Komend weekend zal blijken hoeveel partijen uiteindelijk meedoen aan de Curaçaose Statenverkiezingen van 19 maart 2021. Het kabinet-Rhuggenaath heeft de vierjarige rit uitgezeten - na de politieke instabiliteit sinds 2010 een klus op zich - maar nu zijn de ogen gericht op de verrichtingen van de partijen: 7 die automatisch zijn toegelaten omdat ze de bij de vorige stembusronde in 2017 één of meer zetels behaalden; en - maar liefst - 17 die zich nog moeten kwalificeren. Dat gebeurt zaterdag en zondag, wanneer zal blijken of ze voldoende steunbetuigingen kunnen verzamelen. De verkiezingskoorts stijgt. De tegenstellingen zullen de komende tijd alleen maar verder en scherper worden uitvergroot. Dat kan spanningen met zich meebrengen. Maar ook zullen partijen, individuele kandidaten en vooral de lijsttrekkers er alles aan doen om stemmen te trekken; zieltjes te winnen. Dat gebeurt (lang) niet altijd op grond van partijprogramma’s of inhoudelijk standpunten, maar te vaak slechts gebaseerd op (loze) beloftes en - erger nog - met cadeautjes/gunsten. Nadat dit laatste in de media werd gesignaleerd en aan de kaak gesteld, kwam het Openbaar Ministerie met een waarschuwing: ‘OM alert op stemfraude’. Vrije, geheime en eerlijke verkiezingen staan aan de basis van de democratische rechtsstaat, stelt het OM. Het belang hiervan is in de Staatsregeling en in internationale verdragen vastgelegd. Een kiezer heeft het recht om zonder enige beïnvloeding zijn stem uit te brengen en de inhoud van zijn keuze voor zichzelf te houden, wordt uitgelegd. ,,Een voorbeeld dat verkiezingen niet op een eerlijke manier verlopen is het kopen en verkopen van stemmen, hetzij met contant geld of door andere gunsten/beloftes.” Duidelijker kan het haast niet. En toch gebeurt het. Soms heimelijk. Soms zelfs bewust voor het oog van de camera en via sociale mediakanalen verspreid, zodat ook anderen het zien en de betreffende partij sympathie en stemmen wint. Afgelopen week deed het fenomeen zich weer voor. Dit keer niet voor telefoonkaarten en contant geld, maar voor een waardebon van honderd gulden bij een supermarkt. Dit zijn geen pennen, petten of T-shirts meer. Maar grof geld(waarde). De moeilijkheid zit ‘m in het bewijzen dat er voor het ontvangen van een gift ook een tegenprestatie wordt geleverd in de vorm van een - in principe geheime - stem. Toch is er méér nodig dan alleen een algemene publieke waarschuwing vanuit justitie. Het is niet voldoende om aan te geven dat het verboden is om een kiezer te betalen voor zijn stem, net zoals het verboden is om als kiezer betaald te worden voor een stem. Blaffen alléén is niet genoeg.

ADCommentaar 800