Gisteren werd me verteld dat de toko’s in Jamaica het financieel heel moeilijk hebben. De mensen willen er niets meer kopen. Illusie: als we de Chinees ogende eigenaar en zijn gezin mijden, dan krijgen we vast geen corona. Arme uitbaters van toko’s op Jamaica!

Ik weet niet hoe het op Curaçao met de toko’s gesteld is. Ik vrees niet heel anders. Covid-19 zadelt ons op met vele illusies. Die illusies variëren van ‘het virus heeft Curaçao nog niet bereikt’ (illusie: misschien gebeurt het ook niet) tot ‘laten we wat extra rijst en bonen kopen en vooral ook twaalf flessen water’ (illusie: dan overleven we langer als het virus hier arriveert). Mogelijk is het ernstige gevaar voor de volksgezondheid van corona zelf een illusie en levert vooral de manier waarop we ermee omgaan een (zelf gecreëerd) economisch gevaar op.frankkunneman

Voor de leiding van een organisatie (het bestuur, de raad van commissarissen) is deze situatie extra lastig. Je primaire verantwoordelijkheid is de continuïteit van de organisatie. Het virus verspreidt zich van mens tot mens. Je medewerkers functioneren op het werk per definitie in een samenwerkingsverband. Daarbuiten functioneren ze in allerlei andere sociale verbanden. Je kunt daar weinig aan veranderen, ook niet aan de besmettingskansen die zich daar voordoen. Tom Poes verzin een list. Continuïteit van de organisatie bereik je niet door het inslaan van desinfecterende zeep, mondkapjes en flessen water. De beschikbare hoeveelheden zijn niet toereikend om langer dan een paar dagen, hooguit weken mee te wassen, ademen en van te drinken. En voor de familie van al je medewerkers thuis, de kinderen op de baseballclub van die kinderen en voor iedereen op school en in de supermarkt, kan je ook niet zorgen. Wat heb je dan aan je voorraad mondkapjes?

We moeten de illusie doorbreken dat we continuïteit van de eigen organisatie kunnen borgen door het voor onszelf of voor onze eigen groep te regelen. Dat geldt voor ons hele eiland. Voedsel, geneesmiddelen, gebruiksvoorwerpen, vervoer. We zijn voor de continuïteit van al onze organisaties afhankelijk van de continuïteit van mensen en organisaties binnen en buiten ons eiland. Vroeger werd er wel gezegd ‘als Duitsland ziek is gaat Nederland niezen’. Voor ons is het lastiger. Als in het buitenland de machine hapert, staat die van ons al snel volledig stil.

Dat geeft de eigenlijk wel mooie paradox dat je als leiding van een organisatie moet regelen dat alle organisaties gezamenlijk zo lang mogelijk kunnen functioneren. Je helpt jezelf door een ander te helpen. In het vliegtuig krijg je de instructie om eerst je eigen zuurstofmasker om te doen en pas dan dat van je kleine kind. Om je kind te redden voelt dat contra-intuïtief. Het werkt wel zo.

De continuïteit van een bank kan alleen worden gegarandeerd als de supermarkten open blijven. Daarvoor is misschien wel extreme kredietverruiming nodig zonder hoge rentes. De continuïteit van de supermarkt kan alleen worden gegarandeerd als de medewerkers van banken en andere dienstverlenende instellingen eten kunnen blijven kopen. De medewerkers van het elektriciteitsbedrijf kunnen ons alleen stroom leveren als ze te eten hebben. De medewerkers van de supermarkt kunnen alleen voor eten zorgen als ze van de bank geld krijgen om voor hun gezin te zorgen en van het elektriciteitsbedrijf stroom om ‘s avonds te kunnen lezen en het voedsel te koelen.

In corporate governance geldt dat je als leiding van een organisatie rekening moet houden met de gerechtvaardigde belangen van al je stakeholders, inclusief de samenleving. Dankzij corona geldt dat nu nog meer dan anders. We kunnen wel vergeten dat we het kunnen redden door uitsluitend voor ons zelf te zorgen. Dat is pas echt een illusie.