Van een onzer verslaggeefsters
Willemstad - Met ingang van dinsdag 1 juni 2021 stijgt het gereguleerde tarief van benzine, diesel en kookgas (LPG) op Curaçao. Ook het tarief van water stijgt licht. Het elektriciteitstarief daalt vanaf dinsdag.

Benzine pompstation 4Dit meldt het Bureau Telecommunicatie en Post (BT&P). BT&P houdt toezicht op de prijsontwikkelingen van olieproducten en van nutsvoorzieningen.

Met ingang van juni stijgt het tarief van Mogas 95 van 2.24 gulden naar 2,25 gulden. Dat van gasolie (diesel) stijgt van 1,68 gulden naar 1,78 gulden. Een grote gasbom van 100 lbs wordt in juni 80 gulden en een kleine van 20 lbs wordt 16 gulden.

BTP legt uit dat de eindgebruikerstarieven voor zowel Mogas 95 en Gasolie LSD voornamelijk stijgen als gevolg van hogere aankoopprijzen; die stijgingen zijn in lijn met de relevante internationale prijsnoteringen. Vanwege de doorlopende uitputting van de financiële buffer voor LPG, op basis waarvan de prijzen sinds augustus 2020 gelijk gehouden konden worden, moet nu overgegaan worden tot een verhoging van de prijzen voor LPG, zo vervolgt de uitleg van BTP.

Het tarief voor stroom daalt in juni en gaat van de huidige 63,3 cent voor verbruik tot 250 kWh (kilowattuur), naar 61,3 cent.

Water wordt duurder. Voor huishoudelijk verbruik tot 9 kubieke meter wordt nu nog 8,75 gulden per kuub water betaald. Dat wordt in juni 8,81 gulden.

BTP legt uit dat het basistarief voor zowel water als elektriciteit een keer per jaar door BT&P wordt bepaald. Dit tarief omvat alle overige (vaste) kosten voor de productie van elektriciteit en water en alle kosten voor de distributie en levering daarvan, zoals personeelskosten, onderhoudskosten en afschrijvingen.

De elektriciteitstarieven dalen voornamelijk als gevolg van lagere gemiddelde brandstofkosten en een lagere correctiefactor over april die in de tarieven van juni is verwerkt. De lichte stijging van de watertarieven is voornamelijk het resultaat van lagere elektriciteitskosten voor de productie van water en een hogere correctiefactor over de maand april die in de tarieven van juni is verwerkt.

Het BT&P adviseert de Raad van Ministers (RvM) over de nieuwe tarieven. Pas nadat de RvM het voorstel goedkeurt, stelt de minister van Economische Ontwikkeling, die tevens belast is met energiezaken, de tarieven vast. Dat zijn dan de maximale tarieven die een maand lang gehanteerd mogen worden. ,,Met deze procedure, die internationale en lokale factoren in aanmerking neemt, bewaakt toezichthouder BT&P op een onafhankelijke, transparante manier de continuïteit en de billijkheid van de levering van brandstof, water en elektriciteit aan de lokale bevolking”, aldus BTP.