Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Het parkeerbeleid in Otrobanda en Punda blijft ongewijzigd. Dat valt te concluderen uit het vonnis van de zaak van Downtown Management Organization Punda (DMO) en Sosiedat di Komershantenan di Otrobanda (SKO) tegen Parking Authority Curaçao (PAC).
De winkeliersorganisaties verloren de zaak.
DMO en SKO probeerden er met een kort geding voor te zorgen dat de rechter PAC zou bevelen de parkeerbeheeractiviteiten te staken en gestaakt te houden. Dit omdat de winkeliers in de binnenstad hinder zouden ondervinden door het beheer dat PAC uitvoert. Bovendien stelde de advocaat Eric de Vries in zijn pleitnota dat het parkeerbeheer op onrechtmatige wijze was uitbesteed aan PAC.
Het gerecht oordeelde allereerst dat ‘zeer veel tijd’ is verstreken voordat DMO en SKO in actie zijn gekomen tegen PAC, gezien de huidige situatie al sinds 2010 bestaat. Daar bracht advocaat De Vries tegenin dat de situatie in hun ogen per 1 januari 2017 wezenlijk is gewijzigd, ‘omdat per die datum de periode van de gunning van het beheer aan PAC zou zijn geëindigd’.
Dat betoog werd door het gerecht verworpen, omdat dat geen enkel verschil maakt, gezien de eisers het sowieso al een onrechtmatige uitbesteding achtten. Bovendien heeft het verstrijken van deze periode volgens de rechter geen spoedeisend belang. En gezien de opdracht aan PAC in 2009 voor een periode van tien jaar zou zijn verstrekt, is het niet aannemelijk dat deze sinds 31 december 2016 geëindigd zou zijn, werd daaraan toegevoegd.
De rechter achtte het tevens niet voldoende aannemelijk dat de winkeliersorganisaties en hun achterban daadwerkelijk schade ondervinden van de parkeerbeheeractiviteiten. ,,Als al kan worden gesproken van een inbreuk op een subjectief recht van de eisers (of hun achterban), dan is niet voldoende aannemelijk geworden dat zij van dat handelen daadwerkelijk schade ondervinden. Althans, niet in die mate dat een onmiddellijke voorziening geboden is”, zo valt in het vonnis te lezen.
Ondanks verschillende argumenten die door DMO en SKO werden aangedragen, hebben de organisaties volgens het gerecht hun belang bij het treffen van een onmiddellijke voorziening onvoldoende duidelijk kunnen maken. ,,Niet valt in te zien op welke wijze het plaatsen en onderhouden van parkeerautomaten op zichzelf effect kan hebben op het aantal bezoekers van de binnenstad.” Ook dus als juist is dat PAC dit beheer zonder recht of titel voert, kan een onmiddellijke voorziening niet bijdragen aan het belang van de eisers, aldus het vonnis.
,,Al met al - enerzijds het aanzienlijke tijdsverloop en anderzijds de besproken onderdelen van het door DMO en SKO gestelde belang – is het gerecht van oordeel dat DMO en SKO onvoldoende spoedeisend belang hebben bij het treffen van een onmiddellijke voorziening.” Aldus het eindoordeel. De rechter wijst daarmee de vordering af en veroordeelt de eisers in de proceskosten (1.500 gulden) van PAC.
Of DMO en SKO het hier bij laten zitten, is nog de vraag. ,,Ik zal dat met DMO en SKO moeten bespreken”, zegt advocaat Eric de Vries tegen deze krant.