Paul Comenencia bepleit optimalisering banden NL en EU

Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Het gezegde ‘beter een goede buur dan een verre vriend’, gaat volgens Paul Comenencia, op dit moment Staatsraad bij de Raad van State, niet op. Curaçao en de andere Nederlands-Caribische eilanden kunnen beter aansluiting blijven houden bij het verre Nederland dan bij buur Venezuela. Hij bracht dit onlangs naar voren tijdens een lezing bij de Kamer van Koophandel (KvK) met als titel (vertaald uit het Engels) ‘Geen veilige toekomst voor de ABC-eilanden buiten het Koninkrijk en de Europese Unie (EU)’.

 

Beter verre vriend 3,,Tenzij Venezuela op miraculeuze wijze een stabiele, vrijgevige en betrouwbare buur wordt, kunnen de Nederlands-Caribische eilanden eigenlijk alleen door actieve participatie in het Koninkrijk en de EU duurzame welvaart verkrijgen en weerstand bieden tegen bedreigingen van buitenaf”, zo concludeert hij.
En zo stelt hij Curaçao voor de keuze: ,,Na vier eeuwen (in 2034) kan Curaçao kiezen voor het consolideren van de autonomie en slim gebruik maken van de huidige positie als zelfbesturend land in het Koninkrijk, beschermd door Nederlandse en Europese waarborgen, of de stereotiepe onafhankelijkheidsdroom volgen en eindigen als niet meer dan een pseudo-soevereine staat gecontroleerd door welke (criminele) macht dan ook die erin slaagt om zich in te kopen in de lokale (politieke) elite.”
Beter verre vriend 1Hij legt uit dat soevereiniteit een mythe is. ,,Zelfvoorzienend zijn is een heilig doel dat elk individu of samenleving moet blijven nastreven. Maar onafhankelijkheid in de letterlijke betekenis, is een failliet concept.” Hij verwijst naar een lezing van de Nederlandse journalist Caroline de Gruyter die gespecialiseerd is in Europese politieke ontwikkelingen, die uitlegt dat moderne soevereiniteit niet meer is dan het vrijwillig deelnemen aan een groter verband, met een gunstig resultaat voor de mensen, ondanks dat in zo’n geval niet alles zelf besloten kan worden. ,,Zij roept over de hele wereld politici op om hun kiezers niet voor de gek te houden met misleidende praatjes over soevereiniteit dat zou moeten leiden tot geluk en voorspoed”, zo stelt Comenencia over De Gruyter.
En dat bij autonomie, onafhankelijkheid of soevereiniteit criminele infiltratie op de loer ligt, verzint hij niet zelf. Comenencia verwijst naar een rapport van de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) die waarschuwt: ,,Waar armoede heerst en overheidsinstellingen zwak zijn, bestaat het risico dat nationale prioriteiten worden gedicteerd door criminele organisaties en schimmige economische actoren.”
De Arubaanse Mito Croes als ook de Raad van State en de commissie-Jesurun waarschuwden hier in 2004 al voor. ,,De fragmentatie van de Nederlandse Antillen kan leiden tot verhoogde blootstelling aan (criminele) infiltratie in lokale instellingen”, zo wordt het rapport van Jesurun geciteerd.
Niet alleen criminele groeperingen kunnen invloed krijgen, Comenencia waarschuwt ook voor politieke invloed van een land als China en de inmiddels bekende ‘debt trap diplomacy’. Hierbij leent het land geld voor het doen van grote investeringen in arme landen met een geopolitiek doel. Deze landen worden namelijk afhankelijk van China en zullen dit land politiek steunen. Ook hier speelt de soevereiniteit oftewel onafhankelijkheid een rol. Comenencia stelt dat het niet veel had gescheeld of Curaçao zou met de komst van Guangdong Zhenrong Energy (GZE) voor de olieraffinaderij ook in de greep zijn gekomen van het Aziatische land.
Comenencia: ,,Hoewel GZE misschien verdwenen is, probeert China Caribisch Nederland te ‘veroveren’ met sponsoring door het Chinese consulaat en lokale Chinese clubs van sociale en culturele projecten. De geschiedenis leert dat het gemakkelijk is voor nietsvermoedende lokale politici om te vallen voor hoffelijke buitenlanders die geschenken aanbieden en beloftes doen.”
Hij verwijst ook naar een interview met de premier van Antigua & Barbuda, Gaston Browne, die toegeeft dat zijn land sterk afhankelijk is van de relatie met China en dat hij zich verplicht voelt om pro China te stemmen in internationale fora.
En dan is er nog buurland Venezuela. Comenencia: ,,Venezuela is hoogstwaarschijnlijk niet blij met het verliezen van de controle over de raffinaderij en de olieopslagplaats bij Bullenbaai. De politieke radicalisering en sociale desintegratie van Venezuela, en president Maduro’s obsessie voor het vinden van internationale zondebokken die de schuld krijgen van de binnenlandse puinhoop van zijn land, zorgen ervoor dat de territoriale integriteit van de Benedenwindse eilanden terug is gekomen op de agenda. De eilanden en Nederland zullen sterker zijn als ze handelen vanuit een gedeelde geopolitieke visie, het handhaven van een goede en begripvolle band met Caracas, en in nauwe samenwerking met de belangrijkste bondgenoten in de regio: Frankrijk, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten.”

 

Paul Comenencia is lid van de Raad van State van het Koninkrijk, non-profit-bestuurder en toezichthouder, voormalig politicus en oud-diplomaat.

Beter verre vriend 3