Door Frank Kunneman

Bent u op de een of andere manier betrokken bij een overheidsstichting? Lees dan gerust verder. Zo niet, ga vooral iets nuttigers doen.
Stichtingen hebben geen aandeelhouders. Ze hebben ook geen leden. Juridisch gezien zijn stichtingen gesloten bolwerken. Het bestuur maakt de dienst uit. Overheidsstichtingen bestaan niet, ook al denkt het Land dat soms. Ook in een ‘overheidsstichting’ maakt het bestuur de dienst uit. Dat ligt anders bij overheids-nv’s. Daar is het Land aandeelhouder.
Het Land kan wel een bijzondere relatie met een stichting hebben. Soms is dat op basis van een zorgcontract, soms is dat op basis van de wet. Eigenlijk is het geval van een zorgcontract het beste. Er is gelijkwaardigheid over en weer. De stichting levert ten behoeve van het Land of de samenleving diensten en ontvangt daarvoor een vergoeding op basis van een overeenkomst. Als het Land de stichting niet betaalt, stopt de stichting met het leveren van de diensten. Het Land kan niet het beleid en de gang van zaken beïnvloeden, anders dan door middel van het bepalen van de inhoud van het contract. Daar kan je als stichting ja of nee tegen zeggen.
Ontvang je als stichting subsidie, dan is het een heel ander verhaal. Subsidie creëert geen gelijkwaardigheid. Van subsidie ben je als stichting afhankelijk. Er bestaat niet zoiets als een recht op subsidie. In Curaçao is er voor de meeste stichtingen zelfs geen zekerheid op subsidie voor het komend jaar. Vanuit het perspectief van continuïteit is dat voor het bestuur heel erg lastig. Je moet vaak verplichtingen aangaan die meerdere jaren bestrijken. Nog lastiger wordt het als een stichting als ‘overheidsstichting’ kwalificeert volgens de Landsverordening corporate governance. Dat is het geval wanneer het Land statutair het recht heeft om een of meer bestuursleden of leden van de Raad van Toezicht te benoemen of ook als het Land het recht heeft om de statuten aan te passen. In dat geval zijn bepaalde rechtshandelingen van het Land met betrekking tot die stichting aan voorafgaand advies van de Adviseur Corporate Governance onderworpen. Moet bijvoorbeeld de bestuurder of toezichthouder zijdens het Land worden voorgedragen, dan moet de adviseur eerst aan de regering advies geven. Hetzelfde geldt voor een wijziging van de statuten, als tenminste in de statuten staat dat het Land voor het wijzigen daarvan voorafgaand toestemming moet geven. En nu komt de aap uit de mouw. Het Land (en ook de Adviseur Corporate Governance) wil graag dat dit soort overheidsstichtingen de zogenaamde modelstatuten invoert. Het bestuur kan daartoe besluiten. Heeft het Land het recht om (slechts) een bestuurslid te benoemen in een stichting, dan is het voor zo’n statutenwijziging afhankelijk van de overige, niet door het Land benoemde bestuursleden, of zij daartoe bereid zijn. Als zij goed nadenken is de kans groot dat zij die bereidheid niet hebben. Immers, in de modelstatuten staat dat het Land alle bestuursleden benoemt. Na de statutenwijziging heeft het Land dan dus het alleenrecht bij vacatures. Gevangen! Dat betekent overigens nog niet dat het Land dan ook de macht heeft in de stichting, zoals het ook de macht heeft in een naamloze vennootschap, waarin het alle aandelen houdt. Ook al zijn de bestuursleden in een stichting door het Land benoemd, zij nemen hun beslissingen op basis van de statuten en zonder daarbij enige instructie te hoeven aannemen van degene die hen benoemd heeft. Betekent dat dan dat zij zelfstandig ook weer de statuten zodanig kunnen veranderen dat het Land het recht weer verliest om alle bestuursleden te benoemen? Helaas niet. Het is eenrichtingsverkeer. Want in diezelfde modelstatuten staat dat elke statutenwijziging voorafgaande toestemming vergt van het Land. Je komt er dus nooit meer van af.

frankkunneman