Scepsis over werkgroep Duikindustrie
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Een pas ingestelde werkgroep die de kwaliteit en veiligheid in de duikindustrie moet waarborgen wordt in deze sector die met veel wildgroei kampt, met scepsis ontvangen.
,,Wij hebben een lijst met 97 duikscholen die incompleet is. De wildgroei op Curacao is zo groot, dat er dagelijks nieuwe scholen ontstaan. In al die jaren van praten is er eigenlijk niets gebeurd, dus laten we eens kijken hoe deze werkgroep gaat werken. Voorlopig zijn wij nog niet uitgenodigd voor de eerste vergadering”, zegt Hans Pleij van duikschool Curious 2 Dive.
De belangen van de duikscholen worden momenteel behartigd via de horecaorganisaties Casha en Chata. ,,Vanuit de Casha vertegenwoordigen we met onze actieve Dive Task Force veertien duikcentra. De Dive Task Force van de Chata daarentegen, is nog slapende. Wij zitten ook in een werkgroep Level of playing field, waar ook niet veel uit komt. Maar ik sta open voor een gereguleerde duikindustrie die hoogwaardige kwaliteit levert en veiligheid hoog in het vaandel heeft”, merkt Pleij op.
Focus op handhaven kwaliteitsnormen
Jarenlange wildgroei duikscholen
Nieuwbakken voorzitter van de werkgroep Kwaliteit en Veiligheid in de Duikindustrie is Sandra Cova. Ze geeft aan dat de multidisciplinaire collectieve werkgroep, ingesteld door minister Javier Silvania (MFK) van Gezondheid, Milieu en Natuur (GMN), actief wordt ondersteund door diverse belanghebbenden uit de duikindustrie, waaronder GMN, Inspectie der Volksgezondheid, duikmedische experts, vertegenwoordigers van duikscholen, en de Curaçao Hospitality and Tourism Association (Chata). ,,Het doel van de werkgroep is om protocollen en richtlijnen te ontwikkelen die de kwaliteit en veiligheid in de recreatieve duikindustrie waarborgen. Dit geldt voor zowel studenten, instructeurs als personeel. De werkgroep streeft ernaar om minimale standaarden en eisen te ontwikkelen, die we voor alle duikscholen op Curaçao gaan hanteren. Hierbij ligt de focus op het handhaven van internationale kwaliteitsnormen van instructie en professionaliteit, en zo Curaçao te promoten als een veilig en hoogwaardig duikeiland”, deelt Cova mee.
,,Momenteel is er totaal geen toezicht of controle”, beschrijft Pleij de situatie in de duiksector. ,,Als bedrijf heb je slechts een vestigingsvergunning nodig. De meesten werken zwart, of tegenwoordig graag freelance, en dragen dus geen belasting af. Er is verschil in de kwaliteit die wordt aangeboden, want er zijn duikbedrijven die maar wat aanrommelen. De prijzen liggen ook redelijk uit elkaar. Er wordt geadverteerd voor open watercursussen van 250 US-dollar, maar dat ligt wel genuanceerder en is een redelijk complexe materie.”
Volgens Pleij zou in ieder geval van andere eilanden in de regio, waar de sector wel goed is geregeld, kunnen worden afgekeken. ,,Een goed voorbeeld van hoe het kan is Bonaire. We zouden hier ook van ons onderwaterpark een natuurpark kunnen maken, restricties voor duikers kunnen instellen en bepalen dat een dive tag aangeschaft moet worden.”
