
De ministerraad heeft als vertegenwoordiger van de aandeelhouder van Refineria di Kòrsou (RdK) heel wat uit te leggen nu zij het vertrouwen in directeur Marcelino de Lannoy en de twee (overgebleven) commissarissen heeft opgezegd, zónder daar overigens consequenties aan te verbinden, bijvoorbeeld door de bedrijfstop naar huis te sturen.
Ongefundeerd, met geveinsde argumenten, zonder zich degelijk te laten voorlichten en in strijd met de wet. Zo stellen het bestuur en de raad van commissarissen (RvC) in reactie daarop. In een brief doen zij haarfijn uit de doeken hoe het een en ander is verlopen ten aanzien van RdK-dochter CRU en de pas opgerichte RDK Fuel Farms. Maar ook over de besluitvorming én - belangrijk voor de zittende MFK/PNP-regering - op welk moment de toen nog aanstaande coalitie werd geïnformeerd en wie exact daar namens de nieuwe regeringspartijen bij aanwezig waren.
Dat lijkt een waterdicht verhaal. Toch heeft het kabinet-Pisas gemeend om, tégen alle regels van niet alleen goed fatsoen maar ook tegen de wettelijk geregelde code corporate governance in, aan te geven geen vertrouwen meer te hebben in directie en RvC. Zogenaamd omdat de algemene vergadering van aandeelhouders (AvA), gevormd door de regering, niet instemt met de ontbinding van CRU - wat overigens wordt ontkend - en ook de oprichting van RDKFF niet ondersteunt. (Nadere) motivatie volgt later.
Dit soort praktijken doet denken aan de periode van het kabinet-Schotte/Wiels in 2010-2012 en laat menig bonafide burger en integere professional (af)schrikken. Iedereen weet, zelfs niet-juristen, dat dit niet de manier is om met bestuurders en commissarissen - ook al zijn ze van een overheidsentiteit - om te gaan, namelijk door betrokkenen niet eerst te horen en de feiten goed op een rijtje te krijgen. Des te pijnlijker is het als de aandeelhouder (lees: de ministerraad) zich nog ernstig blijkt te vergissen ook, althans de plank misslaat.
De regering heeft haar eigen RdK-dossier niet goed op orde, zo wordt duidelijk, en geeft niet aan waar haar stellingname op is gebaseerd. Mogelijk is dat in de ogen van het zittende politieke bestuur niet belangrijk en wil men in Fòrti gewoon een andere koers varen met RdK. Dit wordt echter niet (eerlijk) gecommuniceerd.
De directeur en RvC-leden hebben intussen aangegeven niet in de weg te willen zitten, hun functies ter beschikking gesteld en gemeld alleen nog aan te blijven om te voorkomen dat RdK ‘(be)stuurloos’ achter wordt gelaten. Om dit laatste gaat het. RdK mag niet een ongeleid projectiel worden en (wéér) een speelbal van enkele politici. Daarvoor is het maatschappelijk te cruciaal, zeker op dit moment, en gaat er zoveel geld in om dat ernstig gewaakt moet worden dat het niet (opnieuw) als een soort melkkoe wordt misbruikt waar vermogen ‘verdampt’.
Wat speelt er zoal?
- RdK-dochter CRU heeft (nu) al bijna 100 miljoen aan gemeenschapsgeld besteed om ex-werknemers van het private Refineria Isla/PdVSA gedurende 6 tot 21 maanden door te betalen;
- RdK verwacht - ondanks alle tegenslagen en tegenvallers - een bijzonder goed financieel resultaat over 2021 te realiseren;
- de deal met ‘preferred bidder’ Corc als (broker voor een) nieuwe operator is in de afrondingsfase - het wachten is alleen nog op bewijs dat Corc de afspraken inderdaad ook kan nakomen;
- de aanbesteding van de LPG Fuel Storage Terminal is vergevorderd;
- samen met Curoil wordt, zolang de raffinaderij niet draait, de lokale brandstofvoorziening gewaarborgd;
- belangrijke rechts- en arbitrageprocedures zijn in het voordeel van RdK beslecht of nog gaande;
- en met het ambitieuze project ‘Horizonte Nobo’ wordt (enigszins) uitzicht geboden op nieuwe perspectieven.
Kortom, RdK staat voor uiterst belangrijke strategische beslissingen en momenten. Bedrijfseconomische en/of juridische redenen zijn niet aangedragen om de RdK-top dwars te zitten en te ontslaan. Tijd voor politieke (macht)spelletjes is er niet. Voor zover überhaupt geoorloofd over de ruggen van de burgers is dat zeker nu ‘bad timing’ en zijn de consequenties daarvan voor premier Gilmar Pisas en zijn ministersploeg.