Monumentenraad vraagt erkenning voor beschermd erfgoed grote slavenopstand

Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De Monumentenraad heeft minister Charles Cooper (MFK) van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning (VVRP) opnieuw opgeroepen om het historische gebied Ser’i Neger/Ser’i Kloof formeel aan te wijzen als beschermd erfgoed en als zogenoemde ‘Place of Memory’.

De raad wijst op het belang van het gebied voor de herinnering aan de slavenopstand van 1795, dit jaar precies 230 jaar geleden. Op 25 augustus 1795 vond op de heuvel van de voormalige plantage Fontein een bloedige veldslag plaats tijdens de grote slavenopstand op Curaçao. Meer dan honderd tot slaaf gemaakten verloren daar het leven in hun strijd voor vrijheid en menselijke waardigheid. Sindsdien staat de heuvel bekend als Ser’i Neger.
Het verzoek van de Monumentenraad is niet nieuw. In 2006 vroegen diverse erfgoedorganisaties, waaronder Stichting NAAM, Komishon Herensia di Sklabitut en Plataforma Bèrdat Históriko, al om formele bescherming van het gebied. Zij wezen toen op plannen voor ruimtelijke ontwikkeling rond Fontein en op de noodzaak om deze historische plek met respect te behandelen.
Hoewel er destijds oriënterend onderzoek werd verricht, bleef een formele reactie van de overheid uit. In de jaren daarna zijn meerdere oproepen gedaan, onder andere in 2018, toen een deel van de bergwand werd vernield, wat leidde tot verlies van belangrijke cultuurhistorische en archeologische waarden.
Ser’i Neger/Ser’i Kloof is ook internationaal van betekenis. Curaçao heeft als geassocieerd lid van Unesco deelgenomen aan het project ‘Inventories of Sites and Places of Memory related to the Slave Trade and Slavery in the Caribbean’. De aanwijzing van Ser’i Neger als Place of Memory sluit aan bij internationale verdragen zoals het Unesco-verdrag voor immaterieel cultureel erfgoed.

,,Het collectieve geheugen vraagt om erkenning van deze plek.”

Het vervolg van dit artikel lezen? Neem een online abonnement op de krant.