Alternatieven onderzocht en hulpfonds aangevraagd

Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Uit de reactie van de minister van Economische Ontwikkeling (MEO), Ruisandro Cijntje (PNP), in de Staten deze week, kan opgemaakt worden dat hij zich indekt voor een mogelijk vertrek van Damen Shiprepair Curaçao (DSC).

damenZo heeft hij aangegeven dat hij overheids-nv CDM Holding, waar DSC onder valt, heeft verzocht om alles goed in de gaten te houden, een plan op te stellen en te onderzoeken wat andere opties zijn mocht Damen wegvallen. Verder heeft hij de minister van Financiën, Javier Silvania (MFK), een brief gestuurd waarin gevraagd wordt wat de mogelijkheden zijn om geld te reserveren voor als er een nieuw plan nodig is en de werknemers financiële zekerheid geboden moet worden. ,,Bij mijn aantreden heb ik een Damen Shiprepair aangetroffen dat ‘maar wat doet’, waar veel niet gedocumenteerd wordt. We hebben opgetreden en om documentatie gevraagd en gevraagd hoe de zaken lopen”, zo zei Cijntje in de Staten. ,,Ik ben heel bezorgd over alles wat ik nu in de Staten heb gehoord en dat Statenleden mij vertellen dat het einde van de maand misschien niet gehaald wordt. Er klonk optimisme na het door KPMG-Nederland opgestelde reddingsplan, maar de toon lijkt te veranderen. Er zijn 180 werknemers en het is soms beter dat we nu een duidelijk standpunt innemen en onze poot stijfhouden, zodat we er morgen beter aan toe zijn. We staan op een belangrijk kruispunt. DSC is belangrijk voor de economie en voor de vaders en moeders die van hun werkzaamheden daar een gezin onderhouden. Het is niet prettig als je moet werken op een werkplek waar onvrede en onzekerheid heerst.”
Cijntje geeft echter aan dat hij toch de tijd wil nemen om zorgvuldig antwoord te geven op de gestelde vragen en hier drie tot vier weken voor nodig heeft, ‘tenzij er eerder ontwikkelingen zijn waarvoor ik terug moet komen in de Staten’. Sommige vragen over de personele situatie moeten aan de minister van Sociale Ontwikkeling, Arbeid en Welzijn (SOAW) voorgelegd worden.
De vragen vanuit de Staten gingen voornamelijk over het reddingsplan waarvoor een half jaar geleden een bedrag van 40 miljoen dollar beschikbaar was gesteld: 20 miljoen door Curaçao met behulp van Nederland en 20 miljoen door Damen Group. Werd toen nog gesteld dat dit 1.000 arbeidsplaatsen kon opleveren, nu lijken er alleen maar ontslagen te zijn gevallen (78 in april 2022, zo wordt door een van de Statenleden genoemd) en worden er losse buitenlandse krachten ingehuurd en zitten de Curaçaoënaars brodeloos thuis, aldus verschillende Statenleden. Maria Nita (MFK) constateert dat vanaf 2017 al drie directeuren bij DSC de revue zijn gepasseerd. Tijdens een bezoek van enkele Statenleden op 9 maart 2022 aan DSC werd duidelijk hoeveel er aan onderhoud gedaan moet worden, dat er kapotte pompen, kranen en generatoren zijn. Volgens Nita heeft DSC schulden bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB) en Aqualectra van 6 miljoen dollar. Bij het Algemeen Pensioenfonds Curaçao (APC) schijnt een schuld te zijn van 18 miljoen gulden.
Wat voor vele Statenleden een raadsel is, is dat in oktober vorig jaar nog zoveel optimisme was met de injectie van 40 miljoen dollar en dat dit jaar nog door de directie van moederbedrijf Damen Nederland is aangeven dat ‘de werf op Curaçao in 2023 op eigen benen moet gaan staan’ omdat over 2022 een verlies is geleden van ruim 5,5 miljoen dollar. In eerdere berichtgeving in deze krant is aangegeven dat de 40 miljoen dollar niet gebruikt mag worden om toekomstige verliezen te financieren. ,,In de studie voorafgaand aan deze kapitaalinjectie in de werf is naar voren gekomen dat de werf winstgevend kan worden als CDM Holding investeert in de technische upgrading van de werf en Damen in zijn operationele prestatie”, zo is eerder opgetekend.
Naast de 180 personeelsleden in vaste dienst en zijn zo’n 40 personen werkzaam bij onderaannemers plus bij pieken soms nog eens 100 werklieden. Deze krant meldde ook dat het Curaçaose Dok vol met schepen ligt en dat er genoeg werk is. DSC heeft enorm te lijden gehad onder de coronacrisis, het sluiten van de raffinaderij en de gesloten grenzen met Venezuela.