De Statenvoorzitter meent dat het urgent is om de ‘Petroleumlandsverordening zeegebied Curaçao’ deze week in de Staten te behandelen. Zijn argument is dat de Curaçaoënaar na deze zware periode (de periode waarin het coronavirus heerst) werk en inkomen nodig heeft. Ik verbaas me hierover nogal. Die landsverordening lijkt mij nogal zinloos zolang er nog geen olie of gas aangetoond is in wateren rond Curaçao. Bovendien is die landsverordening zeker al 12 jaar in voorbereiding. Dus waarom nu die haast?

De enigen die hierdoor werk zullen krijgen zijn de leden van een op te richten Petroleumraad en bestuursleden van een overheids-nv die opgericht moet worden, de Kompania di Petrolio i Gas Kòrsou nv. Welk soort personen in deze Petroleumraad en het bestuur van deze overheids-nv banen zullen krijgen, laat zich helaas vrij makkelijk raden. Dat zullen niet de mensen zijn die nu werkeloos thuis zitten en van voedselpakketten afhankelijk zijn geworden.

Op de website van de Staten www.parlamento.cw vind ik alleen de tweede en derde nota van wijziging als ik zoek op ‘petroleum’ of op het registratienummer van de Staten 2019-2020-067. Ik keek nog even in de (hernieuwde) oproep voor de Statenvergadering. Daaruit blijkt dat het kenmerk 2014-2015-067 is! Ik heb opnieuw gezocht en documenten gevonden. Ik open de Memories van Toelichting en die blijkt ook nog eens opgenomen met kenmerk 2015-2016-067. Wellicht kan de Statenvoorzitter ervoor zorgen dat alle parlementaire stukken dezelfde nummers krijgen en hierdoor beter raadpleegbaar worden.

Het ontwerp is op 23 april 2015 aan de Staten aangeboden. Het is kennelijk snel in behandeling genomen, want het Voorlopig Verslag is van 20 mei 2015. Daarna is het stil komen te liggen, want de oproeping voor de gewone vergadering was voor 20 februari 2020. Kennelijk is die vergadering niet doorgegaan en is er nu een hernieuwde oproeping voor een vergadering op 20 april 2020. Uit het feit dat de behandeling bijna vijf jaar heeft stilgelegen, ontstaat bij mij de indruk dat er tot nog toe weinig urgentie was.

Het valt me bovendien op dat op de startpagina van de Staten afwisselend drie (enigszins gedateerde) foto’s te zien zijn. Op één ervan is een voormalig premier te zien die zijn dagen slijt in de SDKK-gevangenis. Zijn de Staten zo trots op hem dat die foto blijft staan, of zijn er gewoon geen andere foto’s beschikbaar?

Martin Eekhof, Curaçao

ADBrief 800