Als oud-administrateur van Ogem bv (1970-1977) en oud-financieel directeur van Aqualectra Distribution (1977-1987) die de financiering van de overname van het bedrijf heeft verzorgd, waarbij het Eilandgebied Curaçao (lees: de bevolking) bij de overdracht van het bedrijf van Ogem aan het Eilandgebied Curaçao (lees: de bevolking) geen rooie cent heeft uitgegeven, zal ik nog geen mening geven over de verantwoordelijke vier personen. De overname vond plaats middels opgenomen bankleningen die door het bedrijf zelf werden afbetaald. Ik wacht vooralsnog liever op de resultaten van alle onderzoeken die zullen komen (van binnenlandse en buitenlandse experts).

Na verkeerde politieke beslissingen in de jaren 2005 tot en met 2012 van achtereenvolgens de gedeputeerden Nelson Pierre en Humphrey Davelaar en minister-president Gerrit Schotte, werd de heer Darick Jonis per 1 april 2012 belast met de bedrijfsvoering van Integrated Utility Holding (IUH, Aqualectra), een bedrijf dat toen vrijwel failliet kon worden verklaard. Jonis heeft gedurende de laatste jaren, zonder het bezit van een goed meerjarenplan ‘wonderen’ verricht om het bedrijf technisch en financieel gezond te maken. De enige verkeerde beslissing die ik hem kan verwijten is het integreren van de netwerken van Aqualectra en CRU, gebruikmakende van de bestaande koppeling tussen CRU en onderstation Nijlweg. De integratie vond plaats gedurende of na de tijdelijke aanstelling van Irving Hanst (op verzoek van de toenmalige minister van Financiën, José Jardim, belast met Aqualectra) als interim-directeur van CRU.

Darick Jonis bevestigt in de lokale media dat Aqualectra en CRU elkaar nodig hebben en dit kan anno 2020 waar zijn, maar het is nooit de bedoeling geweest. CRU dient zichzelf te bedruipen. De overtollige energie die CRU aan Aqualectra kan leveren, mag door Aqualectra niet als een verplichting van CRU gezien worden. Het dient als een meevaller voor Aqualectra beschouwd te worden. Curaçao is het enige land in de wereld met een integratie van het openbare energienetwerk met een plaatselijke olieraffinaderij. Dit had nooit moeten gebeuren.
Ik geef Aqualectra de volgende twee adviezen. Het eerste advies is om de integratie terug te draaien. De oplossing is nog steeds het oorspronkelijke plan van mijn baas Mario Evertsz bij de voorbereidingen en onderhandelingen van de opzet van BOO (CRU). Met de dieselplant van het fabricaat MAN die door Refineria Isla S.A. (PdVSA) gebouwd werd, was de afspraak dat op het moment dat BOO (CRU) in bedrijf genomen wordt, Aqualectra de dieselplant op het Isla-terrein zal overnemen. Deze zou dan door Aqualectra uitgebreid worden zodat deze dieselplant in de toekomst als volledige back-up zou kunnen dienen voor Aqualectra en BOO (CRU). Deze plant heeft de oorspronkelijke capaciteit van 38 MegaWatt, en bij de uitbreiding met nog 38 MegaWatt, kom je op een totale reservecapaciteit van 76 MegaWatt.

Dit is ongeveer de helft van het piekvermogen van Aqualectra van 135 MegaWatt, ook voldoende om BOO (CRU) met 63 MegaWatt te voeden. BOO heeft zelf 15 MegaWatt nodig terwijl de olieraffinaderij, eigendom van Refineria di Kòrsou (RdK) bij haar maximale bedrijfsoperatie met 220.000 barrels, 48 MegaWatt nodig heeft. De BOO-plant had begin 2003 een capaciteit van circa 165 Megawatt.
Het idee van Mario Evertsz was om de dieselplant (na een uitbreiding met 38 MegaWatt) volgens de strategie van Ogem met draaiend reservevermogen in bedrijf te houden.
Toen KAE de productie van energie in 1978 overnam, werd de strategie van Ogem voor de distributie verlaten en vervangen door de strategie voor productie met ‘stilstaand reservevermogen’, waarbij als een productie-eenheid onverwachts uitvalt, er altijd sprake is van een korte of langdurige energieverstoring, afhankelijk van de capaciteit van de productie-eenheid.
Het tweede advies is om de windparken van Playa Canoa en Tera Kòrá te voorzien van batterij-banken in de onderstations Brievengat en Tera Kòrá. Het windaanbod in de laatste dagen is naar mijn mening zeer onbetrouwbaar geweest. Ik heb het vermoeden dat dit de oorzaak is geweest van de black-outs. De huidige windturbines van Vestas zijn ‘gearbox driven’. Ze zijn zeer gevoelig voor turbulenties in het windaanbod waardoor de windturbines regelmatig in safe-mode gaan draaien. Dit veroorzaakt instabiliteit in het net. De aanschaf van batterijen is kostbaar en maakt windenergie onrendabel, maar er is wel meer zekerheid. Bonaire heeft dit systeem met Ecopower. De elektriciteitstarieven op Bonaire zijn niet verlaagd; integendeel zij moesten verhoogd worden.
Ik zal later terugkomen met mijn verhaal over de verkeerde beslissingen door de verantwoordelijke personen in de periode van 1 maart 2003 (inbedrijfneming van BOO, tegenwoordig CRU) tot 1 april 2012 (de datum dat Darick Jonis als directeur werd aangesteld).

Ronald J. Ortela
Aquafund Holdings Group
Curaçao

ADBrief 800