Het is de laatste tijd weer raak voor wat betreft politieke discussies rond de (mogelijke) staatkundige status van ons land. Het regeerprogramma 2010-2014 van de huidige regering met de titel ‘Pa un Kòrsou soberano, solidario i sostenibel’ heeft veel politieke stof doen opwaaien.
Voornamelijk de oppositiepartij PAR en nog anderen zagen in deze titel een goede kans om de regeringspartijen ervan te beschuldigen de onafhankelijkheid van ons land na te streven. Volgens hun zeggen heeft het volk in het laatst gehouden referendum niet hiervoor gekozen. Gelijk hebben ze dat het volk, vanuit het oogpunt van de meerderheid der stemmen, hier niet voor heeft gekozen. Dit sluit echter niet uit dat de huidige of welke andere regerende partijen in de toekomst er naar kunnen streven om een andere staatkundige structuur na te streven. Uiteraard nadat het volk weer haar mening heeft geuit in een referendum. De autonome status is echter niet het eindstation van de staatkundige droom van het volk of een regering.
De huidige regering kan echter niets anders doen dan hetgeen is afgesproken in de laatste slotverklaring na te leven totdat het volk anders heeft beslist in een ander referendum.
Frappant is dat tegenstanders van het gebruik van de term ‘soberano’ (souverein) in het regeerprogramma blijkbaar vergeten dat in het verleden het Curaçaose volk in een referendum heeft gekozen voor een autonome status conform de status aparte van Aruba. De vorige regering heeft hun droom van een geherstructureerde Antillen (gedeeltelijk) verwezenlijkt in de laatste slotverklaring, waardoor wij in een staatkundig structuur zijn beland van een status aparte plus St. Maarten. Weliswaar met de ondersteuning van de meerderheid der stemmen tijdens het laatst gehouden referendum.
De discussies rond de zogenaamde intenties van de regering om de onafhankelijkheid van Curaçao na te streven is nergens in zodanige bewoordingen in het lijvige regeerprogramma te vinden. De term ‘soberano’ (soeverein) wordt wel een aantal keren genoemd. Na een ‘search’ in het regeerprogramma heb ik slechts vier keer het woord ‘soberano’ (soeverein) boven water kunnen halen, bewerkt in zeer summiere bewoordingen.
Een en ander eerst in de titel van het regeerprogramma en in de benaming Pueblo Soberano in de introductie op bladzijde 3.
Op blz.10 wordt gesteld (de volgende passages zijn door mij vertaald vanuit het papiamentstalige document);
2.1. Visie
De regering heeft als visie voor Curaçao het volgende;
Curaçao is een soeverein eiland, solidair en met duurzaamheid.
Naar mijn gevoel zoals reeds vermeld, mag welke regering dan ook als visie hebben dat onder andere Curaçao in de toekomst een soeverein eiland zal zijn. Een en ander voor zover de mening van het volk in een referendum wordt gepolst, voordat acties in die richting worden ondernomen. Onder hoofdstuk 2.1 wordt verder niet ingegaan op de term ‘soberano’.
Verder wordt op bladzijde 25 gesteld (de volgende passages zijn door mij vertaald vanuit het papiamentstalige document);
4.1.6. KONSTRUKSHON DI PAIS (NATION BUILDING)
‘Het beleid dient te wijzen op het belang van het bouwen aan een natie en dient geleid te worden door het verlangen van de Curaçaose gemeenschap gebaseerd op het principe van soevereiniteit.
Bovenstaand wordt weer een visie van de regering verwoord, waarbij duidelijk gesteld wordt dat het principe van soevereiniteit gedragen dient te worden door een verlangen van de Curaçaose gemeenschap. De regeringspartijen mogen net als Martin Luther King en de politieke partijen in de vorige regering, ook hun ‘dream’ (visie) hebben op staatkundig gebied. Maar indien de meerderheid van de Curaçaose bevolking (in een referendum) niet verlangen deze droom te ondersteunen, dan houdt alles op.
Vandaar dat ik stel dat de kritiek van de (politieke) tegenstanders als een storm in een glas water beschouwd kan worden.
De manier waarop de regering de geuite kritieken weerlegt, verdient geen lauwerkrans. Hopelijk heb ik hen in dezen een objectieve steun in de rug gegeven zonder dat ik een fanatiekeling ben van geen één van de regerende partijen.
Felix Pinedo, Curaçao