Cecilia wil besturen vanuit inhoud in plaats van partij-ideologie

Van onze correspondent
Kralendijk - Anjelica Cicilia heeft het prima voor elkaar in Nederland. Ze is directeur Acquisition & Development bij Achmea Real Estate wanneer ze gebeld wordt door Clark Abraham met de vraag of ze gedeputeerde wil worden in het nieuwe bestuurscollege van Bonaire.

bonkleurZe zegt haar baan op en vertrekt meteen naar het eiland waar ze 46 jaar geleden is geboren. In een interview met Martijn Delaere van ‘Binnenlands Bestuur’ legt ze uit hoe dit is gegaan en waarom ze ‘ja’ heeft gezegd.
De partijleider van de Partido Democrático Boneriano (PDB) belde haar direct op nadat het bestuurscollege op 18 oktober gevallen was. Hij zegt baanbrekende plannen met Bonaire te hebben. Hij wil het eiland anders gaan besturen, maar daarvoor heeft hij wel het ‘nieuwe’ en partijloze gezicht van Cicilia nodig. Ze woont al jaren met plezier in Nederland en wordt in de vastgoedwereld gevierd als ‘power woman’. Voor Cicilia komt het telefoontje van Abraham totaal onverwacht, maar voor de Bonairiaanse politicus is het het sluitstuk van een politieke zet om korte metten te maken met de bestuurscultuur op het eiland. Op de ochtend van donderdag 20 oktober bespreekt zij de smeekbede uit Bonaire met haar echtgenoot, vrijdagochtend zegt ze haar baan bij Achmea Real Estate op, en op zondag stapt ze in het vliegtuig. Cicilia: ,,In afwachting van een verklaring omtrent het gedrag, die op vrijdag met spoed werd ingediend, zodat ik op dinsdag 24 oktober beëdigd kon worden.”
Cicilia is binnengehaald als partijloos expert en dat vindt ze een groot voordeel, zo vertelt ze aan Delaere. ,,Ik ben niet gebonden aan een coalitie die op basis van kleuren dit eiland bestuurt. Als expert kan ik zeggen: we hebben met elkaar unaniem op vijftig punten een bestuursakkoord afgesproken en als expert vind ik dat we dít moeten doen. Ik kan op de inhoud discussiëren.” Haar portefeuille ruimte en ontwikkeling (R&O) is daarbij wel een van de lastigste, vreest ze. ,,Beleid en wetgeving zijn achterhaald. De bouwverordening waarmee moet worden gewerkt stamt uit 1961. Er is wel een herziening geweest in 1994, maar die was heel beperkt. De huidige regels bieden veel ruimte voor eigen interpretatie. ‘We’ zijn daardoor in het verleden te laks met de omgeving omgegaan. Waardevolle monumentale panden zijn gesloopt en de nieuwbouw heeft weinig bijgedragen aan het erfgoed. Dat kun je niet terugdraaien, maar je kunt er wel voor zorgen dat het vanaf nu anders gaat. Er moet niet alleen beter worden nagedacht over de architectuur, maar ook over de openbare ruimte en de inrichting van de infrastructuur.”
Wethouders die in Nederland de boel overnemen nadat het vorige college is gevallen, komen in een gespreid bedje terecht. Dossiers worden overgedragen, (beleids)ambtenaren staan de nieuwe bestuurders bij. Op Bonaire gaat dat anders. ,,Ik kom in een gebouw, en ik heb helemaal niks. Geen staf, geen e-mailadres, geen laptop. Niemand neemt de telefoon op. Ik heb vier werkplekken voor mensen die ik moet aannemen voor mijn bureau. Ik ben door mijn kennissenlijst gelopen en heb inmiddels twee adviseurs van Bonaire aangenomen. Maar dat is natuurlijk supermis aan het systeem. Er moet toch een ambtelijk apparaat zijn dat los van de gedeputeerden zijn werk doet?”
Omdat het Openbaar Lichaam Bonaire vakkundigheid ontbeert, werkten voorgaande besturen graag met zogenoemde overeenkomsten van opdracht, waarbij zelfstandigen werken voor het openbaar lichaam. Omdat ze niet anders konden, en omdat het gebruik was. Cicilia zegt dit te begrijpen maar is van mening ‘dat het niet de basis van de organisatie moet zijn. ,,Ik ben consultant geweest, dus ik weet goed hoe aantrekkelijk dat advieswerk is. Ben je eenmaal binnen, dan zorg je ervoor dat de opdracht zolang mogelijk doorgaat. Dat moet echt anders. De basis moet op orde zijn. We moeten zelf binnen onze organisatie structureel kennis en ervaring opbouwen.”
Wanneer morgen het bestuurscollege valt dan gaan alle medewerkers van de bureaus van de gedeputeerden naar huis. Na een paar maanden stopt hun salaris. Ze hebben geen baanzekerheid. ,,Daar willen we ook vanaf. Ik wil niet iemand binnenhalen die straks geen werk meer heeft omdat ik naar huis word gestuurd. We willen één bureau van gedeputeerden. Een algemene bestuursdienst die zich ondersteund voelt en los van de politieke kleur veilig zijn werk kan doen.” Cicilia zou willen dat die ambtenaren Bonairianen zijn. ,,De jobs moeten ook open staan voor hoogopgeleide Bonairianen uit Nederland. Ik hoop dat zij het aandurven om, net als ik, hun hart te volgen en ons komen helpen.”