Van onze correspondent
Kralendijk - Naar nu blijkt heeft de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) de twee steigers van Bonaire Petroleum Corporation nv (Bopec) al enkele maanden geleden afgesloten.
bonbopecHoewel de sluiting al dateert vanaf oktober heeft de Rijksdienst Caribisch Nederland (RCN) dit pas vorige week bekendgemaakt. Het inspectieteam voert sinds 2014 inspecties uit. De resultaten worden steeds teruggekoppeld aan Bopec. De gezaghebber van Bonaire wordt als voorzitter van het Bestuurscollege (BC) ook steeds geïnformeerd. Pas op momenten dat de handhaving de situatie op Bonaire direct kan beïnvloeden wordt daarnaast ook een nieuwsbericht geplaatst op de website van RCN.
Bopec komt al langer negatief in het nieuws. Het personeel heeft weinig vertrouwen in de huidige directie en men maakt zich zorgen over het uitbetalen van loon en over het uitblijven van het noodzakelijke onderhoud. Er is ook nog steeds geen vrijwaring vanuit de Verenigde Staten ontvangen die noodzakelijk is om vanaf maart de activiteiten voort te kunnen zetten. Reden genoeg voor gezaghebber Edison Rijna om vrijdagochtend met Bopec en de vakbonden om de tafel te gaan zitten om de situatie te bespreken. Na afloop van het gesprek gaf Rijna aan er vertrouwen in te hebben dat Bopec haar verplichtingen zal nakomen. ,, De salarissen worden nog steeds uitbetaald en er kan brandstof worden geleverd:, aldus de gezaghebber.
Het is al langer bekend dat Bopec kampt met achterstallig onderhoud, maar het verbetertraject kan niet goed worden uitgevoerd omdat het bedrijf niet beschikt over voldoende financiële middelen. De twee steigers voldeden niet aan de gestelde veiligheidseisen en toen Bopec haar toezeggingen om het onderhoud uit te voeren niet nakwam heeft de inspectie ze gesloten. Hierdoor is laden en lossen onmogelijk en beschikt het bedrijf alleen over de bestaande voorraden, die langzaam opraken. Volgens RCN had de inspectie geen andere keus omdat de kans op een ongeluk en verontreiniging van de omgeving steeds groter werd.
Het is niet zo dat er helemaal geen onderhoud gepleegd wordt op het terrein. Twee grote opslagtanks en de brandbeveiligingsinstallatie worden vernieuwd en de elektrische installaties worden verbeterd. Het inspectieteam heeft ten minste maandelijks telefonisch contact met Bopec waarbij de stand van zaken wordt doorgenomen. Daarnaast worden via mail schriftelijke informatie en foto’s opgevraagd en beoordeeld. Wanneer in april de volgende inspectieronde plaatsvindt, is het erop of eronder voor het bedrijf. Een team van Rijkswaterstaat en de Veiligheidsregio Rotterdam komt dan langs om te beoordelen of het achterstallig onderhoud daadwerkelijk en goed wordt aangepakt. Wanneer dit niet het geval blijkt te zijn kan het team de vergunning van Bopec opschorten of zelfs intrekken.