Experts: Curaçao zit klem en dreigt te verarmen

Van een onzer verslaggevers
Willemstad - ,,Het economisch herstel van Curaçao na de coronapandemie is met een groei van slechts 4,2 procent in 2021 teleurstellend, na een daling van de economie met -18,4 procent in 2020.”

groeiDat schrijven Shirley Hanoeman en Peter Martens in een bijdrage ‘Curaçao op eigen kracht: investeren in een meer zelfvoorzienend Curaçao’ voor DutchCaribbean.Investments op LinkedIn.
De bijdrage: ,,Recente economische vooruitzichten voor 2022 en 2023 van de Centrale Bank laten ook slechts een beperkte geraamde groei zien met 5,2 procent respectievelijk 3 procent met neerwaartse risico’s. De huidige onzekere tijden met hoge prijzen vanwege de oorlog in Oekraïne en een onduidelijk toekomstperspectief ook voor wat betreft de inzet vanuit Nederland zetten de economische ontwikkeling onder druk.”
De auteurs Hanoeman en Martens zijn zelfstandig consultants. Martens is econoom en onder andere voormalig raadadviseur kabinet minister-president, plaatsvervangend directeur Algemeen Economische Politiek en waarnemend directeur Europa ministerie van Algemene Zaken en kwartiermaker Invest-NL. Hanoeman is personal assistent en onder meer voormalig bureau-officer Invest-NL.
,,Het herstel van het toerisme in 2021 en ook voor dit jaar is indrukwekkend, maar toerisme is niet de kurk waarop Curaçao alléén kan drijven. Van breed gedragen economisch herstel is geen sprake, de neerwaartse economische trend van de laatste tien à vijftien jaar is niet doorbroken.”
Ze wijzen op de omvang van de werkloosheid; met meer dan 15 procent en onder jongeren van meer dan 40 procent is die erg hoog. De bevolking vergrijst en per saldo verlaten de laatste jaren weer meer inwoners Curaçao, vooral jongeren, dan zich op Curaçao vestigen.
Het structurele tekort op de handelsbalans is met zo’n 40 procent bbp (bruto binnenlands product) ‘onhoudbaar’. ,,Curaçao importeert meer dan het exporteert, ook voor het toerisme is de import aanzienlijk. Curaçao dreigt zo te verarmen en te verschralen.”
Op de vraag van het Antilliaans Dagblad met welk doel dit is geschreven, zegt Martens dat het ‘met hart voor het Caribisch deel van het Koninkrijk en in het bijzonder Curaçao’ is gedaan, omdat de situatie ‘vaak onderbelicht blijft in Nederland’.
,,We willen duidelijk maken dat beleid van bezuinigen en hervormingen wel noodzakelijk is, maar niet voldoende; met verstand en met ruimte voor investeringen is aandacht nodig voor verdienvermogen. Het potentieel is er. Het zijn echter ongekende tijden; oorlog in Oekraïne, klimaatcrisis, energiecrisis in Europa, onzekerheid corona, hoge inflatie en dreigende wereldrecessie. Er is urgentie om nú te acteren.”
Hun bijdrage beginnen Hanoeman en Martens dan ook met: ,,Curaçao zit klem door de monetaire verkrapping door de Centrale Bank CBCS enerzijds en restrictieve begrotingsregels anderzijds. Door de hoge prijzen voor grondstoffen, voeding en olie verarmt Curaçao en neemt het structurele tekort op de handelsbalans verder toe. Een onhoudbare situatie.”
Recent heeft de Centrale Bank de rente - opnieuw - verhoogd, nadere monetaire maatregelen zijn door de CBCS niet uitgesloten. ,,De toegang tot financiering voor het bedrijfsleven wordt zo moeilijker en duurder. Financiële ruimte om te investeren in economische vernieuwing en duurzame groei schiet te kort. Een vicieuze neerwaartse cirkel.”
Een in te stellen ontwikkelingsfonds voor investeringen in strategische economische infrastructuur en duurzame economische ontwikkeling kan - als onderdeel van een samenhangende, integrale meerjarige en liefst ook macro-economisch ingepaste programmatische aanpak - de weg voorwaarts zijn naar ‘een Curaçao op eigen kracht’.