Yung (MFK) vraagt met name naar rol RvC van KTK

Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Statenlid Ramon Yung van regeringspartij MFK heeft met de nodige verbazing kennisgenomen van de verkoop van de sleepboot Orca VI en vooral het enorme verschil tussen de aankoopprijs van 16 miljoen dollar en de verkoopwaarde tien jaar later van 2 miljoen dollar.

OrcaVIDaar zit een ‘gat’ tussen van 14 miljoen dollar. Natuurlijk verliest elk object, ook een sleepboot, na verloop van tijd waarde. Maar de gedurende al die jaren nauwelijks ingezette Orca VI vertegenwoordigt hiermee een ‘desinvestering’ van omgerekend zo’n 25 miljoen gulden.
Yung heeft er intussen vragen over gesteld aan minister Ruisandro Cijntje van coalitiepartner PNP, met Economische Ontwikkeling in zijn portefeuille en belast met havenaangelegenheden. De Orca VI is verkocht door Kompania di Tou Kòrsou Exploitatie Maatschappij nv (KTK), een dochterbedrijf van Curaçao Ports Authority (CPA), wat grotendeels een overheids-nv is.
De parlementariër van MFK wil opheldering over de motieven van de verkoop. Hij heeft naar eigen zeggen met bevreemding kennisgenomen van de laatste ontwikkelingen. De kranten Èxtra en het Antilliaans Dagblad berichtten erover. Het nieuws roept volgens Yung veel vragen op in de samenleving.
Hij vraagt minister Cijntje of hij de verkoop van de Orca VI kan bevestigen en zo ja wat hiervoor de exacte redenen zijn. Wanneer is het verkoopproces opgestart en is ook de raad van commissarissen (RvC) van KTK hiervan op de hoogte (geweest) en heeft de RvC ook ingestemd met het van de hand doen van deze sleepboot?
Statenlid Yung hecht veel waarde aan de rol van de commissarissen, want hij wil ook weten welke RvC-leden voor hebben gestemd. En de MFK-volksvertegenwoordiger gaat nog verder: hij wil weten door welke politieke partijen de verschillende commissarissen zijn voorgedragen.
Voorts wordt de bewindsman om informatie verzocht over de aankoop- en verkoopbedragen. Het liefst ontvangt Yung de nodige documenten. Ook wil hij weten in welke conditie de Orca VI was toen deze circa tien jaar geleden op Curaçao aankwam en hoe deze was bij vertrek afgelopen weekend.
Is er een technisch en taxatierapport opgesteld? En het Statenlid wil met eigen zien waarom de sleepboot in een decennium zo’n 90 procent van zijn waarde heeft verloren. En heeft KTK een tussenpartij nog een verkoopcommissie moeten betalen? Yung wil weten welk bedrijf is ingeschakeld voor de bemiddeling van de verkoop. En ook wat KTK er uiteindelijk aan heeft overgehouden.
Deze krant berichtte gisteren op gezag van personen die het kunnen weten dat de Orca VI eigenlijk nooit geschikt is geweest voor Curaçao. Ten eerste was de sleepboot te groot voor de haven en bleven opdrachten voor sleepdiensten op lange afstanden uit. En daarnaast was het schip te duur in brandstofgebruik; in plaats van het meer voordelige fuel oil werd gevaren op het duurdere marine gas oil. Daardoor zou Orca feitelijk nooit in staat zijn geweest op financieel-economisch gronden te concurreren. Het vaartuig is door KTK verkocht aan de Griekse reder ProMarine.
Bij KTK, ook wel KTK Tugs genoemd en opgericht in 1988 en gevestigd aan de Jan Baarda Kade, is Surldric Rojer directeur. De RvC wordt volgens het Handelsregister gevormd door Allison Abigail Paula, Elfried Koots, Irving Moeniralam, Lissette Bor en Paul Helmich. Er zijn in totaal zes KTK Tugboat-vennootschappen (1 tot en met 6). En boven KTK is de KTK Holding met Curaçao Ports Authority (CPA) als directeur. CPA heeft één bestuurder/directeur: Humberto de Castro. Bij de Kamer van Koophandel staan er ten aanzien van CPA geen commissarissen vermeld.

‘Verkopen Orca is the easy way out’
,,Inderdaad in mijn tijd aangekocht”, antwoordt voormalig CPA-directeur Richard Lopez Ramirez (1995-2010) op vragen van het Antilliaans Dagblad onder welke directie de sleepboot Orca VI werd aangeschaft. ,,We hadden in die tijd veel buitenlandse sleepopdrachten. Maar ja, we deden toen aan agressieve marketing.”
Op de vraag hoe hij hierop terugkijkt, zegt Lopez Ramirez: ,,Wat mij betreft moest men de hort op en opdrachten binnenhalen. De Orca verkopen is ‘the easy way out’ en dan maar de schuld schuiven in de schoenen van de vorige directie. Zo ook met Panama!”
Daarmee doelt de oud-directeur op de tijd dat CPA en KTK er dankzij veel inspanningen en goede contacten in waren geslaagd om een vestiging te krijgen in het Panamakanaal, waarmee het Curaçaose havenbedrijf additionele buitenlandse inkomsten zou aanboren, maar wat in 2011 na een regeringswisseling door de lokale politiek werd tegengewerkt en om zeep werd geholpen.