Gezonde overheidsfinanciën zijn van groot belang voor de economische ontwikkeling en stabiliteit van Curaçao. Vanwege gebrek aan onder andere begrotingsdiscipline in de afgelopen opeenvolgende jaren, heeft de Rijksministerraad in juli 2019 een aanwijzing gegeven.
Ongeveer zes maanden verder na de verkregen aanwijzing hebben wij geen zicht mogen krijgen op de vooruitgang. Concreet zijn onder andere de belastingen (ob, accijns op bier, alcohol en sigaretten, afvalstoffen) verhoogd en aangifteplicht ozb ingevoerd. Door het uitstellen van invoering abb (invoering in april 2020) zullen de inkomsten thans waarschijnlijk lager uitvallen.
Verder is aangekondigd dat de Groeistrategie en het -akkoord uitgevoerd gaan worden. Ook hier zou meer transparantie helder inzicht kunnen geven in de bereikte doelen en voortgang van het Groeiakkoord, zeker ook in relatie tot de afspraken die met Nederland gemaakt zijn wat betreft het beschikbaar stellen van extra financiële middelen (180 miljoen gulden) voor productieve rendabele investeringen.
Met betrekking tot de ontwikkelingen aan de kant van uitgavenverlaging is volgens de regering bezuinigd bij de onderdelen goederen en diensten en subsidies en inkomensoverdrachten. De aangekondigde ‘nullijn’ in de publieke sector wordt volgens in de media verschenen berichten echter uitgesteld tot 2021. Indien de, in november 2018 aangekondigde urgentiewetgeving was ingevoerd, zouden wellicht bepaalde bezuinigingsmaatregelen makkelijker doorgevoerd kunnen worden.
Er zijn sterke aanwijzingen dat de uitgaven verder omhoog zullen gaan als gevolg van onder andere tekorten Girobank (300 miljoen gulden), tekorten SVB-fondsen en de transitieconstructie raffinaderij. Aannemelijk is dat het voorstel om de licentierechten te verhogen, om de financiële tekorten van de Girobank te kunnen mitigeren, doorberekend zullen worden aan de consument; hetgeen de facto een devaluatie van de Antilliaans gulden zou betekenen. Een zeer zorgelijk vooruitzicht en ontwikkeling, zoals de ervaring in omliggende landen laat zien.
De economische vooruitzichten wijzen in de richting van aanhoudende en zelfs toenemende krimp. Per saldo ziet het ernaar uit dat ook in 2020 de overheidsfinanciën het zwaar te verduren zullen hebben en compensatie van tekorten van voorgaande jaren er niet in zit. De kans is klein dat de doelstellingen van de aanwijzing zullen worden gehaald, mede omdat wij continu achter de feiten aanlopen. Wat dan?
De VBC is zeer bezorgd over deze ontwikkeling omdat macro-economische stabiliteit (gezonde overheidsfinanciën) een voorname voorwaarde is om structurele economische groei te bewerkstelligen en daarmee het oplossen van de vele financieel- en sociaaleconomische vraagstukken. Naar oordeel van de VBC is deze ongewenste ontwikkeling te wijten aan (althans een sterke perceptie van) een niet daadkrachtig coherent, consistent en transparant overheidsbeleid.
De zware ingevoerde lastenverzwarende maatregelen stimuleren geen groei en vertrouwen. Helemaal niet als blijkt dat sprake is van ongelijke behandeling. Waarom geen bezuiniging loonkosten in de publieke sector? Waarom ongelijke behandeling van bedrijven? Wel tegemoetkomingen Giro en raffinaderijmedewerkers, maar niet die van andere zoals Wimco en Curcon etc. Blijkbaar is een besluit, gebaseerd op de benadering van ‘too big to fail’ hierbij bepalend geweest, maar dat gaat wel ten koste van de rest van de gemeenschap.
Het zou goed zijn, in het kader van transparantie, dat de regering haar beleid met betrekking tot bovenstaande onderwerpen nader uitlegt, ter voorkoming van onbegrip en onverdraagzaamheid en verdere aantasting van het vertrouwen.

Bestuur Vereniging Bedrijfsleven Curaçao

ADBrief 800