Dat de staatsregeling het niet heeft gehaald verbaasd me enigszins. Ik ging er vanuit dat er genoeg personen tussen Eilandsraadsleden van de oppositie zaten die in ruil voor een lucratief aangeboden commissariaat een goed betaalde overheidsbaan of een belangrijke functie bij een overheids-nv functie, met de coalitie mee zouden stemmen. Ik heb me gelukkig vergist. We hebben toch nog Eilandsraadsleden waar je op kan bouwen. De PAR was ervan overtuigd dat het volk alles weer zou slikken. Niet dus. Met het niet meestemmen hebben de oppositiepartijen de hakken in het zand gezet. ,,Niet verder”, zeggen ze, ,,laat het volk nu maar eerst kiezen of ze het eens zijn met het beleid van de coalitie.” Het gaat er voornamelijk om of een veroordeelde politicus uit het ambt gezet kan worden of mag blijven zitten met zijn riante inkomen. PAR heeft daar dus geen enkel bezwaar tegen. De oppositie vindt, terecht, dat dát niet kan. PAR heeft gemeend, ‘there is honor between thiefs’, en dat ze wel bijval zouden krijgen, maar PAR maakte óf een grote vergissing óf is zoals gewoonlijk weer te arrogant geweest. De gewetenloze 22ste stemmer maakte bezwaar en stemde met zijn hele fractie tegen. (‘Chapeau’ mijnheer Cooper). Als straks dus blijkt dat een politicus steekpenningen heeft aangenomen, de boel geflest heeft of willens en wetens een extra stembiljet gebruikt heeft om een stemming te beslissen dan ligt die politicus er hopelijk uit. We gaan nu dus nieuwe verkiezingen in. Dat maakt niet zo veel uit, die zouden er toch komen. Wat wel een groot verschil maakt, is dat als deze Eilandsraad met een twee derde meerderheid pro staatsregeling gekozen had, de PAR verzekerd was van een victorie bij de volgende verkiezing. De oppositie heeft door tegenstemmen een nieuwe si/nò situatie gecreëerd. Ben je er voor dat een veroordeelde politicus mag aanblijven of moet hij opstappen? Moeten we corrupt gedrag goed keuren? Si of nò. Ik kan niet van tevoren zeggen wie er gaat winnen. Ik kan wel met vrij grote nauwkeurigheid vaststellen wie de grote verliezer wordt.

Andrés Casimiri, Curaçao