‘Brevet van onvermogen voor Onderwijsminister’
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De noodkreet van de Vereniging Protestants Christelijk Onderwijs (VPCO) is gehoord. Over uiterlijk drie weken heeft VPCO opnieuw een ontmoeting met minister-president Eugene Rhuggenaath (PAR) om op korte termijn in ieder geval een oplossing te vinden voor de schoonmaak van de scholen.

vpcoMaar VPCO-directeur Maghalie van der Bunt-George hoopt dat het daar niet bij blijft. Gisterochtend heeft een vijfhoofdige delegatie na de aanbieding van een noodbrief tijdens een kort onderhoud met de minister-president nog eens de standpunten over de penibele situatie van het Curaçaose onderwijs toegelicht. Van der Bunt-George: ,,Wij zijn van mening dat er onvoldoende geïnvesteerd wordt in het onderwijs. De maat is nu vol. De schoonmaakkwestie was de druppel die de emmer deed overlopen.”
VPCO zal ervoor zorgen dat Rhuggenaath een aantal belangrijke documenten ‘die hij nog niet heeft’ ontvangt, onder andere het rapport uit 2011 waarin Stichting Overheidsaccountantsbureau (Soab) al aangeeft dat de vergoeding van materiële kosten niet toereikend is.
Tijdens een volgende bijeenkomst zal gekeken worden naar wat op korte termijn kan worden opgelost. Dan gaat het allereerst om de schoonmaak van de VPCO-scholen. Volgens Van der Bunt-George was Rhuggenaath in de veronderstelling dat die scholen onder hetzelfde schoonmaakcontract vielen als die van de Dienst Openbare Scholen (DOS). ,,Maar dat kunnen wij ons helemaal niet veroorloven”, zegt Van der Bunt-George. ,,Voor schuiven met budgetten is geen ruimte. Dan zouden we bijvoorbeeld de elektriciteitsrekening niet kunnen betalen.” De VPCO-directeur hoopt dat ook andere problemen worden aangepakt in vervolg op de noodkreet, ,,Wij hebben aangeboden mee te denken over structurele oplossingen, zonder dat die veel geld kosten.”
Gisteren reageerde minister Marilyn Alcalá-Wallé van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport (OWCS) in deze krant op de noodbrief van VPCO en zei onder andere graag te werken op basis van samenwerking in plaats van oorlog. Alcalá-Wallé vermoedt dat meespeelt dat de vereniging via een rechterlijke uitspraak geen contributie voor extra uitgaven meer mag vragen aan haar leden. Daartegen is VPCO in beroep gegaan. Die reactie van de minister is volgens Van der Bunt-George tekenend voor de angstcultuur binnen het onderwijs. ,,Juist daarom doen andere schoolbesturen niet mee. Wij willen helemaal geen strijd met de minister, maar juist met elkaar keuzes maken in prioriteiten. Maar we krijgen geen contact met haar. De kwestie van de contributie speekt wel een rol, maar die is ondergeschikt aan de grootte van de problemen en tekorten die spelen.”
Minister Alcalá-Wallé gaf in de editie van gisteren bovendien aan dat wordt onderzocht of de 350 miljoen gulden die bestemd is voor het onderwijs wel goed terechtkomt. ,,Het is belangrijk na te gaan of de investeringen die we doen binnen het onderwijs, ook daadwerkelijk de resultaten geven die we ervan verwachten”, zei Alcalá-Wallé. Een dergelijke uitlating vindt Van der Bunt-George frustrerend. ,,Als de minister na een jaar nog een dergelijk onderzoek moet doen, dan verdient zij misschien wel een brevet van onvermogen.” Maar volgens de VPCO-directeur weet de Onderwijsminister precies ‘hoe het zit’. ,,Negentig procent van die 350 miljoen gaat naar salarissen van onderwijzend personeel en medewerkers. De Facebookpagina van het ministerie van Onderwijs staat bol van berichten over nationale dialogen, conferenties en gadgets die worden uitgereikt. In allerlei commissies wordt besproken waar we staan en waar we naartoe moeten. Maar de ideeën en plannen zijn er. Het gaat er nu om dat die worden uitgevoerd!”